Bouhouche voorwaardelijk vrijgelaten

Ex-Rijkswachter Madani Bouhouche is gisteren voorwaardelijk vrijgelaten uit de gevangenis van Jamioulx. Dat schrijft Het Laatste Nieuws. Eerder deze maand had de Commissie voor Voorwaardelijke Invrijheidstelling in Bergen belist dat de man voorwaardelijk vrij mocht komen.

Bouhouche werd op 13 februari 1995 veroordeeld tot 20 jaar gevangenisstraf wegens roofmoord op bewakingsagent Francis Zwarts in 1984 en doodslag in 1989 op een Libanese diamanthandelaar in Antwerpen. Hij werd ook herhaaldelijk genoemd als medeplichtige aan de moordaanslagen van de Bende van Nijvel in de jaren tachtig. Hiervan werden echter nooit bewijzen gevonden.

De voorlopige hechtenis meegerekend zat Bouhouche 12 jaar in de gevangenis zodat hij in aanmerking kwam voor toepassing van de wet Lejeune.

In februari werd een eerste verzoek tot voorwaardelijke invrijheidstelling van de ex-BOB’er afgewezen omdat hij een onvoldoende voorstel had ingediend voor de boetes en schadeclaims die hij moest betalen. In november 1999 besliste de commissie voor voorwaardelijke invrijheidsstelling nog dat de man niet vrij mocht.

Bouhouche is reeds 33 keer met penitentiair verlof gegaan. Maar sinds 1998 mag hij niet meer buiten. Zijn advocaat vond dat het gerecht daarvoor weinig of geen motivatie gaf.

Bron » De Standaard

Madani Bouhouche voorwaardelijk vrij

Madani Bouhouche komt binnen enkele weken voorwaardelijk vrij. Dat heeft de Commissie Voorwaardelijke Invrijheidstelling van Bergen beslist. Bouhouche werd door het Brabantse assisenhof in 1996 tot 20 jaar celstraf veroordeeld voor de moord op een Libanese diamantair in Antwerpen en voor de roofmoord op de veiligheidsagent Francis Zwarts.

Bouhouche zat dertien jaar van zijn celstraf uit. Hij werd jarenlang samen met zijn ex-collega Robert Beijer in één adem vernoemd met de Bende van Nijvel. Beide ex-rijkswachters ontkenden altijd iets met deze moordende raids te maken te hebben. Die kostten in de jaren tachtig aan tenminste 28 mensen het leven. Tests met de leugendetector die de cel-Jumet, die het onderzoek naar de Bende van Nijvel leidt, uitvoerde, vielen voor beide mannen positief uit.

Robert Beijer werd negen maanden geleden als eerste door de Commissie VI voorwaardelijk vrijgelaten.Het eerste verzoek tot vrijlating van Bouhouche werd geweigerd. Bij zijn tweede aanzoek werd Bouhouche voor de Commissie VI geconfronteerd met de moeder van Zwarts, wiens lijk nooit werd gevonden. Ditmaal besliste de Commissie dat Bouhouche voorwaardelijk in vrijheid gesteld mag worden.

Bron » De Tijd

Madani Bouhouche weldra voorwaardelijk vrij

Ex-rijkswachter Madani Bouhouche komt weldra voorwaardelijk vrij. De commissie voor voorwaardelijke invrijheidstelling gaat in op het tweede verzoek van Bouhouche. Op vraag van Bouhouche wordt de exacte datum van zijn vrijlating geheim gehouden.

Vorig jaar werd zijn verzoek afgewezen omdat hij een onvoldoend voorstel had ingediend om tegemoet te komen aan de boetes en schadeclaims, die hij moet terugbetalen. Dat punt werd in zijn nieuwe aanvraag gewijzigd.

Bouhouche verscheen in 1995 samen met zijn kompaan en eveneens ex-rijkswachter Robert Beijer voor het assisenhof voor o.m. de verdwijning van veiligheidsagent Zwarts op 26 oktober 1982 in Zaventem en de moord op de Libanese diamantair Suleiman in 1989. Beijer werd tot 14 jaar cel veroordeeld, Bouhouche tot 20 jaar.

Door zijn lange voorhechtenis en zijn voordien maagdelijk strafblad kon Bouhouche al in 1997 vragen om voorwaardelijk vrij te komen. Maar het feit dat hij met Beijer steeds weer werd genoemd in het onderzoek naar de Bende van Nijvel, zette hem steeds opnieuw een hak. Nooit werd hij echter in dit dossier in verdenking gesteld.

Bron » De Standaard

Voorwaardelijk vrije Beijer vertrekt naar Bangkok

Net als Michel Nihoul mag ook de voorwaardelijk vrijgelaten Robert Beijer vertrekken naar het buitenland. In tegenstelling tot de Dutroux-verdachte moet hij zich wel melden op gezette tijden.

Ook mag de ex-rijkswachter, wiens naam herhaaldelijk in verband werd gebracht met de Bende van Nijvel, geen contact hebben met medeverdachten. Beijer verscheen in september 1994 voor het Brabantse assisenhof. Met Madani Bouhouche en Christian Amory (beiden ex-BOB’ers) en René Chang (ex-bediende Belgacom) moest hij zich verantwoorden voor een waslijst misdrijven.

Het ging onder meer om de moord op FN-ingenieur Juan Mendez, begin 1986 in Overijse, en die op de Antwerpse diamantair Ali Suleiman, in 1989. Bouhouche werd schuldig bevonden en veroordeeld tot twintig jaar dwangarbeid, Beijer kwam weg met veertien jaar voor lichtere feiten.

