Justitie over afkoopwet: “Klassenjustitie? Ja, in bepaalde dossiers”

Verdedigers van de afkoopwet schermen al jaren met dezelfde argumenten. Maar een vertrouwelijk rapport van de overheidsdienst Justitie uit 2014 ondergraaft die stuk voor stuk. In het rapport van 160 pagina’s getuigen 60 magistraten anoniem over hun ervaring met de gecontesteerde regeling waarbij vervolging afgekocht wordt via een minnelijke schikking. Hun verklaringen leren dat de toepassing van de afkoopwet niet verloopt zoals beweerd wordt.

1. Rijk en arm worden gelijk behandeld

  • “Mensen die de middelen hebben om de minnelijke schikking te betalen zijn duidelijk in het voordeel. Klassenjustitie? Ja, in bepaalde dossiers waarover men veel praat.”
  • “Ja, de rijken kunnen toch de beste adviseurs betalen.”
  • “Professor X komt zeggen dat het allemaal klassenjustitie is, je kunt die man moeilijk verdenken van niet op de hoogte te zijn van het juridische kader waarin dit allemaal gebeurt.”
  • “Door alleen in financiële dossiers de afkoopwet toe te passen, geef je de indruk dat je klassenjustitie toepast.”

2. Justitie neemt het initiatief

  • “In regel gaat het initiatief uit van de verdachte.”
  • “Uit de natuur der zaken volgt eigenlijk dat het initiatief wel van de verdachte moet komen (…) Bij een gewone minnelijke schikking ligt het initiatief bij ons.”
  • “Inzake de verruimde minnelijke schikking hebben we nog geen beleidsstrategie.”

3. Er bestaat een duidelijke procedure

  • “Je marchandeert. Zoals met de solden, je slaat de prijs eerst een beetje op en dan doe je er wat van af en dan denkt iedereen dat ze winst gemaakt hebben.”
  • “Bij ons gebeurt alles informeel, tot helemaal op het einde.”
  • “Ja er wordt onderhandeld over het bedrag van de minnelijke schikking. Ik vind dit misschien de minst aangename kant van onze job, we zijn ten slotte magistraten.”
  • “Meestal nemen de advocaten op voorhand eens contact op met ons, ze bellen eens of springen eens binnen omdat ze nog niet zeker zijn over de nieuwe procedures en om even te polsen.”
  • “We zeggen niet op voorhand dat we gaan onderhandelen, maar is men niet akkoord, dan kunnen ze een tegenvoorstel doen en dan zullen we ons daarover beraden. Voor kleinere bedragen gaan we voor een minnelijke schikking oude stijl. We stellen een bedrag voor zonder onderhandeling. Voor grotere bedragen gaan we toch eerder onze tijd nemen en is er toch ruimte voor onderhandeling.”

4. De boete is welbepaald

  • “Ik denk dat dit een van de meest problematische en moeilijke dingen is van deze wet. Hoe kun je de hoogte van de boete bepalen.”
  • “In de praktijk blijken er ook regionale verschillen te bestaan in de toepassing.”
  • “De pers zegt dat de rijken hun proces kunnen afkopen en ik vind dat ze gelijk heeft. Dit is niet normaal maar het is beter om een bedrag binnen te halen dan helemaal niets.”

5. Justitie heeft zo minder werk

  • “Dit is meer werk dan dat we gewoon naar de zitting gaan.”
  • “De belangrijkste reden waarom het niet zo veel voorkomt is net die bijkomende werklast. Je dagvaarding is gemaakt, de eindvordering is gemaakt, je dossier is eigenlijk klaar.”
  • “Onthoud dat het administratief zeer zwaar is en daar waar men initieel ook beoogd heeft om de werkdruk daardoor te verminderen en snellere doorlooptijden te creëren, dat het soms wel een tegenovergesteld effect heeft.”

