Speurders willen DNA-test voor alle criminelen

Speurders en forensische experts vragen dat alle criminelen verplicht worden om een DNA-test te ondergaan. Vandaag moeten misdadigers pas een staal afstaan als ze tot minstens vijf jaar cel zijn veroordeeld. “Een verlaging van de drempel zou ons helpen om zaken op te helderen”, luidt het.

De ontmaskering van de Kempense serieverkrachter heeft aangetoond hoe waardevol DNA-onderzoek kan zijn. Omdat misdadigers vaak meermaals toeslaan of hervallen, is een databank met DNA van al veroordeelde criminelen zeker nuttig. In België moeten die pas een DNA-test ondergaan als ze ten minste vijf jaar cel hebben gekregen.

In de buurlanden ligt die drempel een stuk lager. In Groot-Brittannië moet elke man of vrouw die wordt opgepakt, een DNA-staal geven. Daardoor zitten er 3 miljoen DNA-profielen in de Britse databank. Ter vergelijking: de Belgische databank voor DNA van criminelen telt 20.000 profielen.

“Er komen nu per jaar 3.000 profielen bij. Dat zouden er twee tot drie keer meer kunnen zijn”, zegt professor Ronny Decorte van het Centrum voor Menselijke Erfelijkheid van de K.U.Leuven.

De federale regering heeft zopas een wetsvoorstel goedgekeurd dat de uitwisseling van DNA-gegevens in Europa mogelijk maakt, maar een drempelverlaging zit er niet in. “Daar moet je eerst een politieke consensus over bereiken, en die is er niet””, zegt minister van Justitie Stefaan De Clerck (CD&V).

“Een verruiming zou absoluut wenselijk zijn, niet alleen bij zedenmisdrijven, maar ook bijvoorbeeld in de strijd tegen rondtrekkende inbrekersbendes”, verklaart professor Decorte. Ook speurders zeggen eensgezind dat een beter uitgebouwde DNA-databank hun werk zou vergemakkelijken.

Bron » Gazet van Antwerpen

Tueries du Brabant: des résultats prometteurs

Selon nos infos, l’analyse par des procédés innovants, pratiqués depuis peu par le laboratoire de Gosselies Bio.be, d’une pièce à conviction trouvée en 1985 sur les lieux de la tuerie du Delhaize d’Alost a permis d’isoler une empreinte génétique suspecte.

Cet ADN, comparé aux autres répertoriés dans les bases de données, a fourni comme premier résultat l’identification – d’abord annoncée comme formelle – d’un suspect, faisant espérer que le mystère des tueries du Brabant était en passe d’être élucidé.

L’info est confirmée par le procureur du Roi de Charleroi, Christian De Valkeneer: “On a eu en effet ce grand espoir d’une avancée très importante dans l’enquête sur les tueries.” Pour rappel, les tueries du Brabant ont fait 28 victimes en Belgique entre 1982 et 1985. Après coup, le directeur de Bio.be, M. Olivier Froment, a fait subitement part d’une ‘incertitude’ .

Cette marche arrière a considérablement refroidi l’enthousiasme que l’annonce du match found avait provoqué chez les enquêteurs et le fol espoir d’élucider ce dossier avant la prescription – le 9 novembre 2015 est la date ultime – avec, pourquoi pas, des possibilités réelles d’arrestations encore cette année.

Mais selon le procureur du Roi toujours, les résultats écrits de l’analyse ADN ne sont toujours pas transmis au parquet de Charleroi, de sorte qu’un ‘certain espoir subsiste’! Le fait qu’on ait pensé à un match found implique que, dans l’enquête sur les tueries, un nouvel ADN a donc récemment pu être isolé par Bio.be au départ d’un vêtement conservé depuis la tuerie d’Alost, la dernière en date, le 9 novembre 1985, lors de laquelle 8 personnes furent tuées.

Dans le premier temps, cet ADN conduisait à un suspect, selon nos infos toujours, dont le nom se trouve déjà dans le dossier. En matière d’analyses ADN, tout est question de taux. Bio.be doit encore communiquer par écrit le taux de probabilité qu’il estime devoir retenir entre ce nouvel ADN et celui du suspect auquel il est comparé.

“On verra à ce moment’, temporise Christian De Valkeneer. Foin des hypothèses et grandes théories: cet espoir, même fragile, conforte en tout cas la juge d’instruction en charge, Mme Martine Michel, à utiliser les quatre dernières années et demie d’enquête avant 2015 à travailler prioritairement sur les indices matériels.

