Christian De Valkeneer s’est invité chez Michel Cocu

Le plan était de “faire parler” le chef de la “filière boraine” comme “repenti” dans l’affaire des Tueries du Brabant. On apprend, en exclusivité, que Christian De Valkeneer a voulu recruter Michel Cocu en tant que repenti et proposer à l’ex-suspect numéro 1 de la tuerie du Colruyt de Nivelles de vider son sac et tout balancer dans l’affaire des Tueries du Brabant.

Avec deux enquêteurs de la cellule Brabant wallon, le procureur général s’est rendu en toute discrétion au domicile de celui qui fut considéré entre 1983 et 1987 comme le chef de la filière boraine, la première piste dans le dossier.

De Valkeneer, qui ne manquait pas d’arguments pour convaincre Michel Cocu, était disposé à monnayer son aide. Autant d’années après, sa réponse, si elle a le mérite d’avoir été claire, ne manque pas d’interpeller. Pourquoi Michel Cocu a-t-il réagi comme cela?

Preuve en tout cas que, trente ans après, la vieille piste de la filière boraine n’est pas écartée dans l’enquête sur ces 28 assassinats impunis des années 1980.

À dossier atypique, démarche atypique et celle de Christian De Valkneer, que nous révélons ici, l’est totalement. Le secret avait très bien été gardé.

Selon nos informations toujours, elle date du mois de juillet de l’an passé et les magistrats en charge, dont la juge Martine Michel, avaient marqué leur accord. En septembre 1983, un couple et un gendarme sont abattus au Colruyt de Nivelles. Le massacre, qui fait suite à deux autres, plonge le pays en état de choc.

Fin octobre suivant, le parquet de Nivelles, s’appuyant sur une expertise balistique, fait arrêter au Borinage plusieurs suspects – Michel Cocu, Adriano Vittorio, Jean-Claude Estiévenart, Michel Baudet, Josiane Debruyne – que les médias désigneront sous le nom de filière boraine.

Tous seront acquittés par les assises du Hainaut pour les faits en lien avec les Tueries. La façon dont le dossier a été fabriqué et les aveux obtenus pesèrent lourd dans ces acquittements.

En clair, innocents pour la justice, les Borains étaient-ils vraiment innocents? Trente ans après, les policiers sont partagés. Pour certains, les Borains n’avaient rien à voir. Pour d’autres, on trouve dans leurs aveux des éléments qui prouvent qu’ils étaient dans le coup.

Quand il se rend chez Michel Cocu, Christian De Valkeneer a tout cela à l’esprit et quatre bons arguments en poche.

  1. Le temps écoulé: un tiers de siècle a passé.
  2. La peur: Vittorio, Baudet, Estiévenart et Debruyne, tous sont morts; Cocu est le dernier survivant de la filière boraine.
  3. Autre motif de ne plus rien craindre: définitivement acquitté en 1987, Cocu peut raconter et éventuellement avouer ce qu’il veut – si c’est le cas et rien ne l’indique – car il ne peut plus être jugé pour la tuerie de Nivelles.
  4. L’argent enfin: à 64 ans, Michel Cocu pouvait être intéressé à être rémunéré en tant que repenti et c’est bien ce que le procureur général avait et a toujours à lui offrir.

La réaction de Cocu interpelle. Selon nos infos, Cocu a entrouvert la porte… et après quelques secondes, l’a claquée au nez de M. De Valkeneer et des deux policiers qui n’ont rien pu lui expliquer. Michel Cocu n’a laissé entrer personne. Le trio fut éconduit et, selon une source, “ce ne fut pas chaleureux”. La démarche méritait d’être tentée.

La réaction rend perplexe. Pour certains, Cocu a réagi en personne n’ayant rien à voir avec le Brabant wallon et ne voulant rien en entendre. D’autres voient quelqu’un que quelque chose continue d’empêcher de parler 32 ans après malgré la promesse d’impunité, la perspective d’argent et la disparition des protagonistes.