Bron » De Morgen

Kazakhgate: Agusta bis

MR-politicus Armand De Decker is geschorst door de tuchtraad van zijn partij. De bewijzen stapelen zich op in de affaire waarin hij lobbyde voor een Oezbeeks-Belgische miljardair. Kazakhgate wordt meer en meer de Agusta-affaire van MR.

Uitgerekend twee dagen na het opduiken van nieuw bezwarend materiaal, heeft de tuchtraad van de MR oud-senaatsvoorzitter Armand De Decker uit al zijn functies ontheven, maar niet uit zijn publieke mandaten. Hij blijft dus – voorlopig – burgemeester van Ukkel én Brussels parlementslid. In elk geval zal De Decker niet meer kunnen spreken in naam van de partij.

De MR had dan ook amper beweegruimte. Opgejaagd door de lekken in de pers stelt de ethische raad van de Franstalige liberalen “dat de scheiding der machten te allen prijze moet worden beschermd”. Aanleiding is het onderzoek naar De Deckers lobbywerk voor de Oezbeeks-Belgische miljardair Patokh Chodiev. De zaak brengt de partij van premier Charles Michel (MR) in een lastig parket.

Op een drafje

Er loopt al sinds 2014 een gerechtelijk onderzoek naar de zaak, maar sinds kort duiken steeds meer bewijzen op tegen de voormalige senaatsvoorzitter. Het was op vraag van het Franse Elysée dat De Decker in 2011 werd ingeschakeld als advocaat voor Patokh Chodiev, die zich voor de rechter moest verantwoorden voor witwassen en schriftvervalsing.

De Kazachse president had er bij zijn toenmalige Franse collega Nicolas Sarkozy op aangedrongen om dat euvel te regelen. In die zin kwam een afkoopwet Frankrijk goed uit. Chodiev zou zijn proces kunnen afkopen en in ruil zou Kazachstan bereid zijn om voor miljoenen Franse helikopters te kopen. Alleen al door de verwijzing naar smeergeld en helikopters doet de zaak erg denken aan de Agusta-affaire, die midden jaren 90 enkele socialistische ministers de das omdeed.

De Decker heeft steeds ontkend dat hij politieke druk zou hebben uitgeoefend om de afkoopwet erdoor te krijgen. Maar een mail die De Standaard kon inkijken, spreekt dat duidelijk tegen. Daarin laat een Franse cabinetard aan het Franse ministerie van Binnenlandse Zaken weten dat de afkoopwet erdoor is gekomen dankzij De Decker, en dat die ook de bevoegde ministers heeft ‘gensensibiliseerd’. Voor zijn bijdrage ontving hij – als advocaat – overigens een som van 741.000 euro.

Eerder al moest de MR-politicus toegeven dat hij samen met de Franse advocate Catherine Degoul op een zondag bij de toenmalige minister van Justitie Stefaan De Clerck (CD&V) thuis was langsgeweest, om hem warm te maken voor een afkoopwet. De Clerck zelf houdt vol dat hij de twee wandelen heeft gestuurd. De andere ministers die hij zou hebben benaderd, Didier Reynders (MR, Buitenland) en Steven Vanackere (CD&V, Financiën), ontkennen.

Feit blijft dat CD&V-fractieleider Servais Verherstraeten op 24 februari 2011, luttele dagen na De Deckers bezoekje, een wetsvoorstel indiende voor de afkoopwet. Daarmee bracht CD&V het dossier in een stroomversnelling. Hoe kwam dat wetsvoorstel tot stand? En welke rol speelde De Clerck daarin? Zolang het onderzoek loopt, wil Verherstraeten niet reageren. Maar De Clerck ontkent dat hij het proces heeft beïnvloed. “Servais heeft gehandeld op vraag van de kern”, zegt hij.

“Die afkoopwet is er op een drafje doorgejaagd”, zegt vrederechter op rust Jan Nolf, die in zijn nieuwe boek ook een hoofdstuk aan de hele zaak wijdt. “Meer zelfs: de wet bevatte één gigantische fout en moest zo snel mogelijk gerepareerd worden. Maar nog voor die reparatiewet er kwam, kon Chodiev zijn proces afkopen. Daar alleen al stel ik me grote vragen bij. Dat hele wetgevingsproces is totaal ongewoon en onordentelijk verlopen. Daar zijn alle specialisten het over eens.”