Bron » La Dernière Heure

Vingerspoor leidt sneller naar crimineel

Dankzij onderzoek van het NFI kan de politie vanaf volgend jaar veel meer vingersporen gebruiken om misdrijven op te lossen. Nadat het vakgebied rond vingerafdrukken, dactyloscopie geheten, tijden heeft stil gestaan, komt het Nederlands Forensisch Instituut nu met een baanbrekende methode waarbij de politie straks veel meer vingersporen kan gebruiken bij het oplossen van een misdrijf. Dat zegt deskundige Marcel de Puit in De Pers.

“Een vingerafdruk heeft 50 tot 150 zogenoemde Galton-punten. De Nederlandse politie heeft de norm dat tenminste tien punten in een vingerspoor overeen moeten komen met een vingerafdruk van de verdachte. Als het er minder zijn, mag het vingerspoor niet worden gebruikt als bewijs en kan de politie het dus weggooien”, zegt De Puit in de krant.

Bij het wetenschappelijke model waarmee De Puit en zijn collega’s nu op de proppen komen, kunnen vingersporen met vijf tot negen Galtonpunten ook gebruikt worden. “Het is een softwareprogramma dat een vingerspoor kan lezen en vergelijken met de vingerafdruk van een verdachte.”

In de vingersporendatabank, waarin afdrukken zijn opgeslagen van 1,6 miljoen personen, kan dan worden vergeleken. “Bijvoorbeeld: het is 10.000 maal waarschijnlijker dat dit spoor overeenkomsten vertoont met een vingerafdruk van de verdachte dan met een andere persoon die voorkomt in de databank.

Vooral voor zaken waar het DNA-bewijs het laat afweten zou de nieuwe methode volgens De Puit een rol kunnen spelen. “Wij proberen het DNA en vingersporen aan elkaar te koppelen.”

Bron » De Telegraaf

Nieuwe test kan DNA binnen vier uur analyseren en vergelijken

Een nieuwe forensische test kan het DNA van verdachten binnen de vier uur testen en vergelijken met wat in databanken van politiediensten zit. Dat meldt het wetenschappelijke tijdschrift Analytical Chemistry.

De klassieke DNA-tests in laboratoria leveren meestal pas tussen 24 en 72 uur resultaat op. Dat zorgt er dikwijls voor dat verdachten terug vrijgelaten worden bij gebrek aan voldoende sluitend bewijs.

Er bestaan al snellere methoden, maar het DNA moet daarvoor telkens naar een labo. Met het nieuwe testinstrument kunnen gerechtelijke diensten bewijsmateriaal verzamelen, nog voor het aanhoudingsmandaat van verdachten verloopt.

“Via een wattenstaafje wordt mondspeeksel verzameld, gemengd met een aantal chemische stoffen en opgewarmd. Het nieuw instrument bevat chips die DNA analyseren en vergelijken met materiaal uit databanken”, aldus wetenschappers Andrew Hopwood (Birmingham) en Frederic Zenhausern (Arizona).

“Het hele proces duurt slechts vier uur, maar we hopen die tijd nog te halveren. Op die manier zouden politiediensten het DNA zelfs kunnen dubbelchecken, alvorens een verdachte moet worden vrijgelaten. Bovendien kan het toestel bediend worden met een minimum aan wetenschappelijke kennis”.

Bron » De Morgen

“Al veel inspanningen geleverd om gerechtskosten te drukken”

Er zijn al veel stappen gezet om de gerechtskosten voor telefonie en DNA-onderzoek te beheersen. Dat zegt Justitieminister Stefaan De Clerck in een reactie op de oproep van de Commissie Modernisering voor de Rechterlijke Orde, die de overheid opriep dringend de tarieven terzake te heronderhandelen.

Wat telefonie betreft wijst De Clerck erop dat de kosten sinds 2003 “op een eerder relatief forfaitaire basis” worden vastgesteld en dat die niet noodzakelijk de reële kosten weergeven. Het BIPT spit het dossier momenteel uit en komt eind deze maand met een rapport op de proppen.

“Op basis van deze objectieve gegevens zal het BIPT verder een bemiddelende rol spelen tussen de tele-operatoren en de overheid”, stelt De Clerck in een mededeling. Plannen om de kosten voor DNA-onderzoek te verminderen sneuvelden dan weer door de val van de regering.

Bedoeling was die te drukken door het onderzoek Europees aan te besteden, omdat die kosten in het buitenland beduidend lager liggen. Daarvoor diende echter de DNA-wet te worden gewijzigd en een kb te worden genomen. De Clerck wijst erop dat ook een initiatief in voorbereiding was om een basiswet over gerechtskosten in elkaar te boksen.

Dat nu al 60% van het budget 2010 is besteed, is dan weer geen reden tot bezorgdheid. “Dit is mee veroorzaakt door betalingen van een groot gedeelte facturen van 2009”. “De CMRO is perfect op de hoogte van al deze ontwikkelingen en heeft net de opdracht mee te werken aan een betere beheersing van de gerechtskosten”, besluit De Clerck.

Bron » De Morgen