Afkoopwet bracht in vijf jaar 410 miljoen op

De fel bekritiseerde afkoopwet leverde de schatkist al honderden miljoenen op. Het gerecht grijpt dat aan om te pleiten voor meer geld voor misdaadbestrijding.

De noodkreten over het gebrek aan onderzoekscapaciteit die politie en ­gerecht de voorbije maanden slaakten, in het bijzonder woensdag in het federaal parlement, koppelen ze vaak aan wat hun werk ­opbrengt voor de Belgische staat. Vooral de verruimde minnelijke schikking, bekend als de ‘afkoopwet’, brengt geld in het laatje.

Uit cijfers van het college van procureurs-generaal blijkt dat die omstreden wet van 2017 tot en met vorig jaar 410 miljoen euro heeft opgeleverd. ‘In 2019 ging het om 307 miljoen euro’, zegt Ignacio de la Serna, de procureur-generaal van Bergen. Dat hoge bedrag in dat ene jaar is te wijten aan de schikking die het parket van Brussel sloot in de HSBC-fraudezaak.

De Zwitserse bank HSBC werd ervan verdacht belastingontduiking te stimuleren door offshorebedrijven op te zetten voor welstellende klanten, onder wie Antwerpse diamantairs. Langs die weg konden ze belastingen op inkomsten uit spaargeld omzeilen. Meer dan duizend Belgen zouden van dat systeem gebruik hebben ­gemaakt. HSBC betaalde in die zaak 294,4 miljoen euro.

Een andere grote recente schikking was die in de zaak-Beaulieu. In juni vorig jaar betaalden zes verdachten samen bijna 50 miljoen euro in een onderzoek naar een witwasconstructie in Luxemburg.

De verruimde minnelijke schikking maakt het sinds 2011 mogelijk dat fraudeurs geld betalen om het in hun strafzaak niet tot een proces te laten komen. De minnelijke schikking bestond voordien al voor minder zware feiten. De uitbreiding van de lijst met feiten waarvoor een schikking mogelijk is, botste op fel protest omdat het rijke verdachten in staat stelt hun proces en dus een mogelijke straf af te kopen. Links sprak van ‘klassenjustitie’. De wet, die in 2018 werd bijgestuurd, kwam ook op een zeer omstreden manier tot stand, onder invloed van de Franse politiek. Dat werd onderzocht in de commissie-Kazachgate.

Geen btw-carrousel

Omdat fraudezaken erg vaak verzanden in procedureslagen met het risico dat de feiten verjaren – en dat verdachten dus helemaal geen straf krijgen – wijst het gerecht erop dat de afkoopwet voor complexe dossiers een goeie oplossing is, omdat ze tot een resultaat leidt. De inkomsten die ze genereert, zijn een extra argument pro. Tussen 2011 en eind 2017 ging dat al om bijna 480 miljoen euro. ‘Daarnaast komt er ook nog geld binnen via de ­gewone minnelijke schikkingen en de boetes’, zegt De la Serna. ‘Dat was de voorbije vijf jaar bijna 280 miljoen euro.’

‘Voor de federale ­gerechtelijke politie vragen we ­geleidelijk meer middelen: het eerste jaar 35 miljoen extra, het tweede jaar 40 miljoen en daarna 50 miljoen gedurende vijf jaar. Dat is een verdedigbaar bedrag als je dat vergelijkt met de opbrengsten die worden gehaald uit onder meer fraude­bestrijding’, zegt De la Serna. ‘Doordat we nu prioriteiten moeten stellen, schiet dat er vaak bij in. Als we moeten kiezen tussen een onderzoek naar een btw-carrousel en een naar zware drugstrafiek, kiezen we ervoor om op dat laatste in te zetten. Eigenlijk zouden we ze allebei moeten kunnen uitvoeren. Het is ook problematisch dat we door een onderinvestering in de centrale diensten geen zicht meer hebben op bepaalde fenomenen, zoals mensenhandel.’

Bron » De Standaard

Het doel is alle straffen uit te voeren

Een investering van zo’n miljard euro moet politie en justitie eindelijk de 21ste eeuw binnenloodsen. De uittredende minister van Justitie, Koen Geens (CD&V), eiste in 2019 een injectie van 750 miljoen euro als voorwaarde voor een tweede termijn. Het lot wil dat de injectie er komt – alvast op papier – maar dat Geens vertrekt.

