Federaal parket is formeel: “Bonkoffsky is niet de reus van de Bende van Nijvel”

Vanavond brengt het opsporingsprogramma Faroek bij VTM een volledige uitzending gewijd aan de Bende van Nijvel. Daarin doet het federaal parket een oproep naar getuigen. Daarnaast roept het mensen op die op de hoogte waren of meegewerkt hebben aan de misdaden van de Bende, om zich te melden. Door de nieuwe wet op de spijtoptanten kunnen die laatste rekenen op strafvermindering. Het parket bevestigt nu ook officieel dat Christaan Bonkoffsky, de politieman uit Aalst, niet de Reus van de Bende is.

De Bende van Nijvel pleegde begin jaren tachtig tal van diefstallen en overvallen, vooral op warenhuizen. Daarbij vielen 28 doden en meer dan veertig gewonden. De daders zijn nooit gevat.

Nieuwe wind in onderzoek

Meer dan een jaar geleden beweerde een man uit Dendermonde dat zijn broer, oud-rijkswachter Christiaan Bonkoffsky, de Reus van de Bende was. Dat had hij hem op zijn sterfbed verteld. Toen niet veel later ook magneetvissers dozen met munitie en wapens uit het kanaal van Brussel naar Charleroi visten – die trouwens niets met de Bende te maken hadden – kwam er een nieuwe wind in het onderzoek naar de Bende.

Sinds afgelopen jaar is het onderzoek naar de Bende dan ook in een stroomversnelling geraakt. Minister van Justitie Koen Geens besliste de onderzoekscel te versterken met twintig extra speurders en vijf misdaadanalisten. Daarnaast heeft het federaal parket het onderzoek overgenomen van de procureur-generaal van Bergen.

Zoektocht naar Reus gaat verder

Het federaal parket heeft de onthulling van Bonkoffsky’s broer grondig onderzocht, maar kwam tot de conclusie dat de ex-rijkswachter niet de Reus kan zijn. “We hebben dat onderzocht en op basis van de elementen die nu in het dossier zitten, kunnen wij zeggen dat Bonkoffsky de Reus niet was. Wij hebben alles bekeken en dat is uiteindelijk het resultaat”, dat zegt Eric Van Der Sypt, woordvoerder van het federaal parket.

Strafvermindering mogelijk

Hetzelfde parket roept (mede)daders op om zich te melden, mee te werken en bekentenissen af te leggen. In ruil daarvoor kunnen zij dankzij de ‘wet op spijtoptanten’, die deze zomer is goedgekeurd, op strafvermindering rekenen.

Het federaal parket hoopt dat die wet voor een doorbraak kan zorgen, want de tijd dringt. Het gerecht heeft tot november 2025 om de daders voor het hof van assisen te brengen en te laten veroordelen.

“Het is geen geheim dat die wet er gekomen is vooral voor het onderzoek naar de Bende van Nijvel”, zegt Van Der Sypt. “Wij hebben daar goede hoop op dat er, zelfs na dertig jaar, toch iemand naar voren zal komen met duidelijke verklaringen over hetgeen hij dertig jaar geleden eventueel zou gedaan hebben in het kader van de Bende van Nijvel.”

Oproep naar getuigen

Daarnaast lanceert het federaal parket samen met de onderzoeksrechter in de uitzending drie specifieke vragen. Om het onderzoek vooruit te helpen, roept het parket getuigen op die over meer info beschikken, om zich te melden.

De volledige aflevering van Faroek kan je vanavond om 22.40 uur bekijken bij VTM.

Bron » De Morgen

Na de film ‘Niet Schieten’, komt er een Witte Mars tegen falende justitie?

Op 9 november herdenkt Aalst de slachtoffers van de gruwelijke aanslag van de Bende Van Nijvel en er gaan nu stemmen op om een Witte Mars te houden op die herdenkingsdag. David Van de Steen staat achter het idee, maar kan het in zijn hoedanigheid als overlever niet zelf organiseren.

Volgens overlever David Van de Steen leeft het idee om een Witte Mars te organiseren in Aalst. “Ik krijg ongelofelijk veel warme reacties na het zien van de film Niet Schieten. Er zijn verschillende mensen die op 9 november een Witte Mars willen organiseren in Aalst tegen onze falende justitie en de aanhoudende corruptie”, zegt hij.

Op 9 november 1985 viel de Bende van Nijvel de Delhaize van Aalst aan. Sinds een tiental jaar worden de slachtoffers op 9 november herdacht in Aalst. Een Witte Mars zou een heel mooi gebaar zijn, vindt David. “Maar ik mag hier niet in beslissen. Er zijn meerdere families. Maar wie kan hier iets tegen hebben”, zegt hij.

Zijn vrouw, Nathalie Piron, zegt dat een Witte Mars zou moeten kunnen, maar dat de familie Van de Steen het initiatief niet kan nemen. Het ligt te gevoelig bij de nabestaanden. “Indien er een Witte Mars zou plaatsvinden op 9 november zullen wij aanwezig zijn”, zegt ze.

