Pleidooi Baudewyn lokt boze reacties uit

Paul Marchal heeft vanmiddag boos de assisenzaal verlaten tijdens het pleidooi van Ronny Baudewyn, de advocaat van Marc Dutroux. Voor Marchal ging Baudewyn te ver in de manier waarop hij zijn uiteenzetting luchtig probeerde te maken.

Ook Paul Quirynen, de advocaat van de familie Marchal, verliet even de zaal maar kwam daarna toch het vervolg van Baudewyns pleidooi volgen.

Omdat Luc Savelkoul, de advocaat van de moeder van Eefje, eerder deze week de verdediging van Dutroux “goochelaars” had genoemd, haalde Baudewyn een hoge hoed boven waaruit hij een aantal voorwerpen toverde om zijn pleidooi kracht bij te zetten. Baudewyn dacht zo dat de jury zich later beter de inhoud van zijn pleidooi zou herinneren.

Een sleutelbos bijvoorbeeld. Daarmee wou hij aantonen dat niet Dutroux maar Michelle Martin de sleutels van dit proces in handen heeft. Zij had immers ook de sleutels van het huis in Marcinelle bij zich toen Dutroux in de gevangenis zat en zij kan vertellen wat er toen met de kinderen is gebeurd.

“Geen moordenaar”

Baudewyn schetste een beeld van zijn cliënt. Hij had het over diens normaal huwelijk met zijn eerste vrouw maar ook over de vreselijke manier waarop hij Michelle Martin behandelde, over de gierigheid van Dutroux, maar ook over zijn rare eetgewoonten, over Dutroux die geen schuld kent, geen spijt, geen gevoelens. Een man die monsterlijke dingen gedaan heeft, zoals kinderen opgesloten en verkracht maar niet vermoord.

“Dutroux is geen moordenaar. Wanneer hij zou veroordeeld worden voor feiten die hij niet gepleegd heeft, wil dat ook zeggen dat de echte daders vrij rondlopen. Dutroux mag niet de vuilnisbak van dit proces worden”, pleitte Baudewyn.

Bron » De Standaard

Staatsveiligheid ziet geen problemen met militaire inlichtingendienst

Volgens Koen Dassen, de administrateur-generaal van de staatsveiligheid, verloopt de samenwerking tussen zijn dienst en de militaire inlichtingendienst volkomen probleemloos of anders gezegd: ‘collegiaal en volgens de regels van de kunst’. Ook zou de staatsveiligheid geen koers volgen waarbij ‘een voorkeur wordt uitgedrukt voor een of andere buitenlandse partner of doctrine’.

Met die boodschap aan het persagentschap Belga reageerde de staatsveiligheid op de berichtgeving in De Morgen van vorige woensdag. De stelling van Dassen staat haaks op de mening van senator Hugo Vandenberghe (CD&V), die als lid van de parlementaire begeleidingscommissie die toezicht houdt op de werking van de inlichtingendiensten een bevoorrecht waarnemer is.

Volgens Vandenberghe woedt er immers een open oorlog tussen de staatsveiligheid en de militaire inlichtingendienst, met als inzet de vraag wie het voortouw neemt in de strijd tegen het terrorisme. “De staatsveiligheid zit inzake politieke analyse van de terreurdreiging meer op de Franse lijn, terwijl de militaire inlichtingendienst een Amerikaanse koers volgt”, verklaarde de senator.

In zijn persbericht veegt Dassen die kritiek volledig van tafel. “In tegenstelling tot wat wordt beweerd, is er een goede samenwerking met de militaire inlichtingendienst”, stelt hij. “Naast regelmatige vergaderingen zijn er ook, wanneer noodzakelijk, gemeenschappelijke operaties.”

Dassen toonde zich in het verleden geen grote fan van het Comité I, het college van magistraten dat in opdracht van het parlement de inlichtingendiensten in de gaten moet houden. De talrijke controles van het Comité I zouden volgens Dassen de operationele werking van zijn dienst in gevaar brengen.

“Wat betreft de activiteiten van het Comité I ziet de staatsveiligheid geen wijziging in de controle inzake de dienst”, stelt het persbericht. “Wel is het zo dat er naast de punctuele controles ook een dialoog tussen beide partijen bestaat om het Comité I regelmatig op de hoogte te brengen van de evoluties binnen de staatsveiligheid.”