Zijn opvolger krijgt volgens het regeerakkoord een ‘begrotings­injectie’ om het departement mee te herfinancieren. Volgens onze informatie is ruim een half miljard euro voorzien om Justitie zelf te moderniseren en nog eens een kwart miljard om de gerechts­gebouwen en gevangenissen aan te pakken. Daarnaast krijgen ook de federale politie en de veiligheidsdiensten een structurele ­injectie van ruim 200 miljoen euro. Ook de nieuwe minister van ­Binnenlandse Zaken kan de beurs dus opentrekken.

Niet ‘soft’ overkomen

Die meeruitgaven moeten het beeld helpen bijstellen dat een regering met groenen ‘soft’ zou zijn, iets wat met name de liberalen en CD&V willen counteren. Zo valt op dat de strafprocedures verkort worden en de regering zich sterk maakt dat alle straffen worden uitgevoerd ­– een klassiek stokpaardje op rechts.

Recidivisten worden harder aangepakt maar ook begeleid ‘naar een andere levenswandel’. De forensische psychiatrische centra en gevangenissen krijgen extra capaciteit. Maar ook de zogenaamde afkoopwet – verruimde minnelijke schikking – wordt geëvalueerd en mogelijk hervormd. Dat is een stokpaardje van links dat er een vorm van klassenjustitie in ziet.

Het zijn enkele van de kracht­lijnen waarlangs het strafrecht, het strafprocesrecht en het strafuitvoeringsrecht zullen worden gemoderniseerd volgens het regeerakkoord. Het doel is dus wel om de hervormingstrein van minister Geens voort te zetten. Verschillende onafgewerkte werven worden verder aangepakt. Zo wordt de analyse over de werklast van magistraten voortgezet. De volledige digitalisering van vonnissen en arresten, die recentelijk opnieuw vertraging opliep, wordt nogmaals in het vooruitzicht gesteld. En de toegankelijkheid van Justitie wordt verder aangepakt, onder meer via een hervorming van de juridische bijstand.

Straf in land van herkomst

Dat de aanpak veeleer ‘flinks’ wordt, blijkt ook uit de intentie om de inspanningen verder te zetten om gedetineerden die de Belgische nationaliteit niet hebben en veroordeeld zijn tot een straf van meer dan 5 jaar, hun straf te laten uitzitten in het land van herkomst. Al zijn daar natuurlijk de nodige bilaterale akkoorden voor nodig, en dat is altijd een pijnpunt.

Een gevangenisstraf wordt ook steeds doorgeseind aan de Dienst Vreemdelingenzaken, zodat die ‘het administratief statuut van de veroordeelde kan (her)bekijken’.

Modernisering politie

Ook de modernisering van de politie wordt een speerpunt. Zo komt er een kruispuntbank Veiligheid voor informatiedeling tussen Justitie en alle veiligheidsdiensten. De al veelbesproken rekrutering voor de politie wordt verder hervormd.

Als reactie op de recente discussies over politiegeweld en het geweld op politie komt er voor beide gevallen een nultolerantiebeleid. Als reactie op de onlusten deze zomer aan de kust, wordt de mogelijkheid om een lokaal plaatsverbod uit te spreken, uitgebreid. Ook een symbolische maar gevoelige maatregel: de militaire aanwezigheid op straat wordt ‘onmiddellijk progressief ­afgebouwd’.

Tot slot pikt Vivaldi de belofte op van een opgedreven bestuurlijke handhaving door lokale besturen, waarbij ze criminaliteit tot zekere hoogte zelf kunnen aanpakken, los van Justitie. De federale politie zal gespecialiseerde drugsonderzoeksteams uitbouwen.


Per jaar 1.600 agenten aanwerven

De doorlooptijd tussen kandidatuur en aanwerving moet korter. Lokale zones zullen bovendien zelf kunnen rekruteren. De partijen mikken ook op een gespecialiseerde instroom (vooral voor de gerechtelijke politie). Alles ­samen wil men minstens 1.600 agenten per jaar aanwerven, 200 meer dan wat vandaag het doel is.