Ongenoegen en bitterheid

Of ministers zich door Armand De Decker hebben laten leiden? “Als zij dat ontkennen, wil ik dat graag geloven. Anderzijds zie je in de tijdlijn duidelijk dat het proces in een stroomversnelling kwam. Bovendien: zeker de toenmalige minister van Justitie, Stefaan De Clerck, had over zo’n ingrijpende wet toch voor een grondig debat moeten ijveren, met hoorzittingen en een advies van de Raad van State. Een minister moet de bewaker zijn van de rechtsstaat. Dat is een rol die hij alvast niet heeft gespeeld.”

De oppositiepartijen eisen nu een onderzoekscommissie. Ook de MR zelf dringt daar nu op aan. “Er moet absolute klaarheid komen in deze zaak”, zegt de woordvoerder van premier Michel. Niettemin vragen alle meerderheidspartijen om eerst het resultaat van het onderzoek door het parket af te wachten.

“Dit dossier is vijf jaar oud, dus het vereist nu ook geen absolute urgentie”, zegt De Clerck nuchter. Volgens huidig Justitieminister Koen Geens (CD&V) zit het onderzoek in de eindfase. Maar Groen-Kamerlid Stefaan Van Hecke waarschuwt voor uitstel. Hij benadrukt dat een onderzoekscommissie een gerechtelijk onderzoek niet in de weg zit.

In Frankrijk staan ze intussen al wat verder. Daar is onder anderen advocate Catherine Degoul in verdenking gesteld voor de omkoping van De Decker. In haar verklaringen gaf de dame volgens De Tijd nog mee dat ze 25.000 euro cadeau deed aan een liefdadigheidsfonds van prinses Léa van België, tante van koning Filip. De MR-voorman zou haar naar eigen zeggen op het hart gedrukt hebben dat het “goed zou zijn als ze wat zou doen voor het koninkrijk België”.

Verder gaf Degoul ook meer tekst en uitleg over de reden waarom Armand De Decker – toch ingeschakeld als mede-advocaat van Patokh Chodiev – niet opduikt in de officiële documenten over de zaak. “Het leek ons beter dat hij niet in de openbaarheid kwam”, zei ze.

Jan Nolf hoopt dat de zaak in ons land even goed uitgespit zal worden. “Die afkoopwet heeft het wantrouwen en het onrechtvaardigheidsgevoel van de bevolking gevoed. Er is ongelooflijk veel ongenoegen en bitterheid over justitie, en dat komt voor een groot stuk omdat sommige mensen hun proces kunnen afkopen. Die hele wet moet herzien worden.”

Met zijn schorsing is voor Armand De Decker het verhaal nog niet ten einde. Los van het gerechtelijke onderzoek stuurt zijn partij hem ook nog door naar de federale deontologische commissie. Mogelijk komt zijn parlementaire onschendbaarheid in het gedrang.