Bron » Het Laatste Nieuws

Topmagistrate werd door zaak-Dutroux vedette tegen wil en dank

Eliane Liekendael, die een hoofdrol speelde in enkele van de meest ophefmakende justitiezaken van de jaren negentig, is op 8 oktober overleden, op 89-jarige leeftijd. De eremagistrate lijkt wel de verpersoonlijking van de wereldvreemdheid van de Belgische justitie. ‘Ik ben geen circusdier’, zei ze zelf.

Als procureur-generaal bij het Hof van Cassatie stond Liekendael aan het hoofd van het openbaar ministerie, de groep magistraten die verantwoordelijk is voor de opsporing en vervolging van misdadigers, zoals in 1996 Marc Dutroux. Ze werd op 12 december 1928 in Etterbeek geboren en doorliep alle functies bij het parket en het parket-generaal in Brussel. Haar hele leven stond in functie van de magistratuur. Ze was, veelbetekenend, ook de eerste vrouw die opklom tot de hoogste functie bij het openbaar ministerie. Op 12 december 1998 was ze met pensioen gegaan, op 70-jarige leeftijd.

Liekendael raakte bij het publiek vooral bekend door het ‘spaghetti-arrest’ (oktober 1996). Als procureur-generaal bij het Hof van Cassatie vroeg ze om onderzoeksrechter Jean-Marc Connerotte van de zaak-Dutroux te halen, nadat die was ingegaan op de uitnodiging voor een spaghettifeestje van enkele slachtoffers van Dutroux. De onderzoeksrechter had zich daardoor partijdig opgesteld, zei Liekendael en Cassatie volgde haar daarin.

De (Franstalige) magistrate verklaarde destijds dat ze de wraking van onderzoeksrechter Connerotte ‘met spijt’ had bepleit. ‘Nooit heeft mijn taak van magistraat me zo zwaar gewogen’, vertelde ze later. ‘Maar ik heb trouw gezworen aan de wet en die is onverbiddelijk.’

Wantrouwen in gerecht aanleiding voor Witte Mars

Die principiële opstelling werd door de buitenwereld vaak gezien als wereldvreemdheid. Door het ‘spaghetti-arrest’ verloren de ouders van de ontvoerde en vermoorde meisjes alle geloof in het gerecht. Dat wantrouwen van gewone mensen in de Belgische justitie en zelfs de politieke instellingen van het land leidde tot de fameuze Witte Mars, in oktober 1996.

Een maand later kreeg Liekendael als procureur-generaal twee andere uiterst gevoelige strafdossiers voorgeschoteld: het ging om zedenzaken waarbij de namen van de toenmalige ministers Elio Di Rupo (PS) en Jean-Pierre Grafé (PSC) vielen. Beiden werden uiteindelijk van elke verdenking vrijgepleit.

Zoals zovele magistraten in die tijd kon Liekendael moeilijk overweg met de soms opdringerige journalisten. De beelden van een wegvluchtende Liekendael voor de tv-camera’s zullen haar blijven achtervolgen. ‘Je ne suis pas une vedette’, verklaarde ze toen. ‘En ik ben ook geen circusdier.’

Erudiet, verfijnd, niet wereldvreemd

Maar het beeld van de mediaschuwe topmagistrate verdient bijstelling. Eliane Liekendael was een erudiet en verfijnd persoon, maar geen zonderlinge. Ze had als hoogste magistrate van het land eerder pogingen ondernomen om te communiceren met de bevolking, via enkele zeldzame interviews. Maar ze zag zich vooral als de verdediger van de belangen van de rechterlijke macht en dat bracht haar geregeld in conflict met de openbare opinie en met de politieke wereld die via wetswijzigingen de justitie de 21ste eeuw wilde binnenloodsen.

De spanningen tussen politiek en gerecht bereikten een kookpunt toen Eliane Liekendael als aanklager de ministers Guy Coëme (PS, Defensie) en Willy Claes (SP.A, Economische Zaken) voor het Hof van Cassatie bracht wegens omkoping in de Agusta-Dassault-affaire. Haar optreden in dat ‘proces van de eeuw’ was een illustratie van haar rechtlijnigheid en onverzettelijkheid: magistraten moesten er in haar visie alles aan doen om de wet te laten zegevieren, ook al zaten de hoogste politici op het beklaagdenbankje.

Bron » De Standaard

Eliane Liekendael (90), bekend van het ‘spaghetti-arrest’, overleden

Eliane Liekendael (90) is overleden. Dat meldt L’Echo. Liekendael was de eerste vrouw die opklom tot de top van de Belgische magistratuur. Ze speelde onder meer een belangrijke rol in de affaire-Dutroux en in de zaak Agusta-Dassault.

Liekendael raakte vooral bekend door het zogenaamde ‘spaghetti-arrest’. Als procureur-generaal bij het Hof van Cassatie vroeg ze om onderzoeksrechter Jean-Marc Connerotte van de zaak-Dutroux te halen, nadat die was ingegaan op de uitnodiging voor een spaghettifeestje van enkele slachtoffers van Marc Dutroux. De onderzoeksrechter zou zich daarmee partijdig hebben opgesteld.