Europees stemrecht op 16 jaar

Bij de Europese verkiezingen krijgen jongeren vanaf zestien jaar stemrecht. Het is de opvallendste maatregel om het geloof in de politiek op te krikken. Verder wordt gezocht naar methodes om de regeringsvorming niet opnieuw 500 dagen te laten aanslepen. De regering wil experimenteren met nieuwe vormen van burgerparticipatie zoals ­burgerkabinetten of gemengde panels in de schoot van de Kamer. Via een burgerinitiatief moet het mogelijk zijn om wetsvoorstellen te laten behandelen.

Femicide in strafwetboek

Er komt een speciaal ­statuut voor de moord op vrouwen. Behalve femi­cide wordt ook bekeken om ecocide – het doel­bewust vernietigen van ecologische systemen –een plaats te geven in het strafwetboek. Denk aan olielekken, illegale ontbossing, enzovoort. Daarover wordt advies gevraagd aan experten. Er zal ook diplomatiek geijverd worden om ecocide te beteugelen.

Bron » De Standaard | Jan-Frederik Abbeloos

‘Justitie verkeert in totaal verval’

Loont criminaliteit? ‘In veel gevallen betaalt wie een minnelijke schikking sluit minder dan dat het misdrijf opbracht’, zegt Brussels onderzoeksrechter Michel Claise.

‘De minnelijke schikking is een goed instrument om kleine strafzaken af te wikkelen, zoals iemand die zijn vrouw heeft geslagen. Maar in grote financiële zaken kan wie geld heeft zijn strafblad maagdelijk houden. Dat kan mensen tegen de borst stuiten’, zegt Michel Claise.

De Brusselse onderzoeksrechter weet waarover hij spreekt. Hij pakt al jaren de grote financiële criminaliteit aan. Op zijn bevel werden in 2013 huiszoekingen uitgevoerd bij een twintigtal cliënten van de bank HSBC. Meer dan 3.000 Belgische klanten konden jarenlang terecht bij HSBC Private Bank in het Zwitserse Genève om miljarden euro’s zwart geld verborgen te houden voor onze fiscus. Claise beschuldigde HSBC van ernstige en georganiseerde fiscale fraude, witwassen en zelfs het vormen van een criminele organisatie. Uiteindelijk legde HSBC vorig jaar 295 miljoen euro op tafel om vervolging af te kopen, de grootste minnelijke schikking ooit in ons land.

Komt HSBC in die miljardenzaak toch niet te gemakkelijk weg? Veel mensen bekruipt een gevoel van klassenjustitie.

Michel Claise: ‘De Franse schrijver Jean de La Fontaine zei al ‘Selon que vous serez puissant ou misérable, les jugements de cour vous rendront blanc ou noir.’ Het parket onderhandelt vaak over minnelijke schikkingen die lager zijn dan de opbrengst van de misdrijven. In veel gevallen betaalt wie schikt minder dan dat het misdrijf opbracht.’

Is dat niet wraakroepend? Criminaliteit loont.

Claise: ‘Dat komt doordat onze instellingen niet werken. Het principe van de schikking is op zich niet slecht, maar alleen als de verdachte een echte revolver tegen het hoofd krijgt in de vorm van een strafapparaat dat werkt. Dan pas kan je hem dwingen het volledige bedrag en de nodige boetes erbovenop te betalen en alle burgerlijke partijen te vergoeden. Dat kan alleen als er geen gerechtelijke achterstand is en als alle gerechtelijke onderzoeken pico bello gevoerd kunnen worden met voldoende gespecialiseerde politiespeurders. Zolang dat niet het geval is, zijn de minnelijke schikkingen niet meer dan een pleister op de wonde.’

‘De maximumboetes zijn ook te laag in onze strafwet. De boetes voor economische en financiële criminaliteit, ernstige en georganiseerde belastingfraude, witwassen, grote oplichtingen, misbruik van vertrouwen… Alleen met serieuze boetes kan je meer druk uitoefenen op de mensen die vervolgd worden. Kijk naar Duitsland. Daar zijn ze veel strenger voor financiële criminaliteit. Daar worden ook de stromannen aangepakt, bij ons niet. Het verschil valt op.’

Moeten onze openbaar aanklagers meer hun tanden laten zien?

