‘Het personeelstekort wordt alleen maar groter’: topman politie slaat alarm

Voor het komende jaar voorziet de regering geld om 800 politiemensen aan te werven. ‘Onvoldoende. Iedereen weet dat er elk jaar ook 1.400 uitstromen’, zegt Nico Paelinck, voorzitter van de Vaste Commissie van de lokale politie.

Volgens de meest recente cijfers werkt er nu al te weinig volk bij de politie: 1.500 te weinig bij de lokale en 2.000 bij de federale politie. “Dat tekort wordt alleen maar groter”, zegt Paelinck, die ook korpschef van de zone Westkust is.

Hij klaagt het ontoereikende budget aan voor de aanwervingen bij de politie voor 2020. “Er is geld voor 800 nieuwe werkkrachten. Maar elk jaar gaan minstens 1.400 van onze collega’s met pensioen of veranderen van job. Dat zijn dus nog eens 600 werkkrachten minder! Natuurlijk zal dat een effect hebben op de werking. Dat nieuwe tekort – op het al bestaande tekort – is een regelrechte aanslag op onze veiligheid.” Paelinck voorspelt dat de gevolgen binnen anderhalf jaar voelbaar zullen zijn. “Veel diensten die nu al zo goed als leeg zijn, zullen verder leeglopen.”

Volgens de politietopman is het probleem op het hoogste niveau aangekaart. “Maar ze steken zich weg achter een regering van lopende zaken.”

Bron » De Morgen

Telefoontaps, observaties, geheime huiszoekingen: de staat luistert vaker mee

De Belgische inlichtingendiensten gebruiken meer dan ooit bijzondere inlichtingenmethoden zoals telefoontaps, observaties en geheime huiszoekingen. Dat leert het jaarrapport 2018 van het Comité I, de toezichthouder op de inlichtingendiensten, dat gisteren is voorgesteld in het parlement.

Bijzondere inlichtingenmethoden is de verzamelnaam voor een reeks moderne onderzoeksmethoden die de twee Belgische inlichtingendiensten – de Staatsveiligheid en militaire ADIV – sinds 2010 kunnen gebruiken om terroristen, extremisten en spionnen op te sporen. Het gaat om verschillende technieken, zoals het afluisteren van telefoongesprekken, het doorzoeken van huizen of het inkijken van mails.

In 2018 hebben de Belgische inlichtingendiensten 2.445 keer bijzondere inlichtingenmethoden toegepast, leert het jaarverslag van het Comité I. Dat is een stijging met meer dan 25 procent tegenover 2017. In vergelijking met 2013 gaat het om een toename van ruim 80 procent. Volgens het Comité I is de groei vooral toe te schrijven aan de Staatsveiligheid, die instaat voor het binnenlandse inlichtingenwerk.

Terreur

In de inlichtingenwereld is te horen dat het stijgend gebruik van de bijzondere inlichtingenmethoden samenhangt met de huidige dreigingen tegenover België. Het gaat dan om de strijd tegen terreur, maar ook om de cyberoorlog met China en Rusland. Beide grootmachten doen volop een beroep op spionage en hacking. België is als hoofdstad van de Europese Unie en thuisbasis van de NAVO een belangrijk doelwit.

“Ik verwacht dat het gebruik van de bijzondere inlichtingenmethoden ook in de komende jaren verder zal stijgen”, zegt Kenneth Lasoen, docent Intelligence aan de UAntwerpen. “Een aantal veroordeelde Syrië-strijders staat op het punt om vrij te komen. Ik kan me inbeelden dat de Staatsveiligheid hen goed in het oog zal willen houden de eerste maanden dat ze uit de gevangenis zijn. De vrees bestaat dat velen alleen nog verder geradicaliseerd zijn in de gevangenis en op wraak broeden.”

Controle

Lasoen benadrukt dat de bijzondere inlichtingenmethoden geen carte blanche vormen voor de inlichtingendiensten. Ze kunnen niet om het even wie om het even wanneer afluisteren. “Elke actie moet vooraf goedgekeurd worden door een speciaal comité van drie magistraten. Daar wordt onderzocht of de actie proportioneel is. En of er geen andere manier is om informatie te verkrijgen die de privacy minder schendt. Bovendien gaat het nog altijd maar om een paar duizend acties, op een totaal van 11 miljoen Belgen. We leven nog lang niet in een surveillancestaat.”

