Vandeurzen over Belliraj: “Ongegronde geruchten”

De Staatsveiligheid brengt geen advies uit over naturalisaties en de twee stukken die werden opgemaakt, zijn niet tegenstrijdig. Dat merkt de minister van Justitie, Jo Vandeurzen, op na “ongegronde geruchten die door bepaalde media verspreid zijn en die stelden dat de Staatsveiligheid de naturalisatie van de heer Belliraj gemanipuleerd zou hebben”.

Geconsulteerd

“Wat de procedure betreft, merken wij op dat de Staatsveiligheid geen advies uitbrengt omtrent naturalisaties. Ze wordt bij elke aanvraag geconsulteerd, en ingeval de betrokkene gekend is wegens recente en relevante feiten, deelt de Staatsveiligheid de nuttige informatie waarover ze beschikt, mee aan de bevoegde procureur des konings of aan de Kamer van Volksvertegenwoordigers, zoals de wetgeving dat voorschrijft. Het zijn zij die een finale beslissing nemen, onder meer op basis van de door onze dienst overgemaakte informatie”, luidt het.

Actuele info

Wat Abdelkader Belliraj betreft, zijn twee stukken opgemaakt. “In tegenstelling tot wat wordt beweerd, spreken die twee elkaar niet tegen: het tweede document is een actualisering van het eerste. De correcte informatie meedelen, recent of geactualiseerd, is trouwens een wettelijke verplichting van de Staatsveiligheid, in toepassing van de wet op de bescherming van de persoonlijke levenssfeer”, aldus de minister.

Gent

Om het ontstaan van de twee documenten uit 2000 uit te klaren, werden leden van de Staatsveiligheid belast met de consultatie van het naturalisatiedossier van de Belliraj bij het parket van Gent. “Zo kon de minister van Justitie op een zo volledig mogelijke manier geïnformeerd worden over de inhoud van het dossier en over de historiek ervan”, klinkt het nog.

Bron » De Morgen

Belliraj pleit schuldig

De advocaat van de Belgisch-Marokkaanse terreurverdachte Abdelkader Belliraj is niet van plan de vrijspraak te pleiten voor zijn cliënt. ‘Hij riskeert de doodstraf en ik wil zijn hachje redden’, verklaart Mohamed Ziane, zo schrijft Het Laatste Nieuws maandag.

Volgens de raadsman geeft Belliraj toe dat hij wapens smokkelde, maar blijft hij de zes Belgische moorden ontkennen. Op de vraag of Belliraj contact had met de terreurgroep die de executies opeiste, antwoordt Ziane: ‘Die kent hij zeer goed’.

Ziane deed zijn uitspraken tegenover de Marokkaanse bladen ‘TelQuel’ en ‘Le Reporter’. Dat laatste blad achterhaalde dat Belliraj in Brussel actief was bij een vzw voor Arabische arbeiders in de schoot van de Franstalige christelijke vakbond CSC. De voorzitter hiervan speelde volgens bronnen een sleutelrol bij de vrijlating van de Vlaamse dokter Jan Cools nadat die in 1988 in Libanon was ontvoerd door Abou Nidal, opeiser van de Belliraj-moorden.

Bron » Het Nieuwsblad

Paul Wille: ‘Nieuwe audit Staatsveiligheid overbodig’

Minister van Justitie Jo Vandeurzen (CD&V) bestelde naar aanleiding van de affaire-Belliraj een audit van de Staatsveiligheid. Maar volgens Paul Wille, Open Vld-fractieleider in de Senaat, is zo’n nieuwe audit ‘overbodig’.

De problemen bij de inlichtingendienst zijn voldoende bekend, meent Wille. “En de audit door het Comité I van enkele jaren geleden, kan nog steeds als leidraad dienen.”

Het nieuws dat de Belgisch-Marokkaanse Abdelkader Belliraj, die door de Marokkaanse autoriteiten beschouwd wordt als een gevaarlijke terroristenleider die zijn opdrachten kreeg van Al Qaida, tegelijkertijd ook informant was van de Staatsveiligheid, raakte de Belgische geheime dienst als een potentieel dodelijke torpedo.