Eerste vrouwelijke procureur-generaal

Liekendael werd op 12 december 1928 in Etterbeek geboren. Ze begon haar loopbaan in de magistratuur in november 1955 op het Brusselse justitiepaleis als substituut van de procureur des konings. In december 1973 werd ze benoemd tot eerste substituut en in 1975 werd ze substituut van de procureur-generaal bij het hof van beroep van Bergen. In maart 1978 werd ze advocaat-generaal bij datzelfde hof van beroep.

Op het einde van dat jaar keerde ze naar Brussel terug waar ze als advocaat-generaal bij het Hof van Cassatie aan de slag ging. Op 18 september 1996 volgde ze er Jacques Velu op als eerste vrouwelijke procureur-generaal bij Cassatie. Op 12 december 1998 ging ze met emeritaat.

Het mandaat van Liekendael bij het Hof van Cassatie stond bol van gebeurtenissen die het hof meer dan ooit tevoren in de schijnwerpers plaatsten. Van bij haar aantreden kreeg ze te maken met het verzoek van de advocaat van Marc Dutroux dat op 14 oktober 1996 leidde tot het ‘spaghetti-arrest’, waarbij de zaak-Dutroux uit handen van onderzoeksrechter Connerotte werd genomen. Eliane Liekendael verklaarde destijds dat ze dat “met spijt” had gepleit.

In november 1996 kreeg ze als procureur-generaal twee andere uiterst delicate dossiers voorgeschoteld: zedenzaken waarbij de namen van de toenmalige ministers Elio Di Rupo en Jean-Pierre Grafé vielen. Beiden werden uiteindelijk van elke verdenking vrijgesproken.

Agusta-Dassault

Vervolgens werd ze belast met het dossier Agusta-Dassault. In november 1997 vroeg ze aan de Kamer van volksvertegenwoordigers de inbeschuldigingstelling van Guy Coëme. Ze vroeg en verkreeg van de parlementen van het Waals parlement en de Franse Gemeenschap ook de opheffing van de onschendbaarheid van Guy Spitaels.

Op het Agusta-Dassault-proces vorderde de procureur-generaal dat alle beklaagden schuldig zouden worden verklaard, maar eiste ze een milde straf. Voor Liekendael hoefde geen van de twaalf naar de cel.

De meest opgemerkte passus uit haar requisitoir waren echter de hervormingsplannen voor justitie. Volgens Eliane Liekendael vormden die een bedreiging voor de rechtsstaat.

Van Liekendael blijft het beeld bij van de vrouw die in september 1998 voor de televisiecamera’s en fotografen op de vlucht slaat op de eerste dag van het Agusta-Dassault-proces. Anderzijds bracht ze het Hof van Cassatie dichter bij de burger door interviews te geven aan de VRT, RTL, en RTBF. Het was de eerste keer dat de hoogste autoriteit van het openbaar ministerie zich rechtstreeks voor de camera’s uitsprak.

Bron » De Morgen

Beruchte wapenhandelaar Jacques Monsieur krijgt zwaardere straf in beroep

De beruchte wapenhandelaar Jacques Monsieur heeft in beroep een zwaardere straf gekregen voor illegale wapenleveringen aan onder meer Libië, Tsjaad, Iran en Pakistan. Hij is veroordeeld tot 4 jaar cel en een boete van 1,2 miljoen euro. In eerste aanleg was dat nog 3 jaar cel en 300.000 euro boete.

De 64-jarige Jacques Monsieur is een van de meest beruchte wapenhandelaars ooit in België. De man leverde in het verleden wapens in tientallen conflicten wereldwijd zoals Iran, Kroatië, Bosnië, Tsjaad en vele anderen. Nu stond hij in ons land terecht omdat hij tussen 2006 en 2009 honderdduizend automatische geweren aan Libië, tanks en helikopters aan Guinea-Bissau, militair materiaal aan Iran, tweehonderdduizend automatische geweren met bijhorende munitie, gevechtshelikopters en -vliegtuigen aan Tsjaad en raketlanceerders en mitrailleurs aan Pakistan had verkocht.

Monsieur heeft de verkoop van wapens altijd ontkend en verklaarde dat de wapenhandel een dekmantel was omdat hij in opdracht van verschillende inlichtingendiensten informatie verzamelde. In eerste aanleg werd de wapenhandelaar veroordeeld tot 3 jaar cel en een boete van 300.000 euro. De man ging in beroep, maar kreeg vandaag een zwaardere straf. Hij moet 4 jaar de cel in en een boete van 1,2 miljoen euro boete betalen. In tegenstelling tot het vonnis van de correctionele rechtbank, werd hij in beroep wél veroordeeld voor lidmaatschap van een criminele organisatie, vandaar de zwaardere straf.

De openbaar aanklager vroeg na het arrest om Monsieur onmiddellijk aan te houden, maar daar ging het hof van beroep niet op in. De notoire wapenhandelaar kan wel nog in cassatieberoep aantekenen. De zaak verjaart in april 2019, dus een eventuele verbreking van het arrest betekent dat de Jacques Monsieur alsnog vrijuit zou kunnen gaan.

Bron » VRT