Na een derde van zijn straf te hebben uitgezeten, mocht ‘Bob’ de gevangenis in Verviers vorige week vrijdag verlaten. De commissie die verantwoordelijk was voor zijn vervroegde vrijlating verbond daar wel enkele voorwaarden aan. Zo moet de ex-rijkswachter zich elke drie maanden melden.

Dit belet hem niet te reizen. Volgens zijn advocaat Pierre Chomé vertrekt hij begin januari naar Thailand. Beijer runde voor zijn aanhouding een bedrijfje in edelstenen in de hoofdstad Bangkok. Hij heeft er ook een vrouw en kind. Het meisje was vier maanden oud toen har vader werd gearresteerd. De meldingsplicht levert volgens meester Chomé geen probleem op.

“Mijn cliënt moet zich aandienen bij en contact houden met de Belgische ambassade. Die brieft de maatschappelijk werkster van Justitie. Haar ziet hij om de drie maanden.” Dat betekent dat Beijer in maart weer naar België zal moeten vliegen. Intussen kan hij verder schrijven aan zijn boek. Daarin doet hij volgens zijn advocaat onthullingen over de betrokkenheid van de rijkswacht bij de Bende van Nijvel.

Bron » De Morgen

Beijer vrij, Bouhouche blijft in cel

Ex-rijkswachter Madani Bouhouche, die in 1995 een celstraf van 20 jaar kreeg voor de moord op de Libanees Suleiman in Antwerpen en de verdwijning van Sabena-agent Zwarts in Zaventem, moet nog minstens een half jaar langer in de cel blijven. Hij kwam in principe vorige week in aanmerking voor een voorwaardelijke invrijheidstelling, net als zijn kompaan Robert Beijer.

Het parket-generaal in Bergen heeft zich daartegen echter verzet.

Procureur-generaal van Bergen Ladrière gaf onlangs voor Bouhouche een negatief advies aan de commissie voor de voorwaardelijke invrijheidstelling. Daarin wordt er enerzijds op gewezen dat Bouhouche, net zoals Beijer overigens, niets kan ten laste gelegd worden in het dossier over de Bende van Nijvel.

Beide ex-rijkswachters werden in deze zaak nochtans al sedert jaren als verdachten beschouwd. De procureur-generaal haalt andere feiten aan om zijn standpunt te motiveren dat Bouhouche nog steeds als een gevaarlijke figuur beschouwd moet worden.

Zo wijst hij erop dat Bouhouche in het verleden aan de justitie heeft verklaard dat hij weet waar zich de wapens bevinden die begin jaren ’80 tijdens een erg stoutmoedige overval gestolen werden in de belangrijkste rijkswachtkazerne van het land. Bij die beruchte raid verdwenen toen gesofisticeerde wapens van de antiterreureenheid van de rijkswacht, de groep Diane.

Deze wapenroof werd nooit opgehelderd. Volgens het parket-generaal in Bergen kan niet uitgesloten worden dat Bouhouche na een eventuele vrijlating die wapens in handen kan krijgen; dat maakt van hem een potentieel gevaarlijk man.

De tweede reden waarom de PG in Bergen zich heeft verzet tegen de vrijlating van Bouhouche, houdt verband met de zaak-Francis Zwarts, de veiligheidsagent op Zaventem die in de jaren ’80 plots spoorloos verdween samen met een waardevol transport dat hem was toevertrouwd. De procureur-generaal wijst erop dat Bouhouche in het verleden bekend heeft goed te weten waar het lijk van Zwarts zich bevindt.

Volgens Ladrière is het een minimum dat Bouhouche pas vrijkomt als hij die plaats ook effectief aanwijst, zodat de nabestaanden het slachtoffer ook een laatste rustplaats kunnen geven. Het parket-generaal in Brussel moest ook zijn advies geven met het oog op een voorwaardelijke invrijheidstelling.

Dat advies, opgesteld door advocaat-generaal Morlet, had geen enkel bezwaar tegen de vrijlating van Bouhouche. Dat standpunt is opmerkelijk, want het parket-generaal heeft zelf aan de Verenigde Staten de uitlevering gevraagd van nog een andere kompaan en medeplichtige van Bouhouche, François Buslik. Die moet normaal aan ons land uitgeleverd worden om opnieuw voor het assisenhof van Brabant te verschijnen voor heel wat feiten, waaronder de affaire-Zwarts.

De Amerikaan Buslik werd destijds voor die zaak in Brussel al bij verstek veroordeeld, maar ontsnapte tijdig aan de Belgische justitie. Er is in het verleden al vaak allusie gemaakt op mogelijke bescherming die Buslik zou genieten. Het ziet er in elk geval niet naar uit dat hij spoedig door de VS uitgeleverd kan worden. Hijzelf zou beweren dat hij door een getuigenis van de ex-echtgenote van Bouhouche vrijgepleit zou worden in de affaire-Zwarts.

Tegen geen enkele van bovengenoemde personen kon de Belgische justitie na jaren speurwerk tot nu toe formele bewijslast voorleggen van enige betrokkenheid bij de feiten die worden toegeschreven aan de Bende van Nijvel in de jaren ’80. Dat betekent wel nog niet dat de cel die in Jumet met het Bende-dossier is belast, de denkpist-Bouhouche al beschouwt als een dood spoor.

Momenteel worden nog minstens een half dozijn concrete sporen in dit onderzoek gevolgd. In tegenstelling tot Bouhouche heeft Beijer zich al enige tijd geleden in Jumet onderworpen aan de leugendector. Beijer kreeg wel de voorwaardelijke invrijheidstelling. Hij verliet vorige vrijdag de gevangenis. Hij heeft inmiddels bijna zeven van de veertien jaar cel uitgezeten. Bouhouche heeft hoger beroep aangetekend tegen zijn niet-vrijlating.

Bron » De Morgen