Naar aanleiding van het overlijden van Wilfried Martens (1936-2013), Belgisch christendemocratisch boegbeeld, dook Vrede vzw even in de archieven van het tijdschrift Vrede. Hieronder een commentaarstuk van toenmalig hoofdredacteur André De Smet, net na de plaatsing van de kernraketten in Florennes in 1985. Premier Martens liet ondanks hevig protest van de bevolking kruisraketten overvliegen uit de VS en zette zelfs het parlement buitenspel.
Wilfried Martens leidde in 1985 een liberaal-christendemocratische regeringscoalitie. Als de vos de passie preekt … We schrijven dit artikel, de dag na de grote betoging van 17 maart 1985 (nvdr: 45.000 betogers volgens de politie, meer dan 150.000 volgens de organisatoren VAKA-OCV) en aan de vooravond van het nieuwe rakettendebat.
Tot heden is het scenario precies uitgevallen zoals we het hier steeds hebben geschreven. De regeringsbeslissing tot plaatsing, onmiddellijk daaropvolgend de installatie en … een parlement dat gewoon buitenspel is gezet. Onder druk van de vredesbeweging en enigszins terughoudend gezien de mogelijke terugslag op het kiescliënteel, had de regering een beslissing steeds voor zich uitgeschoven, omdat het door de VS en de NAVO voorziene schema nog niet aan uitvoering toe was.
Premier Martens en minister Tindemans (nvdr: minister van Buitenlandse Zaken) die begin januari in Washington ter verantwoording geroepen waren, werden er daar aan herinnerd dat de ’tijd’ aangebroken was. Martens trachtte intussen de bevolking nog te verschalken met nieuwe schijnvoorstellen, als een voorafgaande raadpleging van de bondgenoten, alsof hij niet wist dat hiermee open deuren werden ingetrapt. Een regeringsbeslissing werd vooropgesteld voor eind maart, maar het overlijden van Tsjernenko (nvdr: partijleider van de Sovjet-Unie van 13 februari 1984 tot 10 maart 1985) leek hem nog een ‘unieke’ kans om, door onaanvaardbare voorstellen aan de Sovjet-Unie, een laatste troef als alibi uit te spelen.
Toen kwam 14 maart, volgens het NAVO-schema de vooravond van de plaatsing, en dus de uiteindelijke regeringsbeslissing. Nog nooit werd in de Belgische politiek zo brutaal te werk gegaan. Op een ogenblik dat in Genève de nieuwe onderhandelingen zijn gestart en, aan de vooravond van de nationale vredesbetoging tegen de raketten, besloot de regering tot plaatsing.
De regering schaamt zich zelfs niet te erkennen dat, na de door haar op 14 maart om 23 uur genomen beslissing, die twee uur later aan de VS en de NAVO gemeld werd de Amerikaanse vliegtuigen met hun kernladingen reeds om 7u28 Belgische tijd van de Westkust van de VS vertrokken. Het ligt dus voor de hand dat de vliegtuigen vertrekkensklaar, geladen stonden, nog vooraleer in de regering de beslissing gevallen was! Uiteindelijk dus een bevestiging van onze afhankelijkheid t.a.v. de Verenigde Staten en een zonderlinge interpretatie van onze zo geprezen democratie.
Voor het parlement en tijdens zijn regeringsmededeling voor de televisie heeft eerste minister Martens niet geaarzeld met de waarheid een loopje te nemen om het regeringsstandpunt te rechtvaardigen. De klassieke verdraaiing als zou de plaatsing van de Pershing II en de kruisraketten een antwoord zijn op de SS-20 (nvdr: Russische kernraketten), werd nog maar eens bovengehaald.
Reagans ‘nul-optie’ kwam er ook nog maar eens bij te pas en Martens aarzelde niet om de zogenaamde terugtrekking van verouderde VS-atoomwapens als justificatie van de regeringsbeslissing aan te voeren. Klap op de vuurpijl was echter de in extremis uitgevoerde Tindemans-operatie: het onderhoud met Gromyko (de nieuwe leider van de Sovjet-Unie) in Moskou met als eis de ontkoppeling van het luik middellangeafstandswapens, van de globale onderhandelingen in Genève.