Tijdlijn

  • 18 februari 2011: Brusselse raadkamer verwijst de zaak voor witwassen en schriftvervalsing tegen Belgisch-Oezbeekse zakenman Patokh Chodiev en twee kompanen door naar de correctionele rechtbank.
  • 20 februari 2011: Senator Armand De Decker (MR), die ook advocaat is van Chodiev, en zijn Franse confrater Catherine Degoul brengen toenmalig minister van Justitie Stefaan De Clerck (CD&V) thuis een bezoek. De Clerck verwijst hen door naar het parket.
  • 21 februari 2011: Beide advocaten gaan naar het kabinet van De Clerck en spreken daar met de kabinetschef. Opnieuw vangen ze bot.
  • 22 februari 2011: Het Brusselse parket-generaal tekent hoger beroep aan tegen de verwijzing naar de correctionele rechtbank van de zaak-Chodiev.
  • 24 februari 2011: Servais Verherstraeten (CD&V) dient een wetsvoorstel in tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering voor het verval van de strafvordering tegen betaling van een geldsom. De zogenaamde afkoopwet.
  • 17 maart 2011: De wet wordt goedgekeurd door de Kamer.
  • 16 mei 2011: De wet gaat van kracht.
  • 17 juni 2011: Het parket treft een schikking met Patokh Chodiev in ruil voor 23 miljoen euro.
  • 19 juni 2011: In een mail van een Franse cabinetard naar Franse minister van Binnenlandse Zaken staat dat Armand De Decker mee de wet erdoor heeft gekregen en dat hij drie bevoegde ministers heeft ‘gesensibiliseerd’: Stefaan De Clerck (CD&V), Didier Reynders (MR) en Steven Vanackere (CD&V).
  • 27 juni 2011: Frankrijk sluit een deal met Kazachstan over de aankoop van Franse helikopters. Kazachstan eist wel dat de zaak tegen Chodiev vervalt. Daarom vraagt het Elysée De Decker of hij de afkoopwet versneld door het parlement kan jagen. Hij krijgt 741.000 euro.
  • 30 juni 2011: Het verval van de strafvordering tegen Chodiev wordt vastgesteld in een arrest achter gesloten deuren.

Bron: De Morgen

Opinie: Als we de afkoopwet niet fundamenteel hervormen, zullen er nog Kazakhgates komen

Gewezen Senaatsvoorzitter Armand De Decker is zijn interne functies bij MR kwijt, naar aanleiding van zijn rol in de zaak-Chodiev. Er geldt een strafrechtelijk vermoeden van onschuld, maar geen politiek vermoeden van onschuld. Maar met het aanwijzen van een zondebok is de pest de stad niet uit.

“Als we de afkoopwet niet fundamenteel hervormen, zullen er nog Kazakhgates komen”, zegt Jan Nolf. Jan Nolf is erevrederechter en justitiewatcher. Binnenkort verschijnt bij uitgeverij EPO zijn boek De kracht van rechtvaardigheid.

Wat is Kazakhgate ook alweer? In vogelvlucht: drie miljardairs met hechte banden met de potentaten van Kazachstan worden verdacht van witwaspraktijken en nemen in 2011 advocaat en minister van Staat De Decker onder de arm. Amper vier maanden na diens bezoek bij de minister van Justitie is er een minnelijke schikking waarbij 22 miljoen euro de staatskas binnen tuimelt om de strafvervolging te laten vervallen.

Kort daarvoor was de ‘afkoopwet’ spoorslags gewijzigd om de ‘uitgebreide minnelijke schikking’ mogelijk te maken, maar in die eerste versie zat een juridische fout die alle schikking nog onmogelijk bleef maken voor misdrijven waarop niet alleen een geldboete stond. Die schikking gebeurde toch, al voor de noodzakelijke reparatiewet in werking trad.

Wie allemaal betrokken was en wie niet, zal moeten blijken, maar het soort gekonkel van Kazakhgate is zo goed als ingebakken in de afkoopwet.

Toen de plannen voor die haastige hervorming bekend raakten, tekenden drie magistratenverenigingen protest aan in een open brief (april 2011). Toenmalig staatssecretaris Carl Devlies (CD&V) prees de wet als “uniek in de wereld”, en jammer genoeg is dat zo. In mijn boek maak ik de vergelijking met de VS. Daar oordelen de rechters nog steeds grondig of de deal tussen parket en zondaar ‘fair en evenwichtig’ is. Onze Belgische rechters mogen daarentegen enkel verifiëren of aan de formele voorwaarden is voldaan. Met andere woorden: onze afkoopwet ondergraaft ook de scheiding der machten.