Claise: ‘Nu moeten ze telkens een pragmatische afweging maken: neem ik het risico een proces te voeren of speel ik op zeker met een minnelijke schikking? Want de verdachten kunnen allerlei strategieën uitspelen om de boel te vertragen. Ze kunnen hun advocaten gemakkelijk honderden pagina’s met conclusies laten indienen. In die situatie is de minnelijke schikking het minste kwaad. Maar het blijft een kwaad.’

Het is toch al jaren wraakroepend dat grote financiële onderzoeken, zeker in Brussel, zo vaak op niets uitdraaien door verjaring?

Claise: ‘Die vraag moet je niet aan mij stellen, als onderzoeksrechter. Wanneer gaan we onze justitie eindelijk de middelen geven die ze nodig heeft? Justitie verkeert als instelling ‘en perdition complète’. In totaal verval. Je moet magistraten aanwerven en de personeelskaders opvullen. We kunnen dat zo vaak uitschreeuwen, maar niemand luistert! De gevolgen zijn nochtans groot. We kennen de globale cijfers van de zware fraude, maar als je kijkt welk percentage wordt onderzocht en echt tot veroordelingen leidt, kan je alleen besluiten dat het veel, veel te weinig is.’

Als een groot dossier van u naar het parket vertrekt, vreest u dan telkens dat niets van de vervolging komt?

Claise: ‘Het is telkens een kwestie van geluk. Om te beginnen hangt veel af van de mensen die het dossier moeten afhandelen. In sommige dossiers heb ik jaren moeten wachten op de eindvordering van het parket. Soms zijn bij de openbaar aanklagers wel Lucky Lukes, die daar na drie maanden al klaar mee zijn. Maar dan zijn er nog de advocaten, die ook de zwaktes van het systeem kennen en die bijkomende onderzoeksdaden blijven vragen om de zaak te rekken. Waarom denkt u dat advocaten tot de laatste dag wachten om bijkomend onderzoek te vragen, hoewel ze al twee jaar eerder toegang kregen tot het dossier? Laten we niet hypocriet zijn. Natuurlijk is dat om tijd te winnen.’

‘Als wij zo’n vraag als onderzoeksrechter weigeren, moet de kamer van inbeschuldigingstelling daarover nog oordelen en daarna moet het dossier nog naar de raadkamer, waar er grote files zijn, en finaal komen we bij het Brusselse hof van beroep, waar het echt verschrikkelijk moeilijk is die processen behandeld te krijgen.’

Ook de procureur-generaal van Brussel, Johan Delmulle, brak bij het begin van het gerechtelijk jaar een lans om de zware en georganiseerde financiële en economische criminaliteit eindelijk goed aan te pakken.

Claise: ‘Maar ook de top van de federale politie moet eindelijk eens overtuigd geraken van het belang daarvan! De financiële criminaliteit aanpakken is duidelijk geen prioriteit voor hen. Ik stel permanent vast dat niet meer, maar minder politiespeurders worden vrijgemaakt voor dat soort criminaliteit. Waarom? België heeft het al zo moeilijk zijn begrotingen te doen kloppen. Zouden we niet eens stoppen met het geld alleen te halen uit de zakken van de mensen die werken? Zouden we niet eerder eens gaan jagen op het vuil geld? Niet alleen uit belastingfraude, maar ook bij de grote financiële criminaliteit en de miljardenopbrengsten van de wereldwijde drugshandel.’

‘Waarom wilde men enkele jaren geleden zelfs de centrale politiedienst voor de georganiseerde economische en financiële delinquentie volledig ontmantelen? Die dienst was een krachtig wapen. De terreurdreiging heeft veel politiecapaciteit opgeëist, maar nu die dreiging is gedaald, moeten we toch weer eens de financiële brigades versterken.’

Internationaal lijkt wel vooruitgang te zijn geboekt. De afgelopen jaren hebben tal van datalekken zoals de Panama Papers schermconstructies in belastingparadijzen blootgelegd. Ook het bankgeheim is versoepeld: tal van landen wisselen financiële gegevens uit. Kunnen fraudeurs en criminelen nog moeilijk schuilen in de wereld?

Claise: ‘Absoluut niet! De leaks hebben wel mensen ontmaskerd die gebruikmaakten van offshores in belastingparadijzen, maar het systeem van de offshores zelf is niet veranderd. En als je spreekt over het bankgeheim, dan stel ik toch vast dat er nog altijd landen zijn die nooit antwoorden als we vragen stellen over bepaalde bankrekeningen.’