“Omdat het goed functioneren van de inlichtingendiensten essentieel is in de strijd tegen het internationaal terrorisme, zal de regering op basis van een audit nagaan of en hoe de werking verbeterd kan worden”, zo reageerde de nieuwe regering-Leterme vorige week in haar regeerverklaring op het schandaal rond Belliraj.

“Logisch dat een audit kan aantonen wat er moet verbeteren aan de werking van de Staatsveiligheid”, repliceert Paul Wille. “Een nieuwe audit is echter overbodig. De audit die enkele jaren geleden door het Comité I werd uitgevoerd, kan immers nog steeds als leidraad gebruikt worden. Toen was de bevinding dat de voornaamste werkingsmoeilijkheid lag in een slechte informatiestroom en het ontbreken van een strategie ter zake. Het is dus nuttig, vooraleer een nieuwe audit uit te voeren, de aanbevelingen van de senatoriële begeleidingscommissie te hernemen en te evalueren of een nieuwe audit een meerwaarde kan bieden.”

De externe audit waar Wille naar verwijst, werd besteld door de begeleidingscommissie na de aanslagen van 11 september 2001 in de VS en uitgevoerd door experts van Advies Bureau Conseil (ABC). De audit moest onder andere nagaan of de Staatsveiligheid overbelast en onder- bemand was, zoals de dienst zelf beweerde. Het uitlekken van de eerste ramp- zalige resultaten van die audit veroorzaakte in 2002 het ontslag van Godelieve Timmermans, de toenmalige chef van de Staatsveiligheid.

Ook haar opvolger Koen Dassen, die in 2006 op zijn beurt maar om andere redenen moest opstappen, had grote moeite met de tweede en derde fase van de audit, die de operationele werking en het beheer van de informatiestromen onderzocht. Het Comité I preciseerde destijds dat de audit werd besteld uit noodzaak, “gelet op het klimaat van ontevredenheid en malaise in de Staatsveiligheid”.

Omdat ook de parlementaire controle op de werking van de Staatsveiligheid de laatste jaren volkomen vierkant draait (DM 14/3), stelt Wille voor om niet langer het Comité I te laten beslissen over de inhoud van zijn rapporten, maar de senatoriële begeleidingscommissie zelf. Sinds de publicatie van zijn jongste jaarverslag blijkt het Comité I een soort zelfcensuur te hanteren, blijkbaar uit schrik om al te gevoelige informatie aan de openbaarheid prijs te geven.

“Het is de opdracht en de verantwoordelijkheid van het Comité I om de inhoud en de bewoordingen van een verslag te bepalen”, stelt Wille. “Het is de opdracht en de verantwoordelijkheid van de Senaat om daaraan het gevolg te geven dat gepast is. Aan deze basisbeginselen wordt niets gewijzigd indien bepaald wordt dat het enkel de bevoegdheid is van de Senaat om te beslissen of en wat in een publiek debat kan gebracht worden. Die wijziging ontslaat het Comité I van de soms netelige opdracht om zelf te bepalen wat van een verslag in een publiek debat vrijgegeven mag worden.”

Bron » De Morgen

Connecties tussen terreurgroepen in de lage landen

De Marokkaanse inlichtingendiensten onderzoeken of er een verband bestaat tussen het netwerk van de Belgisch-Marokkaanse terrorist Abdelkader Belliraj en de Hofstadgroep, die de cineast Theo van Gogh doodde.

Het vermoeden bestaat dat Belliraj banden had met terreurgroep die een enkele jaren geleden opgerold werd en die geleid werd door andere Marokkaanse Belgen. Die groep stond in contact met de Nederlandse Hofstadgroep.

“Het is logisch en normaal dat er een link gelegd wordt tussen beide netwerken”, zegt een hoge politiebron aan de redactie. “Het zou een professionele fout zijn om dat niet te doen. Het is zeker niet onmogelijk en zelfs heel waarschijnlijk dat er een verband is tussen de groep-Belliraj en het tweede netwerk, dat eveneens geleid werd door twee Belgisch-Marokkaanse kopstukken. België is een klein land, die netwerken van moslimextremisten kennen elkaar.”

In november 2005 arresteerde de Marokkaanse politie een terreurcel die geleid werd door Mohammed Raha en Khaled Azik, twee Belgen van Marokkaanse afkomst, en Ahmed Zemmouri, de oom van Raha en de broer van Moussa Zemmouri, een Antwerpenaar die in de Guantanamogevangenis zit.

