Procureur-generaal Van Oudenhove waarschuwt voor politieke inmenging

Weinig politiek getinte uitspraken in de openingsredes dit jaar, bij de start van het gerechtelijk jaar. Wel veel aandacht voor technisch-juridische aspecten. De Brusselse procureur-generaal André Van Oudenhove liet nochtans enige bezorgdheid weerklinken over de “rechtstreekse afhankelijkheid van de toekomstige federaal procureur van de minister van Justitie”. Die kan er volgens Van Oudenhove toe leiden dat de regering zich moeit met de uitoefening van de strafvordering.

Procureur-generaal André Van Oudenhove van het hof van beroep in Brussel hield het kort. Na een inleidende toespraak gaf hij het woord aan advocaat-generaal Alain Winants. Die sprak over het internationaal strafrecht – uitlevering van verdachten of veroordeelden, internationale onderzoeksopdrachten en internationaal humanitair recht. Een “complexe, en technische materie die voortdurend evolueert”, maar een waar Winants in thuis is. Advocaat-generaal Winants vertegenwoordigde het openbaar ministerie tijdens het Rwanda-proces.

In zijn slotwoord had Van Oudenhove het over “minder positieve aspecten” van de hervorming van het gerecht die tot een “minder onafhankelijke Justitie” zouden kunnen leiden. Zo bestaat er volgens de Brusselse procureur-generaal een “reëel gevaar” voor inmenging van de regering bij de uitoefening van de strafvordering omdat de federaal procureur – die vanaf mei volgend jaar het nieuwe federaal parket zal leiden dat over heel het land kan optreden – rechtstreeks onder de minister van Justitie valt.

Het Hof van Cassatie moet zich meer wijden aan zijn belangrijkste opdracht, waken over de eenvormige interpretatie van het recht. Daarvoor moet het Hof zich vaker in algemene vergadering beraden. Dat zei de procureur-generaal bij het Hof van Cassatie, Jean du Jardin, in zijn openingsrede.

Volgens de procureur-generaal houden de steeds grotere complexiteit van het recht en het toenemende aantal cassatieberoepen het risico in van verdeeldheid in de rechtspraak. Meer dan ooit wordt het Hof daarom geconfronteerd met zijn belangrijkste opdracht: waken over de eenheid in de interpretatie van de wet.

“Die interpretatie moet eenvormig zijn voor alle rechtbanken van het land en ten opzichte van alle rechtzoekenden ongeacht de streek waar de rechtbank zetelt, het beroep van de partijen of de aard van het geschil”, aldus Du Jardin.

Met deze aanmaning pikte de hoogste magistraat van het land maandag in op de politieke discussie die al een tijdlang wordt gevoerd met name de vraag of de nu al merkbare verschillen in interpretatie van het recht een federalisering van Justitie verantwoordt. Dat is onder meer de stelling die de Volksunie al enkele jaren huldigt.

De plenaire vergaderingen van het Hof van Cassatie werden in 1954 in het leven geroepen en brengen de raadsheren van beide taalgroepen samen.

Du Jardin wees erop dat deze gemeenschappelijke vergaderingen garant staan voor de eenheid van het Hof, over de lokale of gewestelijke gevoeligheden heen en voor een uitwisseling van de individuele juridische bekwaamheden van de magistraten. Volgens de Procureur-generaal heeft het land daar nood aan “en kan de rechtstaat niet zonder rechtzekerheid en rechtsvrede”. Dit was overigens al de stelling van congreslid Raikem tijdens discussies over de allereerste grondwet van ons lan (1830). Voor onze eerste grondwetgevende vergadering was het evident dat één enkele hogere instantie moest oordelen over de gegrondheid van de rechtspraak en over de bevoegdheid van de rechters. Dit is volgens Du Jardin ook vandaag nog altijd het geval.

Du Jardin analyseerde in zijn mercuriale de cassatierechtspraak van de voorbije 40 jaar en concludeerde dat het Hof er ruimschoots is in geslaagd de eenheid van het recht te vrijwaren. Volgens de Procureur-generaal bevestigt deze vaststelling het grondwettelijk vastgelegde principe van het nationale karakter van het Hof van Cassatie.

De Antwerpse procureur-generaal Christine Dekkers pleitte in haar openingsrede voor de oprichting van expertisenetwerken: een groep van specialisten – magistraten en externen – die zich verzamelen rond een bepaald onderwerp of domein en het openbaar ministerie adviseren en ondersteunen. Dergelijk autonoom en niet-hiërarchisch overlegplatform kan bijvoorbeeld worden opgericht voor de bestrijding van car- en homejacking, mensenhandel, groot-banditisme en terrorisme…

“Telkens de regering aandringt op een krachtdadig optreden, zoals onlangs het geval was inzake mensenhandel en -smokkel, dan is het nuttig dat er een raamwerk bestaat, dat kan gehanteerd worden bij het expertisenetwerk. In tijden van crisis moet snel en slagkrachtig kunnen worden gehandeld, zonder dat hiërarchische structuren zich moeten wentelen in alle mogelijke ingewikkelde bochten”, aldus Dekkers. De hoge magistrate toonde zich voorts bijzonder trots omdat sedert een half jaar het Antwerpse hof van beroep een website heeft.

Uit de cijfers van het rechtsgebied Antwerpen-Limburg blijkt dat de strafrechters goed werk hebben geleverd. In Antwerpen klom het aantal uitgesproken vonnissen van 3.997 naar 6.682. Een stock van 1.500 achterstallige strafdossiers is op minder dan één jaar tijd volledig weggewerkt.

Het aantal nieuwe strafzaken neemt trouwens overal af, uitgezonderd in het arrondissement Hasselt. De nieuwe snelrechtwet wordt vrijwel nergens gebruikt. Turnhout blijft koploper in het seponeren: liefst 81 procent van de aangebrachte strafzaken wordt er niet vervolgd. Opvallend is de stijging van de jeugdcriminaliteit. In Mechelen werden vorig jaar 13 jongeren door de jeugdrechtbank “uit handen gegeven” en voor de correctionele rechtbank gebracht. In de voorbije 20 jaar was van deze procedure in Mechelen nooit eerder gebruik gemaakt.

Bron » De Standaard