Possible aussi que Michel Cocu ait réagi d’instinct, et qu’il serait d’avis, si on le lui expliquait bien et s’il prenait le temps d’écouter, de revoir la question. Nous avons voulu contacter M. De Valkeneer. Le procureur général, et c’est légitime, est en congé.

Bron » La Dernière Heure

Tueries du Brabant: “Il reste une chance, un repenti qui parle”

Dans une interview exclusive, le procureur général De Valkeneer répond sans concession à toutes les questions sur l’enquête. “La dernière grande chance d’aboutir dans l’enquête sur les tueurs du Brabant, c’est qu’un repenti se mette à table.” Dans une interview-vérité sur l’état de l’enquête, le procureur général De Valkeneer ne cache plus que, 29 ans après le dernier fait (8 morts au Delhaize d’Alost), trouver les auteurs tiendra d’un miracle.

L’actualité récente était pourtant prometteuse: il y a quelques mois, la piste Tinck, qui avait permis aux enquêteurs de remonter vers Libert, avait suscité beaucoup d’espoir. Pas plus tard que samedi, le commissaire Ruth avait déclaré à La Dernière Heure avoir été écarté du dossier “alors qu’on était sur la voie de la solution”.

Aucun progrès spectaculaire n’est pourtant enregistré, admet en substance le procureur général, alors que la prescription aura lieu dans moins de 8 mois: “En termes d’activités ouvertes, l’enquête ne progresse pas beaucoup.” Avec un bémol: “Il y a par contre une assez grosse activité de recueil d’informations, avec des choses intéressantes.”

Christian De Valkeneer admet que la piste Jean-Marie Tinck “n’a plus évolué” (cet homme s’était vanté d’avoir été en lien avec les tueurs du Brabant wallon). Idem pour la piste Michel Libert (une ancienne figure de l’extrême droite néonazie de ces années-là): cette piste “n’a pas non plus évolué”.

Pour Christian De Valkeneer, “dans le dossier Brabant wallon, on avancera si, à un moment donné, quelqu’un qui s’est trouvé dans la périphérie (des tueurs) parle. Et la seule façon d’amener quelqu’un à parler, c’est de lui garantir que cela n’entraînera pas de conséquences judiciaires. S’il reste une grande chance, c’est celle-là.”

Bron » La Dernière Heure

Het netwerk van Jean-Luc

Politici als Jean-Luc Dehaene ‘maken ze vandaag niet meer’. Netwerken zoals hij er een had uitgebouwd, zijn al even zeldzaam geworden. Het netwerk-Dehaene was extreem uitgebreid en divers. En het is, merkwaardig genoeg, nog altijd actief.

Jean-Luc Dehaene heeft in zijn diverse ministeriële functies maar liefst twaalf kabinetschefs gehad. Zij eren hun baas vandaag in een opiniestuk in deze krant. Het verrast dat ze zich niet concentreren op zijn staatsmanschap of zijn beleidsdaden, maar wel op de manier waarop hij werkte en dan vooral op zijn menselijke kwaliteiten die bij buitenstaanders nauwelijks of niet bekend zijn. Zonder het uitdrukkelijk beoogd te hebben, bewijzen ze daarmee dat het netwerk-Dehaene, vijftien jaar na zijn vertrek, nog bestaat en nog actief is.

Dat netwerk bestaat naast de twaalf kabinetschefs, van wie de voorzitter van het Grondwettelijk Hof André Alen, huidig CM-topman Marc Justaert en Eric Kirsch de bekendste zijn, ook uit mensen die op andere kabinetten werkten, diplomaten en mensen met wie hij de laatste jaren intens samenwerkte.

In totaal gaat het om zeker 42 personen (zie beneden) die, hoewel ze zeer uiteenlopende posities bekleden in de samenleving, nog tot aan zijn dood geregeld samenkwamen. Dat het netwerk bestaat, wordt door verschillende leden ook bevestigd.