De groep, die banden had met Al Qaida en plannen beraamde voor aanslagen op Marokkaanse bodem, hield zich vooral bezig met het rekruteren van Noord-Afrikanen, in de Maghreb en in Europa, voor de oorlog tegen de Amerikanen in Irak. Maar de groep had ook intensieve contacten met andere moslimextremisten.

Zo bekende Antwerpenaar Raha na zijn arrestatie dat hij in contact stond met de Nederlandse Hofstadgroep, de terreurcel waar de moordenaar van filmmaker Theo van Gogh toe behoorde. Samir Azzouz, een lid van de Hofstadgroep, zou Raha ook hebben gevraagd om deel te nemen aan een geplande zelfmoordaanslag tegen het hoofdkantoor van de Nederlandse inlichtingendienst AIVD, de vroegere BVD. Die plannen zouden vanuit België beraamd zijn door Khalid Abou Bassir, een Algerijn die volgens Raha de coördinator was van Al Qaida in Europa.

Raha is ook de neef van Ismaël Akhnik, een ander notoir lid van de Hofstadgroep. Om meer te weten over de Nederlandse vertakking kwam de Marokkaanse onderzoeksrechter Abdelkader Chentouf, dezelfde magistraat die momenteel de leiding heeft over het onderzoek naar Belliraj, begin 2006 met een rogatoire commissie naar Nederland om er Azzouz en Akhnikh te ondervragen.

Voorts bekende Raha dat hij in België actief betrokken was geweest bij de rekrutering van kamikazes voor Irak. Hij zou hiervoor gecontacteerd zijn door de echtgenote van Rachid Iba, die hem vertelde “dat vele moslimvrouwen van wie de mannen aangehouden zijn in België bereid waren om het even wat te doen in het kader van de jihad, de heilige oorlog.

Raha verwees haar door naar dezelfde Abou Bassir, die hij beschreef als de chef van de vrouwelijke kamikazes. Rachid Iba stond voor de correctionele rechtbank van Brussel als een van de verdachten in het proces tegen leden van de Groupe Islamique Combattant Marocain (GICM). Via die filière van zelfmoordkandidaten stond Raha ook in contact met de entourage van de groep Brusselse moslimextremisten die de Belgische Muriel Degauque en haar man Issam Goris naar Irak stuurden, waar ze door Amerikaanse militairen werden neergeschoten vooraleer ze een aanslag konden plegen.

Tegen Raha en Zemmouri loopt overigens nog ook onderzoek door het Antwerpse parket, zo vernam de redactie. In het kader van dat onderzoek ging de Antwerpse onderzoeksrechter Jean-Louis Bogaerts in mei vorig jaar met een rogatoire commissie naar Marokko. De 52 leden van hun terreurnetwerk zijn inmiddels veroordeeld door het hof van beroep in Salé, in de buurt van Rabat.

Belliraj, die gisteren voor het eerst werd verhoord door onderzoeksrechter Chentouf, zal uiteindelijk voor dezelfde rechtbank in Salé moeten verschijnen. Zijn Marokkaanse advocaat, Mohamed Ziane, ontkent intussen alle beschuldigingen aan het adres van zijn cliënt.

Bron » De Morgen | Georges Timmerman

Terreurnetwerk Belliraj gelinkt met Hofstadgroep

Het terreurnetwerk van Abdelkader Belliraj had wellicht banden met de Nederlandse Hofstadgroep, die verantwoordelijk was voor de moord op filmmaker Theo van Gogh.

Verder zouden er links zijn met de Belgische tak van de Groupe Islamique Combattant Marocain (GICM) en met de groepering die Belgische zelfmoordkandidaten zoals Muriel Degauque naar Irak stuurde. Die werkhypothese wordt momenteel onderzocht door de Marokkaanse inlichtingendiensten, zo vernam De Morgen.

De ontbrekende schakel tussen Belliraj en de Hofstadgroep was een andere Marokkaanse terreurcel die enkele jaren geleden werd ontmanteld en geleid werd door twee andere Marokkaanse Belgen, Mohammed Raha en Khaled Azik. Een hoge Belgische politiebron noemt het “logisch en normaal dat er een link gelegd werd tussen beide netwerken”.

Bron » De Morgen | Georges Timmerman