Waarover gaat het eigenlijk. Met het CVP-standpunt van St-Niklaas einde 1984 waarin het voorstel werd gedaan de onderhandelingen van Genève af te wachten en een uitstel van de beslissing te beschouwen als een signaal aan Moskou, zat de CVP verveeld.
Het bezoek aan Reagan en het daaropvolgend kamerdebat hadden reeds duidelijk gemaakt dat naar een oplossing werd gezocht om het verzet in de achterban te overbruggen. Dit argument kwam reeds tot uiting in de toespraak van CVP-voorzitter Frank Swaelen (zie Vrede nr 240, februari 1985) die de eis stelde dat de Russen een begin moesten maken met de ontmanteling van de SS-20 en dat de Sovjet-Unie aan de Geneefse onderhandelingen een kans moest geven door een akkoord over ‘Star Wars’ niet absoluut te koppelen aan een akkoord – of een gedeeltelijk akkoord – over de strategische en middellangeafstandswapens.
Nadat Swaelen, ondanks het feit dar er een meerderheid bleek te zijn tegen een beslissing, op het CVP-congres in Gent ‘carte blanche’ gaf aan de CVP-ministers, bleek dat het akkoord van St-Niklaas reeds overboord was gegooid.
Het ACW dat tot op dat ogenblik een belangrijke rol had gespeeld in het verzet tegen de plaatsing, ging plots, wellicht onder druk van de CVP, dezelfde richting uit. We wezen hier reeds op de ACW-verklaring van 14 februari (Zie Vrede nr 241, maart 1985) waarin juist dezelfde stelling werd verdedigd: “Als Europeanen kunnen we niet aanvaarden dat de drie luiken van de Conferentie van Genève, met name de problematiek van de ruimtewapens, de strategische wapens en de middellangeafstandswapens, op die wijze aan elkaar zouden worden gekoppeld dat een akkoord over één van de domeinen slechts uitvoering krijgt wanneer ook over beide andere een akkoord is bereikt. In dat geval zouden Europa en vooral de kleinere landen zich de gegijzelde voelen van het machtsstreven van beide grootmachten”, tot daar het ACW.
We wezen erop dat het ACW zo de zienswijze van Swaelen bijtrad en dat het ACW blijkbaar was vergeten dat in België, in uitvoering van het NAVO-dubbelbesluit, raketten zouden worden opgesteld. Heel de operatie-Tindemans blijkt dus zorgvuldig voorbereid te zijn om de CVP-basis de bittere pil met dit alibi te doen slikken. Toppunt van hypocrisie nog: minister Tindemans verklaarde, nog voor zijn afreis naar Moskou, Reagans ‘Star War’-programma te steunen.
Pax Christi-voorzitter Ignaas Lindemans stelt, in een lezersbrief in de De Standaard van 19/3 (1985 nvdr) zoals ook wij deden in onze voorgaande uitgaven, het onzinnig en onaanvaardbare van een dergelijk voorstel aan de kaak en citeert tot staving het officieel document van de overeenkomst Schultz-Gromyko (nvdr: toenmalige ministers van Buitenlandse Zaken van respectievelijk de VS en de Sovjet-Unie): “De partijen komen overeen dat de waaier van problemen betreffende de ruimtewapens en de nucleaire wapens – strategische en die van middellange afstand – het voorwerp zullen zijn van onderhandelingen en dat al deze problemen in nauwe binding met elkaar zullen bestudeerd en geregeld worden”.
Het bewijs is dus geleverd dat de openbare opinie mooi voor de aap gehouden werd. Een reden te meer om voor de toekomst waakzaam te zijn. Voor de vredesbeweging is het een bevestiging van het feit dat het verstrekken van dergelijke informatie één van haar belangrijkste opdrachten is.
Bron » Vrede