Raakt u nooit ontmoedigd als u ziet dat hoofdverdachten in uw financiële dossiers na jaren onderzoek maar enkele maanden een elektronische enkelband moeten dragen en nooit de binnenkant van een cel zien?

Claise: ‘Helemaal niet. Ik doe gewoon voort. Aan Franstalige zijde in Brussel zijn we met drie financiële onderzoeksrechters, die allemaal hard werken. We zijn natuurlijk afhankelijk van de dossiers die men ons voorschotelt. We moeten er ook nog andere, niet-financiële dossiers bijnemen. Dat is geen ideale situatie. Als je een grote internationale oplichting of een groot bankendossier moet onderzoeken, dan vergt dat enorm veel tijd, met verplaatsingen naar het buitenland. En aan Franstalige zijde moeten we het nu al met twee onderzoeksrechters minder stellen en binnenkort zelfs drie minder. Dat is onhoudbaar.’

De regering stuurt erop aan meer zware fraudedossiers te laten onderzoeken door de belastingadministratie en minder door het gerecht.

Claise: ‘Dat kan, maar dan stel ik een onaangename vraag: zijn ambtenaren voldoende onafhankelijk tegenover hun minister als ze onderzoeken voeren? Ik denk het niet. Als onderzoeksrechter ben ik wel volledig onafhankelijk.’

U hebt in uw carrière al veel machtige mensen en sectoren aangepakt, van de haute finance, de top van de bedrijfswereld tot de voetbalwereld en de diamantsector. Ondervindt u daar persoonlijk de gevolgen van?

Claise: ‘(grijnst) Geen commentaar. Uiteraard zijn de mensen die ik tegenkom niet blij, maar als dat mij of mijn werk zou beïnvloeden, moet ik dringend van job veranderen.’

Bron » De Tijd | Lars Bové

Hoge Raad voor Justitie: “Maak de afkoopwet transparanter”

Als iemand zijn of haar proces afkoopt, dan moet het publiek daar meer informatie over krijgen. Dat schrijft de Hoge Raad voor Justitie (HRJ) in een advies. De Raad wil onder meer dat de rechter bekend maakt hoeveel een verdachte betaald heeft. Minister van Justitie Geens (CD&V) zegt dat hij rekening houdt met het advies.

De wet op de verruimde minnelijke schikking, zoals de zogenaamde afkoopwet officieel heet, lag al vaker onder vuur. Politici spraken geregeld over klassenjustitie, waarbij rijke verdachten de kans kregen om hun proces af te kopen. Zeker bij grote ophefmakende zaken, zoals de processen tegen diamantbedrijf Omega Diamonds, holding Bois Sauvage of ondernemer Glenn Janssens, kwam er kritiek op de weinig transparante manier van werken.

Om die reden zette het Grondwettelijk Hof de wet in juni 2016 even on hold. Het Hof vond dat de rechter te veel buitenspel werd gezet, en dat die eigenlijk meer controle zou moeten krijgen over afgekochte zaken.

Daarnaast kwam er de laatste maanden veel kritiek op de manier waarop de wet tot stand was gekomen. Die zou zonder veel discussie door het parlement gejaagd zijn, op vraag van de Oezbeekse zakenman Chodiev. Die gang van zaken wordt nog onderzocht.

“Een goed instrument, als het goed gebruikt wordt”

Toch is de Hoge Raad voor Justitie niet tegen de wet. “Het kan een goed instrument zijn voor een rechtvaardig strafrechtelijk beleid,” zegt Christian Denoyelle van de HRJ, “maar dan moet het wel op de juiste manier toegepast worden. Het mag alleszins niet zo zijn dat het openbaar ministerie steevast de minnelijke schikking toepast omdat er capaciteitsproblemen zijn bij politie of justitie.”

De HRJ vraagt wel meer transparantie. “Het parket moet motiveren waarom het iemand de kans biedt om een minnelijke schikking te betalen. Daarnaast zou de zitting van de rechtbank én het vonnis openbaar moeten zijn.” Nu verloopt alles achter gesloten deuren, en moet iedereen het bedrag van de minnelijke schikking geheim houden. Om het vertrouwen van de burger te herwinnen, vragen we het parlement om het wetsontwerp nog te verbeteren”, besluit Denoyelle.