Dat probleem was op 2 juni 2016 voor het Grondwettelijk Hof het probleem te veel. Al uit een geheim rapport van 2014 (dat ik kon inkijken) bleek dat er inderdaad sprake was van willekeur en achterkamerpolitiek. Die diagnose kostte Yves Desmet in 2013 trouwens nog een – in beroep herroepen – veroordeling tot schadevergoeding. Die volgde op vraag van de echtgenote van procureur-generaal Yves Liégeois, een voorstander van de wet.

Dat het Hof de afkoopwet ongrondwettelijk zou verklaren, was een kwestie van tijd. Servais Verherstraeten (CD&V) – auteur van de tekst van het wetsvoorstel – had destijds in de Kamer die mogelijkheid weggelachen: “Als ze een procedure daarover krijgen, dan moeten ze maar oordelen.” Carina Van Cauter (Open Vld), die het amendement mee ondertekende, sneerde het protest van de onderzoeksrechters weg: “De onderzoeksrechters hebben hier geen enkele rol. De parketten-generaal hebben voor die regeling (van de afkoopwet, JN) gepleit.”

Onze politici waren dus gewaarschuwd maar zetten koppig door, zelfs zonder grondig advies van de Raad van State en in de Kamer zonder hoorzittingen. Wie niet wou horen, moet nu voelen. Minister Koen Geens (CD&V) moet de wet nu fundamenteel hervormen.

Het zou goed zijn als alle politici die in 2011 voor de wet stemden, eventjes de nadenkknop zouden aanzetten. Ofwel hebben ze toen niet nagedacht, ofwel hebben ze het risico erbij genomen, ofwel is er valsgespeeld. De wetgevende brokkenrijders kunnen best beginnen met het geheime evaluatierapport van 6 juni 2014 online te zetten. Anders doen boze burgers dat misschien in hun plaats onder de hashtag #afkoopleaks.

Bron » De Morgen

“Nee, dat was niet normaal, maar er was een draagvlak”

Stefaan De Clerck (CD&V) bevestigt de poging tot lobbying van Armand De Decker (MR) in de ‘Kazachgate’.

Is de wet op de verruimde minnelijke schikking, de zogeheten ‘afkoopwet’ onder politieke druk versneld door het parlement gejaagd? Voormalig minister van Justitie Stefaan De Clerck (CD&V) bevestigt dat hij in dat verband benaderd werd door MR-kopstuk Armand De Decker.

De Decker kwam, samen met zijn Franse confrater Degoul, op een zondag bij u thuis in Kortrijk zijn zaak bepleiten. Is dat niet héél ongebruikelijk?

“Ja, dat klopt. Hij had mij om een dringend gesprek gevraagd, dat niet tot maandag kon wachten. Ik wist op dat moment niet waarover het ging. De Decker was niet de minste: hij was Senaatsvoorzitter geweest, in die hoedanigheid kwam ik hem dikwijls tegen in het parlement. En dus heb ik hem nietsvermoedend geantwoord dat hij in dat geval naar Kortrijk mocht komen.”

“Pas toen hij bij mij thuis was, werd duidelijk waarvoor hij kwam. Ik heb meteen gezegd dat zoiets niet paste. Dat de lead niet bij Justitie lag, en dat ik mij niet kón en niet wílde moeien met de wet in kwestie. Dat was out of question.”

Vroeg hij u letterlijk om het wetgevende proces te versnellen met het oog op een minnelijke schikking voor Chodiev?

“Nee. Eerst kwam het dossier ter sprake, daarna de kwestie ‘afkoopwet’. Ik heb meteen gezegd dat hij niet bij mij moest zijn, omdat ik in deze wetgeving helemaal niet de leiding had.”

In Le Soir zegt u dat De Decker hengelde naar uw ‘eventuele inmenging’.

Le Soir citeert uit de verklaring die ik afgelegd heb op vraag van de gerechtelijke politie. Ik ben inderdaad gehoord door de speurders, maar die vraag herinner ik mij niet zo letterlijk. Ik heb tijdens dat gesprek meteen elk mogelijk verzoek afgeblokt, omdat ik dat dossier gewoonweg niet volgde.”