“We moeten onze inlichtingendiensten vertrouwen”, reageert Peter Buysrogge, de veiligheidsspecialist van N-VA. “Wie recht in zijn schoenen staat heeft niets te vrezen. Er zijn voldoende checks and balances ingebouwd in het huidige systeem. Ik zie dit niet als een bedreiging.” In het verleden hebben doorlichtingen uitgewezen dat de Belgische inlichtingendiensten zelden of nooit misbruik maken van hun macht.

Bron » De Morgen

Software van Justitie niet geschikt voor complexe dossiers

‘Mammouth at Central Hosting’, of kortweg MaCH, is de software waarmee op termijn alle takken van het openbaar ­ministerie en de rechterlijke orde zouden moeten werken. Vandaag is hij al geïnstalleerd bij onder andere alle vredegerechten, parketten, politierechtbanken en correctionele rechtbanken. De onderliggende infrastructuur ervan heet robuust en functioneel te zijn. Het systeem bevat 91 miljoen dossiers – meer dan de helft is wel afkomstig van de politieparketten. Maar de gebruikersinterface – dat deel dat de magistraten zien en gebruiken – is sterk verouderd. Magistraten vinden dat de applicatie hen afremt in hun werk.

Het arbeidsauditoraat van Brussel verwijst naar ‘computerproblemen’ als deel van de verklaring voor het kwijtspelen van het dossier rond zwartwerk en fraude bij de bouw van het prestigieuze Europagebouw, waar De Standaard onderzoek naar voerde. Met name de MaCH-interface staat een vlotte, georganiseerde manier van werken in de weg, betoogde een Brusselse substituut-arbeidsauditeur.

Verkeersboetes

De kritiek op het gebruiks­aspect van MaCH klinkt al lang. De top van het openbaar ministerie riep een tijd geleden op om zo snel mogelijk over een ander systeem te kunnen beschikken.

‘Een dagvaarding in een dossier rond fiscale fraude met zeven verdachten en twintig kwalificaties is in MaCH een gigantisch werk’, zegt Erwin Dernicourt, procureur-generaal van Gent. ‘Voor eenvoudige zaken, zoals de meeste bij politierechtbanken, werkt MaCH goed. Maar magistraten die veel complexe dossiers onderzoeken, hebben het gevoel dat ze tijd verliezen met MaCH.’

De weg naar MaCH werd in 2007 ingeslagen door de data van 256 lokale servers over te hevelen naar één centrale ‘mammoet’. De onderliggende infrastructuur moet toelaten dat alle geledingen van het gerecht informatie kunnen uitwisselen met elkaar én met allerlei andere instanties. Zo is MaCH ook fundamenteel voor de inning van de verkeersboetes.

Maar binnen het gerecht verloopt de ontsluiting van de informatie binnen MaCH slecht. Dat komt doordat de focus de voorbije jaren vooral lag op de toevoeging van nieuwe functies en de uitrol bij nieuwe onderdelen van het gerecht. Opfrissing van de interface en dus een verbeterde gebruiksvriendelijkheid schoten daarbij in. Wanneer MaCH dan arriveert bij een bepaalde tak van het gerecht, zoals de arbeidsaudito­raten, die afscheid moet nemen van het bestaande systeem en er een weinig gebruiksvriendelijke toepassing voor in de plaats krijgt, wekt dat weerstand op.

Procureur-generaal Gent

De FOD Justitie en het kabinet van minister van Justitie Koen Geens (CD&V) tonen begrip voor die moeilijkheden: ze erkennen dat de leercurve van MaCH hoog is, wat de gebruiksvriendelijkheid in de weg staat. ‘Maar we mogen het kind niet met het badwater weggooien’, vindt Edward Landtsheere, woordvoerder van de FOD Justitie. ‘Alles zit nu in een centrale database en die moeten we toegankelijk maken volgens ieders behoeftes. Dat moet inderdaad veel gebruiksvriendelijker dan nu het geval is, waardoor de leercurve kleiner wordt en MaCH ook voor de complexere dossiers werkbaar is.’

Er zijn proefprojecten om de gebruikersinterface te verbeteren, maar zolang de knoop daarover niet is doorgehakt, wordt de oude versie voort in gebruik genomen.

Bron » De Standaard

Toch geen doorbraak: te weinig DNA op vest van Bende van Nijvel

Een gespecialiseerd DNA-lab in het Franse Lyon kan het onderzoek naar de Bende van Nijvel dan toch ook niet vooruit helpen. Specialisten daar probeerden maandenlang een persoonsbeschrijving op te stellen op basis van aangetroffen DNA op een kogelvrij vest van de Bende. Maar dat blijkt onmogelijk. Er zit gewoon te weinig DNA op de vest.