Minister van Justitie Geens zegt dat het nieuwe wetsontwerp voor de afkoopwet intussen in het parlement behandeld wordt, en dat het advies van de HRJ er al in opgenomen is.

Bron » VRT Nieuws

Het bendedossier of de ontwrichting van de staat

“Ik denk dat ik weet wie er achter de Bende Van Nijvel zit (…) We moeten zeker en vast zoeken in de richting van Staatsveiligheid van die tijd en de Groep Diane. Dan ook terrorisme. Mensen die liever in de samenleving dictatuur hebben en die liever hebben dat het anders is dan de democratie die we kennen.”

Aldus Jef Vermassen aan TV Oost in een interview naar aanleiding van zijn nieuwe boek. “Het is een vervlechting van criminele milieus en van administraties van toen. Ik vermoed dat de namen in het dossier gekend zijn, maar dat dat potje dicht moet gehouden worden.”

Verlengd geheim

Wie de waarheid over de bendeaanslagen wil weten, moet vooral niet op het gerechtelijk onderzoek rekenen. Wat daar in staat is immers geheim, en dit geheim werd door het verlengen van de verjaringstermijn van de feiten ook verlengd: een gerechtelijk onderzoek kan de beste plaats zijn om een geheim te bewaren. Want er is een krachtig wapen om dit geheim te verzekeren: wie uit de biecht klapt kan er voor vervolgd worden, en zopas werd de strafbaarheid van dit misdrijf opgetrokken tot drie jaar en werd het toegelaten om voor het onderzoek van het misdrijf ‘Bijzondere Methoden’ te gebruiken.

Dat de geheimhouding van een gerechtelijk vooronderzoek niet dient om disfuncties en misdaden verborgen te houden, maakt niets uit. Het ‘chilling effect’ van de strafverzwaring heeft zijn doel bereikt: wie van de in het onderzoek betrokken magistraten of politieambtenaren heeft zin om vervolgd te worden omdat hij de waarheid lekt? De vervolging en betuchtiging van een Antwerpse financiële substituut die door een arrest van het Grondwettelijk Hof volkomen gelijk kreeg, strekt tot voorbeeld.

Andere wegen

Wie meer wil weten over wat er ook in ons land tijdens ‘de jaren van lood’ gebeurde, vindt op het net voldoende literatuur om er een waarheidsgetrouw beeld van te krijgen. Op Apache schreef ik er drie bijdragen over: ‘Tien jaar extra onderzoek: voor de waarheid over de Bende?’, ‘De machinaties achter het ultieme spoor richting Bende van Nijvel’ en ‘De naoorlogse waarheid’.

De rode draad doorheen deze bijdragen is ingegeven door wat ‘de theorie van de spanning, de ontwrichting van de Staat’ wordt genoemd. Deze theorie gaat terug naar een nota van generaal Westmoreland, van 1968 tot 1972 bevelhebber van het Amerikaanse leger, die tijdens het onderzoek naar de aanslagen in Italië werd gevonden.

Ook de Belgische parlementaire onderzoekscommissie heeft de nota Westmoreland onderzocht: “In punt 11 van ‘de nota Westmoreland’ wordt aangeraden over te gaan tot rechtstreekse interventies van de agents on special operations in de gastlanden die ervan verdacht worden al te laks op te treden tegen het communisme of de subversie van communistische oorsprong; die interventies hebben tot doel de regeringen en de publieke opinie van die landen te overtuigen dat het gevaar reëel is dat krachtdadig optreden dringend geboden is”.

“De Commissie heeft het noodzakelijk geoordeeld deze toelichting te verstrekken omdat zij kan bijdragen tot een beter begrip van een aantal gebeurtenissen ook al kan niet met zekerheid worden gesteld dat er enig verband is tussen die gebeurtenissen en de anti-subversieve strategie van de Verenigde Staten.” (zie: Parlementair onderzoek met betrekking tot het bestaan van een clandestien internationaal internationaal inlichtingennetwerk – Belgische Senaat 1117-4 (1990-1991)).