De Decker zou ook toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Steven Vanackere (ook CD&V) benaderd hebben. Evenwel nooit in de zaak-Chodiev, volgens Vanackere, maar hoogstens in ‘consulaire dossiers’. Hebt u het er ooit met elkaar over gehad, onder partijgenoten?

“Helemaal niet. Het enige wat ik weet is dat De Decker nog contact heeft gehad met mijn kabinetschef om te vragen in welk juridisch stadium de afkoopwet toen zat en wie zich ermee bezighield.”

Had u, of uw kabinetschef, destijds (al) het gevoel dat hij ‘hogere’ belangen diende?

“Weet u, dat was een erg complex dossier dat ik niet kende omdat ik ook niet van in het begin in de regering zat (De Clerck was Vandeurzen opgevolgd na diens ontslag, red.). Ik voelde meteen dat ik er niets mee te maken had en niets mee te maken wilde hebben. Pas op een later moment, toen de wet in de Senaat besproken werd, heb ik mij erover gebogen om een en ander legistiek op punt te snellen. Toen bleek de haast onder meer uit de onvolmaaktheden die erin zaten. Er is ook snel een reparatiewet gekomen.”

Was het normaal dat een wet pas in de Senaat legistiek op punt werd gesteld?

“Nee, dat was inderdaad niet normaal.”

U hebt zich nooit vragen gesteld bij de snelle goedkeuring van de afkoopwet, die toch al enige tijd aansleepte?

“Er was al langere tijd een ruim draagvlak voor een minnelijke schikking. Ook vanuit de gerechtelijke wereld, meer bepaald de parketten, kwam het signaal dat er verschillende dossiers in aanmerking kwamen voor zo’n deal.”

“Persoonlijk was ik ook voorstander. Het College van Procureurs-generaal heeft toen richtlijnen uitgeschreven om de schikking correct toe te passen, zodat er zeker nooit sprake kon zijn van ministeriële of politieke inmenging. De bedoeling was dat men zou wachten op de richtlijnen om de wet toe te passen.”

Is dat gebeurd in de zaak-Chodiev?

“Daar ga ik van uit.”

Hebt u nooit de link gelegd tussen uw gesprek met Armand De Decker en Catherine Degoul, en de plotse stroomversnelling waarin de afkoopwet terechtkwam?

“Tja… Moeilijk om te zeggen achteraf. Ik heb vastgesteld dat De Decker het over die wet had, en dat die wet er vervolgens is gekomen.”

Bron » De Standaard

“Afkoopwet schendt gelijkheidsbeginsel en recht op eerlijk proces”

Het Grondwettelijk Hof heeft ernstige problemen met de zogenoemde afkoopwet, waardoor verdachten een minnelijke schikking kunnen betalen om een proces te vermijden. Volgens het hof wordt niet iedereen gelijk behandeld en is er meer toezicht nodig. Een rechter moet altijd nakijken of de minnelijke schikking ook inhoudelijk wel in orde is. Minister Geens gaat de wet aanpassen en de rechters grotere controlemogelijkheden geven.

De “afkoopwet” houdt in dat het parket aan een verdacht kan voorstellen om een minnelijke schikking te betalen. Als die dan betaalt, volgt er geen proces, en een rechter kan dan alleen nog nakijken of er geen procedurefouten zijn gemaakt.

Dat gaf soms de indruk van klassenjustitie – wie kan betalen, gaat vrijuit -, omdat niet altijd duidelijk was waarom sommige mensen hun proces wel mochten afkopen en anderen niet. Ook was vaak niet duidelijk of het bedrag wel eerlijk berekend was. Bijvoorbeeld bij grote fraudezaken zoals Omega Diamonds, dat een minnelijke schikking van 160 miljoen euro betaald in een fraudezaak van naar schatting 2 miljard euro, was er veel kritiek.