Volgens de mededeling werd door de staatsveiligheid in het kader van het beleidsplan 2005-2010 de idee geopperd om op middellange termijn te komen tot een integratie van de inlichtingendiensten, met uitzondering van de specifieke militaire taken. “De minister van Justitie achtte de tijd daarvoor evenwel niet rijp en die optie werd niet geselecteerd”, stelt de dienst. Voorts wordt erop gewezen dat de staatsveiligheid geen koers volgt “waarbij een voorkeur wordt uitgedrukt voor een of andere buitenlandse partner of doctrine”.

De fenomenen die momenteel gevolgd dienen te worden, in het bijzonder islamitische extremistische netwerken, zijn immers internationaal actief en gestructureerd, argumenteert Dassen. “Het is dan ook zo dat de bestrijding ervan maar mogelijk is door internationale samenwerking en wel op dergelijke wijze dat alle betrokken buitenlandse zusterdiensten meewerken.”

Bron » De Morgen

Michaux geeft uitleg bij “complot rijkswacht en politici”

Ex-BOB’er René Michaux is vandaag voor een tweede maal voor het assisenhof in Aarlen komen getuigen. Op vraag van de verdediging van Marc Dutroux gaf hij onder meer toelichting bij zijn uitlatingen eerder op televisie, na zijn eerste verhoor voor het assisenhof.

Michaux legde uit dat een journalist hem verteld had dat de politieke wereld en de rijkswachttop hadden afgesproken dat hij de zondebok moest zijn van wat misgelopen was in de zaak-Dutroux.

Bij aanvang van zijn verhoor vandaag zei Michaux dat hij vorige keer dingen “vergeten zeggen” was. Na zijn verschijning voor het hof was had hij zich herinnerd dat hij nog tal van documenten had over de huiszoekingen, onder meer persoonlijke nota’s. Michaux legde aan de hand van die documenten uit wat hij in augustus ’96 uitgevoerd heeft.

Hij antwoordde hiermee impliciet op de verwijten van procureur Bourlet eerder op het proces. Die zei onder meer dat hij niet begreep waarom de speurhond bij een huiszoeking in Marcinelle op 13 augustus ’96 niet had gemerkt dat Laetitia Delhez in het gebouw was. Ook Michaux had daar geen verklaring voor. Hij bevestigde dat, voor zover hij wist, de hond toen niet gereageerd heeft op de geur van Laetitia. Sabine en Laetitia werden pas twee dagen later uit de kooi bevrijd op aanwijzingen van Dutroux.

Wat de huiszoeking in Marcinelle van 13 december ’95 betreft, waarbij Julie en Melissa niet gevonden werden maar Michaux gefluister gehoord had, beweerde Michaux dat de slotenmaker die toen aanwezig was, wél wist dat de speurders op zoek waren naar kinderen. De slotenmaker had namelijk deelgenomen aan een voorafgaande briefing bij de rijkswacht, beweerde Michaux. De slotenmaker verklaarde eerder voor het assisenhof echter dat hij niet op de hoogte was.

Michaux maakte ook melding van een notaboekje uit ’95, dat in beslag genomen werd door het comité P. Advocaat Xavier Magnée vroeg dat het notaboekje bij het strafdossier van het assisenhof zou worden gevoegd. De assisenvoorzitter ging akkoord.

Complot tussen politieke wereld en rijkswachttop

Na zijn uitleg vroeg Magnée aan Michaux wat er aan was van het complot tussen de politieke wereld en de rijkswachttop, waarover Michaux op televisie gesproken had.

“Een journalist die getrouwd is met een woordvoerster van de rijkswacht, heeft me verteld dat er een akkoord was tussen de politieke wereld en de top van de rijkswacht om voor de parlementaire onderzoekscommissie alles op mij te laten terechtkomen. Hij had dat op een dag gehoord van zijn vrouw”, zei Michaux. “Sinds ’96 zijn de rollen omgekeerd en moet ik me constant verantwoorden.”

In tegenstelling tot wat hij op tv had gezegd, heeft Michaux vandaag geen zitting achter gesloten deuren gevraagd.

Rijkswacht ontkent

De woordvoerster van de federale politie, Els Cleemput, ontkent de complottheorie van Michaux. “Volgens hem zou er in een vergadering met politietop en politici zijn afgesproken hem als zondebok te gebruiken. Ik heb geen weet van een dergelijke vergadering en bovendien zou zo’n een afspraak een beïnvloeding betekenen van de toenmalige parlementaire onderzoekscommissie Dutroux. Iedereen die deze commissie heeft gevolgd weet dat dit onmogelijk was”, legt Els Cleemput uit.

De advocaat van de familie Lambrecks, meester Savelkoul, noemde de getuigenis van Michaux een “afleidingsmanoeuvre” was. Advocaat-generaal Jean-Baptiste Andries deed de getuigenis af als een verdedigingsmiddel voor Marc Dutroux.