Ontwrichting

Het gebruik van geweld is maar één middel om de staat te ontwrichten. Dat het ook anders kan wordt duidelijk aangetoond door het lopende parlementair onderzoek op de afkoopwet, de Kazachgate. Niemand kan ontkennen dat door de wijze waarop de afkoopwet werd voorbereid en uitgevoerd de werking van onze instellingen tot op het hoogste niveau ernstig werd aangetast. Dat gebeurde enerzijds om een verkoop van Franse gevechtshelikopters mogelijk te maken en anderzijds om mega fraude in de diamant onbestraft te laten.

Om het doel te bereiken, werden niet alleen hoogstaande politiekers ingeschakeld maar werd ook beroep gedaan op hoge magistraten: zonder de tussenkomst van die magistraten was de wet er vermoedelijk niet gekomen en was die voor zeker niet toegepast nog voor ze werd gestemd. Meerdere elementen van dit dossier vertonen op uitzondering van de afwezigheid van geweld gelijkenissen met de andere dossiers uit het verleden.

Voordeel

A qui profite le crime? Het antwoord ligt in de waarschuwing die een andere Amerikaanse generaal, president Eisenhouwer, in zijn afscheidsrede gaf: “In the councils of government, we must guard against the acquisition of unwarranted influence, whether sought or unsought, by the military-industrial complex. The potential for the disastrous rise of misplaced power exists and will persist.”

Wat is een verkoop van gevechtshelikopters anders? En diamant dient lang niet alleen om er een ring mee te sieren. Voor wie werd de afkoopwet gemaakt? Het is de copy paste van wat de Amerikaanse justitieminister Holder in de financiële crisis kon bereiken: eerst was hij als vennoot van een groot zakenkantoor betrokken bij de maak van de rommelkredieten, vervolgens kon hij als justitieminister de banken die er verantwoordelijk voor waren uit de wind zetten door mega deals die nooit tot voor een rechter kwamen.

Beter begrip

De parlementaire Gladio commissie verwees naar de theorie ontwrichting van de staat “omdat zij kan bijdragen tot een beter begrip van een aantal gebeurtenissen ook al kan niet met zekerheid worden gesteld dat er enig verband is tussen die gebeurtenissen en de anti-subversieve strategie van de Verenigde Staten”.

Voor een beter begrip van wat er nu gebeurt is het nuttig te wijzen op de rol die justitie en voornamelijk het strafgerecht kan spelen in ofwel het in stand houden van een bepaald maatschappijbeeld ofwel in het nastreven van een geheel andere maatschappelijke ordening. Bovendien is het niet de eerste maal dat deze vraag aan bod komt: het maakt de essentie uit van de boeken die over de moord op de communistenleider Julien Lahaut werden geschreven.

Het nu gepubliceerde boek heeft grote waarde niet alleen wegens het eerste deel van de titel, ‘Wie heeft Lahaut vermoord?’, maar ook wegens het tweede deel: ‘De geheime Koude Oorlog in België’.

Het boek brengt het op grond van wetenschappelijk onderzoek verkregen en dus op archiefstukken gesteunde bewijs van het bestaan in ons land van een naoorlogs, geheim parallel en privé inlichtingen netwerk, gefinancierd door de haute finance, de Société Générale en haar filiaal Union Minière en Brufina – Banque de Bruxelles, met medewerking van agenten in verschillende overheidsdiensten als politie en inlichtingendiensten en zelfs het gerecht, bindingen met de hiërarchie in de katholieke kerk en met correspondenten, opdrachtgevers en bestemmelingen van de rapporten tot op het hoogste echelon van het politiek beleid.

Het boek toont ook aan dat de verschillende onderzoeksrechters die de zaak Lahaut behandelden hun onderzoek behoorlijk en actief hebben verder gezet maar er zowel bij de gerechtelijke politie als bij het parket als in het hoogste politiek beleid tegenstand was die tot gevolg had dat belangrijke informatie niet tot bij de onderzoeksrechter geraakte en daardoor de ontdekking van de gerechtelijke waarheid werd verhinderd. Het boek toont ook dat de activiteiten van het netwerk zich niet beperkten tot informatie inwinning en -verwerking maar er ook operaties werden gevoerd die niet alleen in België maar evenzeer in de kolonie werden uitgebouwd.