Dat zo’n heterogeen netwerk zo lang blijft samenhangen, is verbazend. Dat lukt maar als de deelnemers ervaren dat het nut heeft. Hoe vaak en waarvoor Jean-Luc Dehaene een beroep op de leden deed, en hoe vaak en hoe intens ze onderling een beroep op elkaar deden en doen, is moeilijk te achterhalen. Maar Jean-Luc Dehaene nam vaak zelf het initiatief voor de bijeenkomsten, zijn secretaressen Marie-Claire Robijns en voordien Rosa Debaus organiseerden het.

Omgeving van 65

Hoe lang het netwerk nog actief kan blijven, is niet duidelijk. Een belangrijk gegeven is dat een flink aantal leden een zekere leeftijd hebben bereikt. Velen naderen of zijn al 65 jaar. Sommigen gingen recent met pensioen, anderen gaan binnenkort. Maar het gemeenschappelijk kenmerk van de meeste 65-plussers is dat ze (nog) niet inactief zijn.

Geen van de gecontacteerden had ook bezwaar tegen de vermelding dat ze tot het netwerk behoren. Een groot contrast met andere netwerken, die vaak het daglicht schuwen. Veel, hard en lang werken, is wat alle gecontacteerden opgeven als kenmerk van het werken bij Jean-Luc Dehaene. Wie dat niet graag deed, of niet erg intelligent was, kwam niet in het netwerk terecht.

‘Voor hem werken was veeleisend, maar je kreeg er nog meer voor terug’, schrijven de twaalf kabinetschefs in hun opiniestuk.

‘We wisten immers dat hij ons in cruciale omstandigheden altijd zou verdedigen. In de besprekingen met medewerkers van andere kabinetten, wisten die collega’s dat onze standpunten met onze minister waren doorgesproken en dat ze ook door hem zouden worden verdedigd. Op die manier wist Jean-Luc Dehaene zijn medewerkers te motiveren en te integreren in een vriendenteam waarvan hij de onbetwistbare patrouilleleider was.’

Om in het netwerk te mogen komen, moesten ze oplossingsgericht werken, of het nu ging om de organisatie van de eigen ICT of om staats- of economische hervormingen. En men moest respect betonen voor de visies van degenen die men als bondgenoot nodig had. Compromis was geen lelijk woord.

Civil servants

Er was ook een vorm van onafhankelijk denken bij, erkennen alle gecontacteerde leden. In veel politieke netwerken is het bindmiddel vaak ‘het partijbelang’ of het belang van de zuil of van een onderdeel ervan. Hier niet, zeggen ze allen affirmatief.

Netwerkleden moesten partij- en groepsbelangen kunnen inschatten, maar mochten die niet als uitgangspunt nemen. Bijna allen worden ze in hun huidige werkkring getypeerd als civil servants.

Het netwerk bevat geen verkozen politici. Zo wou Dehaene dat zelf. Ook politici die erg dicht bij hem stonden, rekende hij niet tot zijn netwerk, ook niet Herman Van Rompuy, zijn compagnon de route. Het netwerk omvat mede-werkers, geen mede-politici, zei hij ooit.

De namen

1. Zijn kabinetschefs
  • Steve Dubois, ondervoorzitter GIMB, met pensioen
  • Marc Justaert, topman CM
  • Jan Smets, vice-gouverneur Nationale Bank
  • Marc Schiepers, directeur-generaal RSZ
  • Eric Kirsch, FOD Financiën, Oeso.
  • Paul Maertens, Agoria, Imelda, KU Leuven
  • Christine Vanderveeren, Belfius, Infrabel
  • André Alen, voorzitter Grondwettelijk Hof
  • Wim Coumans, ondervoorzitter FMSA, met pensioen
  • Bernard Martens, Core Invest
  • Walter Nonneman, professor Economie UA
  • Dirk Sauer, ex CM, ex Verso, met pensioen
2. Zijn woordvoersters

Zijn politieke woordvoerster Moniek Delvou, later actief bij Umicore en Belfius, ging deze maand met pensioen. Mieke Vandenberghe, ambtelijke woordvoerster is 65, maar nog actief bij Roosevelt.