Bij het verlaten van de assisenzaal liet de advocaat van Marc Dutroux, meester Magnée, verstaan dat de toenmalige rijkswacht verantwoordelijk was voor de dood van Julie en Melissa. René Michaux verklaarde aan de pers nog eens dat het ging om een gebrek aan verantwoordelijkheid in het Belgisch systeem: “De macht der gewoonte in de instellingen is dodelijk, het gaat om een samenloop van omstandigheden. De echte verantwoordelijke is de politiek. Wij maken de wetten niet”, aldus Michaux na zijn getuigenis.

Hoofdspeurder Demoulin getuigt

Op vraag van de verdediging van Michel Nihoul heeft ook hoofdspeurder Michel Demoulin opnieuw getuigd. Hij heeft een overzicht gegeven van alle elementen in het dossier die er volgens hem op wijzen dat de vier beschuldigden een criminele bende vormen.

Demoulin had het over de – weinige – aanwijzingen dat de beschuldigden zich inlieten met wapenhandel, valse kredietkaarten, valse documenten, autozwendel, drugs en mensenhandel. De speurder wees er onder meer op dat Nihoul vermoedelijk de Britse drugstrafikant David Walsh uit wraak heeft verklikt aan de BOB van Dinant.

Michel Lelièvre en David Walsh hadden voordien Nihoul gevraagd om samen met hen een zware gestolen Mercedes tot in Spanje te brengen. Lelièvre en Walsh waren toen relatief jong en het zou verdacht zijn overgekomen indien zij met z’n tweeën in zo’n auto zouden rondrijden. Eenmaal aangekomen maakte Walsh zich uit de voeten en werd enkel Lelièvre voor bewezen diensten betaald door het netwerk van autozwendelaars. Nihoul kreeg geen cent voor het transport maar verklikte Walsh wel een tijd later aan de BOB.

Bron » De Standaard

Lelièvre vraagt zich af waarom hij niet naar politie stapte

Michel Lelièvre weet nog altijd niet waarom hij nooit beslist heeft om naar de politie te stappen en te vertellen dat hij met Marc Dutroux meisjes had ontvoerd. Dat antwoordde hij vandaag op vraag van één van zijn ex-klasgenoten.

De medescholieren van Lelièvre drukten vanmorgen voor het assisenhof van Aarlen quasi unaniem hun verwondering uit over het feit dat de vriendelijke jongen uit hun klas, die weliswaar veel familiale problemen had, betrokken geraakt was bij de gruwelijke feiten van de affaire Dutroux.

“Ik excuseer me tegenover de families van de slachtoffers dat ik in deze bewoordingen over Michel moet praten. Maar ik moet wel zeggen dat Michel op school een vriendelijke en brave jongen was’, zei één van zijn klasgenoten, intussen moeder van twee kinderen. Ze zag haar oude schoolmakker in juni of juli ’96 terug in het gemeentehuis van Jemeppe-sur-Sambre in het gezelschap van een “heel bizarre man met een bril op”. Zowel Lelièvre als de getuige vermoeden vandaag dat dat Michaël Diakostavrianos moet geweest zijn.

“Vandaag weet ik dat Michel toen al An, Eefje en juffrouw Dardenne had ontvoerd. Ik walgde ervan toen ik het vernam. En ik begreep er niets van. Daarom wil ik Michel vandaag vragen waarom hij toen nooit is wakker geworden met het gevoel dat hij het moest vertellen. De foto’s van die meisjes hingen toen overal aan de muur”, zei de vrouw.

“Ik stel mijzelf ook nog steeds de vraag waarom ik toen niet gereageerd heb. Ik kan je niet antwoorden”, repliceerde Lelièvre in de beschuldigdenbox. “Ik begrijp nog steeds niet wat ik hier doe en wat jij daar doet”, zei de jonge vrouw, alvorens de assisenzaal te verlaten.

Aalmoezenier

Marcel C., de protestantse aalmoezenier die Michel Lelièvre al acht jaar lang regelmatig gaat bezoeken in de gevangenis, zei vandaag dat de derde beklaagde er niet in slaagt om een goede manier te vinden om zijn spijt uit te drukken tegenover de slachtoffers en hun families.

“Hij is bang dat men zou denken dat hij excuses of een gemakkelijke oplossing zoekt om aan zijn verantwoordelijkheden te ontsnappen”, zei de aalmoezenier. “Sinds enkele jaren is er één vraag die hem bijzonder bezighoudt: zullen de families van de slachtoffers mij kunnen vergeven wat ik gedaan heb.”