Vervolgen en onderzoeken

In het licht van het Gladio en het Bendededossier en met de revelaties van het wetenschappelijk onderzoek over de moord op Julien Lahaut in het achterhoofd mag de vraag worden gesteld door welk “strafrechtelijk systeem” de waarheid het best wordt gediend vooral wanneer het om gebeurtenissen gaat die een onmiddellijke weerslag hebben op het maatschappijbeeld: de sterke Staat als vertegenwoordiger van het militair-industrieel, en nu ook het technologisch complex, tegenover dat van de individuele burger en de door hem verworven rechten.

Aan de ene kant staat het systeem zoals het uit de Franse Revolutie en de door deze geproclameerde mensenrechten is gekomen. Aanvankelijk was het vooronderzoek als het onderzoek op de zitting als het eindoordeel, in handen van het volk, van de door burger gekozen assisenjury. Hoewel deze procedure in de rest van de wereld de standaardprocedure is gebleven (Angelsaksische opvatting) ging de overgang van de Revolutie naar het Keizerschap in Frankrijk, en dus ook bij ons, gepaard met enkele belangrijke aanpassingen. ‘Les Gens du Roi’, de ‘Procureurs de la République’ verkregen opnieuw de plicht om te vervolgen, ‘Les Gens d’armes’ vertegenwoordigden tezamen met de ‘Gouverneurs’ de sterke arm van het centraal gezag. Als tegengewicht werd het onderzoeksmonopolie aan de onderzoeksrechter gegeven en moest ieder strafproces openbaar en tegensprekelijk voor een onafhankelijke en een onpartijdige strafrechter worden gevoerd.

Hoewel wat wij van Keizer Napoleon hebben geërfd twee wereldoorlogen heeft overleefd is de laatste kwarteeuw het ‘systeem’ stelselmatig en gevoelig aangepast. Vooreerst verkregen ‘Les Gens d’armes’ een eigen verzelfstandigde opsporingsvorm: de politieoperatie al of niet met bijzondere methoden, onder eigen bevel. Daarna werd de opsporing door de procureur de meest gebruikte onderzoeksvorm en werd het onderzoek door de onderzoeksrechter herleid tot mini-enquêtes of enkele machtiging tot welbepaalde verrichtingen.

Deze evolutie is de verschillende parlementaire commissies niet ontgaan. In de bendeonderzoeken werd aangetoond dat het parket een overmatige invloed had op de onderzoekspistes en de onderzoekstrategie. In het Dutrouxonderzoek werd bewezen dat de politieoperaties Othello en Décimes voor de onderzoeksrechter werden afgeschermd. Door de afkoopwet werd ook de strafrechter geheel buiten de procedure gezet: een opportuniteitsbeslissing van de procureur verving het rechterlijk vonnis. De assisenprocedure werd vervolgens herleid tot enkele symbolische dossiers. En nu is ook de afschaffing van de onderzoeksrechter in de maak.

Maatschappijbeeld

Dit is niet meer de justitie voor en door de burger, maar de ontwrichting van de democratische rechtsstaat ten voordele van het militair-industrieel-technologisch complex
De wijzigingen in de strafrechtelijke afhandeling, gaan ook gepaard met ernstige wijzigingen in het maatschappijbeeld. De afkoopwet is de uiting van het recht van de ‘wakkere’ en een aantasting van het recht van de ‘zwakkere’: de andere verworvenheid van de naoorlogse periode, de ‘Welvaarstaat’ was niet enkel bedoeld voor de grote fortuinen die nu hun schuld en boete kunnen afkopen. Als nu de burger ook het recht verliest om zelf de vervolging in te stellen, wat de volgende stap in de hervorming uitmaakt, is na de rechter ook de burger uit ‘zijn’ procedure gezet.

Wie het allemaal bedacht heeft, van waar het ook komt, hoeft zelfs geen bekommernis te zijn: het resultaat is hetzelfde. De hervormingen in de strafprocedure hebben niet alleen een grondige wijziging gebracht in strafrechtelijke afhandeling, ook het maatschappijbeeld is er grondig door gewijzigd. Dit is niet meer de justitie voor en door de burger, maar de ontwrichting van de democratische rechtsstaat ten voordele van het militair-industrieel-technologisch complex, het gevaar waarvoor president Eisenhouwer waarschuwde.

Bron » Apache | Walter De Smedt