Het Grondwettelijk Hof – het vroegere Arbitragehof – lijkt die kritiek nu te volgen en zegt dat de wet het gelijkheidsbeginsel en het recht op een eerlijk proces schendt. Het hof legt een ernstig beperking van de wet op en bepaalt dat een rechter altijd moet controleren of zo’n minnelijke schikking ook inhoudelijk wel in orde is, of iemand er niet al te licht vanaf komt bijvoorbeeld.

“Almachtige positie”

Het arrest dat oordeelt dat de afkoopwet het gelijkheidsbeginsel en het verbod op discriminatie van de Grondwet schendt, “roept een halt toe aan de almachtige positie die het openbaar ministerie was gaan krijgen”. Dat zegt advocaat Joris Van Cauter, van wie een zaak aan de basis lag van de uiteindelijke uitspraak nu.

“Als de wetgever niet ingrijpt, zijn minnelijke schikkingen niet meer mogelijk in alle zaken die zijn toevertrouwd aan een rechter of onderzoeksrechter”, zegt de advocaat.

Volgens advocaat Van Cauter was zijn cliënt, die vervolgd werd voor strafbare financiële transacties, gediscrimineerd omdat het openbaar ministerie door de afkoopwet “na het instellen van de strafvordering en zonder enige controle van de rechterlijke macht over de motieven van die beslissing”, kan beslissen over het al dan niet toekennen van een minnelijke schikking. De cliënt in kwestie kreeg geen minnelijke schikking van het openbaar ministerie, hoewel het Gentse rechtsgebied koploper is in het sluiten van verruimde minnelijke schikkingen.

Het Grondwettelijk Hof oordeelde dinsdag dat er een schending is en dat er geen “daadwerkelijke rechterlijke controle” is op de minnelijke schikking. “Ik ben zeer tevreden met het arrest”, reageert Van Cauter. “Het arrest roept een halt toe aan de almachtige positie die het openbaar ministerie was gaan krijgen door de afkoopwet. Het Grondwettelijk Hof neemt de basisprincipes van onze rechtstaat in acht en zegt dat de rechter niet iemand is die gewoon zijn stempel moet zetten op akkoorden die buiten hem zijn gesloten. Het is niet meer aan het openbaar ministerie om zaken bij hem weg te trekken.”

“Meer controlemogelijkheden rechter”

Minister van Justitie Koen Geens (CD&V) gaat de afkoopwet aanpassen zodat de rechter een grotere controlemogelijkheid krijgt op de voorgelegde minnelijke schikkingen. Daarmee reageert het kabinet van de minister op de uitspraak van het Grondwettelijk Hof.

“Het Grondwettelijk Hof haalt in zijn arrest niet het principe van de bevoegdheid van het openbaar ministerie om minnelijke schikkingen af te sluiten onderuit”, zegt het kabinet van minister Geens. “Het stelt dat het gelijkheids- en non-discriminatiebeginsel en het recht op een eerlijk proces wordt geschonden wanneer het openbaar ministerie minnelijke schikkingen in strafzaken afsluit nadat de strafvordering reeds is ingesteld en dus de strafrechter ten gronde reeds is gevat en voor zover de rechter geen effectieve controle op de minnelijke schikking kan uitvoeren.”

De wet werd in februari nog aangepast. Daarvoor konden veroordeelden na een ongunstig vonnis in eerste aanleg of beroep nog altijd onderhandelen ministerie over het afkopen van de strafvordering, zolang er geen cassatiearrest was. Nu komen afgesloten minnelijke schikkingen ook in het strafregister, wat voorheen niet het geval was.

“Het toepassingsgebied van de minnelijke schikking werd reeds strenger gemaakt in de Potpourri II-wet, maar die nieuwe wet heeft nog niets veranderd aan het controlerecht van de rechter”, zegt het kabinet. “De minister zal een voorontwerp van wet voorstellen aan de regering dat een grotere controlemogelijkheid biedt aan de rechter om de proportionaliteit en de opportuniteit van de minnelijke schikking te beoordelen. Dat zal een betere motivatie vergen van het openbaar ministerie.”

Bron » VRT Nieuws