Alles draait om de versneden kogelvrije vest die in 1986 in Roncquières werd opgevist. Die zou gebruikt zijn tijdens de laatste Bende-aanslag in Aalst, waar 8 doden vielen. In 2010 werd al een DNA-onderzoek op de vest uitgevoerd. Dat wees uit dat het gedragen was door een man, die nergens in Belgische of buitenlandse DNA-databases van gekende misdadigers terug te vinden was.

Op vraag van het federaal parket voerde het lab in Lyon daarom een diepgravender onderzoek uit – het DNA-onderzoek is de laatste jaren fel geëvolueerd. Sommige dingen konden destijds niet.

Bedoeling was dat de Franse specialisten de speurders een persoonsbeschrijving zouden bezorgen op basis van het aangetroffen DNA op de kogelvrije vest. Zo zouden ze bijvoorbeeld weten welk kleur haar en ogen de gezochte persoon had. Of – om maar iets te zeggen – of hij grote of kleine oren had. Dan zou die beschrijving kunnen vergeleken worden met eventuele verdachten die opduiken. “Dit is een zware ontgoocheling”, zegt Eric Van Duysse van het federaal parket. “Er zit gewoon te weinig DNA op om bruikbare resultaten te halen. Deze piste loopt dood.”

Bron » Het Laatste Nieuws

Hoogste rechtcolleges luiden noodklok

Het Grondwettelijk Hof, het Hof van Cassatie en de Raad van State richten zich in een uitzonderlijk memorandum naar de regering om aan de alarmbel te trekken. Door alle besparingen kan er nauwelijks nog op een kwaliteitsvolle manier tijdig recht worden gesproken, klinkt het.

De drie hoogste rechtscolleges halen het zelf aan in hun brief. Het is uitzonderlijk dat het Grondwettelijk Hof, het Hof van Cassatie en de Raad van State zich samen in één stem aan de regering richten. “Dit memorandum is dan ook een noodkreet na vijf jaar lineaire besparingen ten belope van meer dan 2 procent per jaar. Er is zoveel bespaard inzake werking en personeel en zo weinig geïnvesteerd, bijvoorbeeld inzake informatica, dat er nauwelijks nog op een kwaliteitsvolle manier tijdig recht kan worden gesproken.” Zo luidt de niet mis te verstane tweede zin in het document.

De rechtscolleges wijzen de regering erop dat kwaliteitsvol en tijdig recht spreken een essentiële vereiste is in een democratische rechtsstaat. “Een spoedige rechtszekerheid over zowel de geldigheid als de interpretatie van rechtsregels, zowel voor de burgers als voor de overheid, is een fundamentele bezorgdheid. Die raakt niet alleen het algemeen belang, maar zelfs de openbare orde. Daarnaast komt snelle rechtspraak, met kortere periodes van rechtsonzekerheid tot gevolg, onze economie ten goede.”

Extra middelen

De rechtscolleges vragen niet alleen aan de regering om de lineaire besparingen te beëindigen, er moet dringend opnieuw geïnvesteerd worden in justitie. En daar zijn extra financiële middelen voor nodig.

Zonder die bijkomende financiering dreigt de juridische achterstand die vandaag al bestaat uit te monden in laattijdige en bijgevolg nutteloze rechtsbedeling voor burgers. “Dat moet te allen prijze vermeden worden.”

Hoeveel de rechtscolleges precies aan extra financiering vragen is niet duidelijk. De colleges waren gisteravond niet meer bereikbaar voor extra duiding. In de brief wordt benadrukt dat die extra fondsen eerder bescheiden zijn “in het licht van de globale staatshuishouding en van de economische baten die er ongetwijfeld uit voortvloeien”. De rechtscolleges geven aan dat ze gerust meer financiële verantwoordelijkheid willen dragen.

Bij minister Koen Geens (CD&V) is te horen dat het budget voor justitie niet gedaald is. Zijn woordvoerder benadrukt ook dat voor elke magistraat die vertrekt bij het Hof van Cassatie een nieuwe vacature werd uitgeschreven. “De Minister van Justitie kan enkel spreken voor het Hof van Cassatie, de andere rechtscolleges vallen niet onder zijn bevoegdheid.” Het Grondwettelijk Hof valt onder de bevoegdheid van premier Sophie Wilmès (MR), de Raad van State valt onder minister van Binnenlandse Zaken Pieter De Crem (CD&V). Daar kon men niet meer reageren op het memorandum.

Bron » De Morgen