3. Zijn diplomaten
  • Frank Geerkens, ambassadeur in Den Haag.
  • Dominique Struye, ambassadeur in Congo.
  • Oud-ambassadeur Johan Swinnen (67).
4. Drie toplui in de sociale zekerheid
  • Jo De Cock, administrateur-generaal Riziv (ziekteverzekering).
  • Frank Robben, administrateur-generaal Kruispuntbank Sociale Zekerheid.
  • Koen Snyders, administrateur-generaal van de inningsparastatale RSZ
5. Gezondheidssector
  • Christiaan Decoster, directeur-generaal van de FOD Volksgezondheid
  • Jean Hermesse, secretaris-generaal christelijk ziekenfonds CM.
6. Andere
  • Henri Bogaert (66), eredirecteur federaal planbureau.
  • Ludwig Caluwé, gedeputeerde provincie Antwerpen.
  • Etienne De Callataÿ, chief economist van de Bank Degroof.
  • Christian De Valkeneer, procureur-generaal Luik.
  • Frans Machtelinckx was actief bij Brussels Airport.
  • Roger Malevé, directeur operaties Nationale Loterij.
  • Francy Peeters, topman De Lijn Vlaams-Brabant, met pensioen.
  • Jan Van Cromburgge, consulent, vrijwilliger voor Collegium Vocale.
7. Netwerkleden die niet tot zijn kabinetten behoorden
  • Guy Cox, chef van de sociale bemiddelaars van de FOD Werk.
  • Hans D’Hondt, topman FOD Financiën.
  • Jérôme Glorie, topman civiele veiligheid.
  • Baudouin Meunier, Bpost, ziekenhuis CHU Mont Godinne (Dinant).
  • Pierre Reynders, korpschef Inspectie van Financiën.
  • Etienne Schouppe (71), oud-spoorbaas, oud-staatssecretaris Mobiliteit.
  • Erik Stroobants, ere-secretaris-generaal Vlaamse administratie.
  • Frans Van Daele, kabinetschef koning.
  • Piet Vantemssche, Boerenbond.
  • Fons Verplaetse (84), eregouverneur van de Nationale Bank.
8. Netwerkleden van de jongste jaren
  • Benjamin Dalle, kabinetschef van Servais Verherstraeten,
  • Tine Meyfroodt, medewerkster in het Europees Parlement.

Bron » De Standaard

Procureur De Valkeneer smeekt politiek om uitstel verjaring

De Luikse procureur-generaal Christian De Valkeneer smeekt de politiek om begrip. “Tegen 10 november 2015, de huidige datum van verjaring, kan ik onmogelijk alle sporen onderzoeken. Een eenvoudige wetswijziging en de goedkeuring van het parlement, meer hebben wij niet nodig.”

“De hoop is reëel dat de speurders het raadsel van de Bende van Nijvel na al die jaren toch nog kunnen oplossen”, zegt Christian De Valkeneer. “Maar daar hebben ze tijd voor nodig. Meer tijd dan het anderhalve jaar dat hen nog rest alvorens iemand kan opstaan en zeggen: ‘Ik was erbij’, zonder ooit nog vervolgd te worden.”

“Laat dus de verjaringstermijn voor misdaden die met levenslang bestraft kunnen worden verlengen van 15 jaar (met een mogelijke verlenging van nog eens 15 jaar), naar tweemaal 20 jaar. Er is alleen een wetswijziging voor nodig die elk parlementslid met een eenvoudig voorstel in gang kan steken. Dat kan morgen al, of ander meteen na de verkiezingen.”