Ook de 74-jarige grootvader van Lelièvre, Gilbert D., zei even voordien dat zijn kleinzoon wel degelijk spijt had, maar die moeilijk kon uitdrukken. Lelièvre vertelde hem kort na zijn aanhouding dat hij “de bevelen had uitgevoerd van een netwerk”, zonder dat nader uit te leggen.

De aalmoezenier is ervan overtuigd dat Lelièvre hem, in de honderden uren die hij met hem heeft gesproken, alles gezegd heeft. “Hij was zich op het moment van de feiten bewust van wat hij gedaan had, maar zag er de reikwijdte niet van in. Hij zei dat hij toen helemaal vastzat in een systeem, waar hij niet van uit kon. Hij heeft echter nooit geprobeerd om de schuld af te schuiven op anderen, zoals zijn familie of zijn pleeggezin.” Volgens Marcel C. volgt Lelièvre al enige tijd een cursus per correspondentie over geloofsbelijdenis.

Paul Marchal verwonderde er zich over dat Lelièvre blijkbaar nooit over een motief voor de ontvoeringen gesproken had tegen de pastor. Advocaat Paul Quirynen wees erop dat het getuigenis van de aalmoezenier in tegenstrijd is met de conclusies van de psychiaters. “Alsof Lelièvre helemaal geen psychologische problemen heeft. Dergelijke getuigenis is pijnlijk voor de families van de slachtoffers.”

De verdediging van Marc Dutroux vond het vreemd dat de aalmoezenier er zo van overtuigd was dat Lelièvre alles gezegd had. Advocaat Magnée wilde weten over welke ontvoeringen Lelièvre gesproken had. Magnée wilde nagaan of Lelièvre het, zonder ze met naam te noemen, ook over Julie en Melissa gehad had. “An, Eefje, Sabine, Laetitia”, zei Marcel C.

Marc Dutroux, die beweert dat niet hij maar Lelièvre bij de ontvoering van Julie en Melissa betrokken is, ging op hetzelfde elan verder: “Hoe kan u zo zeker zijn dat Michel Lelièvre u alles gezegd heeft? Men kan toch ook dingen niét zeggen”. De aalmoezenier tegen Dutroux: “U bent goed geplaatst om dat te zeggen…” Hierna las de assisenvoorzitter enkele verklaringen voor van personen die als getuigen werden opgeroepen, maar niet zijn komen opdagen voor het assisenhof.

Bron » De Standaard

Meer getuigen over persoonlijkheid Dutroux en Martin

Vandaag is de zitting van het assisenhof van de provincie Luxemburg net als gisteren gewijd aan het moraliteitsonderzoek van Michelle Martin. Maar ook de persoonlijkheid van Marc Dutroux zal middels enkele getuigenverhoren ter sprake komen.

Drie medestudenten van Michelle Martin aan de normaalschool hebben vanmorgen voor het assisenhof beschreven hoe haar persoonlijkheid evolueerde toen ze op 21-jarige leeftijd kennis maakte met Marc Dutroux.

“Het was niet meer de Michelle die ik voordien kende”, legde één van de getuigen uit. “Ze vertelde als jonge moeder over de ontrouw van haar man en liet zich zelf op een uitstapje verleiden”, getuigde een oud-klasgenote.

Michelle Martin en Marc Dutroux ontmoetten elkaar in 1981. Vanaf 1983 woonden ze samen. Kennissen en buren van het koppel uit Goutroux, Manage, Marcinelle en Sars-la-Buissière worden vandaag eveneens in Aarlen verwacht.

Bijkomende getuigen

Het assisenhof gaat akkoord met de oproeping van twaalf nieuwe getuigen. Diverse partijen hadden het hof daar om gevraagd. Het assisenhof wees echter ook enkele getuigenverhoren af, zoals dat van twee journalisten die Michel Nihoul geïnterviewd hebben.

Onder de getuigen die wel opgeroepen worden bevindt zich een meisje dat in het gezelschap van Nihoul en Lelièvre een vliegtuigreis van Spanje naar België heeft gemaakt. Ze vond dat Nihoul zich toen bijzonder opdringerig gedroeg.

Verder zullen ook twee ex-rijkswachters worden opgeroepen, één van de cel-Verdwijningen en één officier die in augustus ’96 verschillende huiszoekingen van het onderzoek-Dutroux gecoördineerd heeft. De verdediging van Laetitia Delhez had om deze drie getuigen gevraagd.

Bron » De Standaard