Waar die ‘reële hoop’ van de Bende-speurders op gebaseerd is, wil De Valkeneer niet kwijt. “Maar de tijd kan ook in ons voordeel tikken. Dertig jaar na datum kan de vrees voor represailles bij getuigen of zelfs personen die in het Bende-verhaal een tweederangsrol gespeeld hebben, wegebben en hen aansporen om toch nog met informatie over de brug te komen. Wij moeten daarvoor de tijd gunnen.”

De nabestaanden van slachtoffers van de Bende van Nijvel reageren zeer uiteenlopend op de oproep van Christiaan de Valkeneer. Sommigen klinkt het als muziek in de oren. “Ik ga nog een stap verder. Zulke dossiers zouden nooit mogen verjaren”, zegt Patricia Finné. Haar vader werd doodgeschoten op 27 september 1985 in Overijse.

Niet alle nabestaanden delen haar mening. “Ik denk dat zo’n verlenging niet nodig is. Tenzij de speurders echt dicht bij de ontknoping staan. Dat gevoel hebben wij echter niet, ook niet na de laatste vergadering met de onderzoekers”, zegt Nathalie Palsterman. Haar vader was een van de acht dodelijke slachtoffers van de laatste Bende-raid in Aalst.

Zelfs de Bende-speurders zelfs onthalen de oproep van De Valkeneer op gemengde gevoelens. éDankzij enkele nieuwe gegevens zijn wij erin geslaagd twee of drie concrete onderzoekspistes op te bouwen. Die kunnen ons daadwerkelijk de oplossing van het raadsel opleveren, daar zijn wij rotsvast van overtuigd. Wij missen tot dusver echter dat ene element, dat ons vertelt welke piste de juiste is. Zolang wij dat element missen, zien wij niet meteen in waarom wij meer tijd zouden vragen om het onderzoek af te ronden.”

Bron » Het Nieuwsblad

Procureur-generaal vraagt 10 extra jaren voor onderzoek Bende van Nijvel

De procureur-generaal van Luik, Christian De Valkeneer, stelt vandaag in La Libre Belgique voor om de verjaringstermijn in het dossier van de Bende van Nijvel op te trekken van 30 naar 40 jaar. Nu wordt de verjaring bereikt in november 2015.

De Valkeneer is de procureur-generaal bevoegd voor het dossier van de Bende van Nijvel. Sinds juli 2013 ziet hij erop toe. “Ik pleit ervoor om de verjaring op te trekken tot 20 jaar voor alle misdrijven waarvoor een levenslange celstraf mogelijk is”, stelt hij, en dat niet alleen in dit bepaalde dossier. Zoals de wet nu reeds voorziet dat de verjaringstermijn verdubbeld kan worden (nu dus tweemaal 15 jaar), zou de verjaringstermijn dus verlengd worden tot 40 jaar, indien het voorstel van de procureur-generaal gevolgd wordt.

Dit zou voor het bendedossier de verjaardatum uitstellen naar november 2025. “Tegen die datum kunnen we veronderstellen dat het merendeel van de daders overleden is of zeer oud zal zijn. Men zou zo dus kunnen aantonen dat er alles aan gedaan is om hen te ontmaskeren. Nu is dat nog niet het geval. De evoluties in het onderzoek zijn echt hoopgevend”, aldus Valkeneer.

De procureur-generaal stelt nog een bijkomende voorwaarde: hij raadt de invoering van een wet op spijtoptanten aan. “Indien iemand naar rechter Michel zou stappen en verklaren dat hij een voertuig had geleverd of wapens verborgen had die bij de moorden gebruikt werden, dan heeft zij geen andere keuze dan hem aan te houden. Het is dus evident dat medeplichtigen informatie zouden geven, indien men hen kan beloven dat ze niet vervolgd zullen worden en ze beschermingsmaatregelen krijgen in ruil voor die informatie.”

Bron » De Morgen