Nieuw adres staatsveiligheid uitgelekt

Het nieuwe adres van de Antwerpse afdeling van de staatsveiligheid is uitgelekt, nog voor het gebouw gebruikt werd. Dat meldt De Tijd.

De staatsveiligheid zelf is gevestigd aan de Albert II-laan in Brussel, maar de dienst heeft acht andere kantoren elders in het land. Die adressen worden om veiligheidsredenen niet bekendgemaakt.

Toch is het nieuwe adres van de Antwerpse afdeling uitgelekt. De Regie der Gebouwen liet de locatie per ongeluk staan in de begrotingsdocumenten die ingediend werden in het parlement, en die ook online staan op de website van de Kamer. Daarin staat te lezen waar de Antwerpse Staatsveiligheid voortaan gevestigd zal zijn.

“We hebben de nodige contacten genomen om de situatie te corrigeren en om dit in de toekomst te vermijden”, reageert de staatsveiligheid op het lek. Ook bij de Regie der Gebouwen zitten ze verveeld met de zaak.

Bron » De Morgen

“Staatsveiligheid en politie werken wél samen”, zegt Geens

Dat er geen samenwerkingsakkoord gesloten is tussen de Staatsveiligheid en de politie, wil volgens minister van Justitie Koen Geens (CD&V) niet zeggen dat beide diensten niet met elkaar samenwerken.

In zijn nieuw jaarverslag waarschuwt het Comité I, het controleorgaan voor de inlichtingendiensten, dat zowel de Staatsveiligheid als de militaire inlichtingendienst nog altijd geen samenwerkingsakkoord met de politie heeft gesloten en dat een en ander ‘een grote tekortkoming in ons veiligheidssysteem is’. Dat meldt de krant De Tijd.

In een reactie wijst minister van Justitie Koen Geens (CD&V) erop dat de samenwerking tussen de politie en de Staatsveiligheid (de VSSE) in diverse rechtsnormen geregeld wordt.

Hij verwijst naar het Plan Radicalisme van de Nationale Veiligheidsraad, naar de omzendbrief die hij samen met minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) opstelde betreffende de informatie-uitwisseling rond en de opvolging van de foreign terrorist fighters afkomstig uit België, de creatie van een gemeenschappelijke databank foreign terrorist fighters en zijn eigen Actieplan Radicalisering in gevangenissen. ‘Al deze akten bepalen hoe de politie en de VSSE samenwerken en binnen welke domeinen’, luidt het op het kabinet-Geens.

De minister maakte naar eigen zeggen ook al heel wat werk van de vele aanbevelingen die het Comité I de voorbije jaren deed. Zo werd de samenwerking tussen de inlichtingendiensten en de buitenlandse zusterdiensten dit jaar nog via een richtlijn van de Nationale Veiligheidsraad geregeld.

Bovendien zitten in het BIM-wetsontwerp (bijzondere inlichtingenmethoden) heel wat zaken vervat die rekening houden met de aanbevelingen van het Comité I, aldus Geens. Hij somt onder meer de herinvoering van de notificatieplicht op – die personen informeert die het voorwerp hebben uitgemaakt van een BIM -, de verbetering van de regels voor observatie en doorzoeking, het invoeren van de procedure voor hoogdringendheid om bepaalde strafbare feiten toe te laten in het kader van BIM’s en het mogelijk maken van bepaalde BIM-methoden in het buitenland. Dat laatste geldt enkel voor de militaire inlichtingendienst ADIV.

Bron » Knack

Dringend nood akkoord tussen Staatsveiligheid en politie

De Staatsveiligheid en de politie hebben in deze tijden van terrorisme nog altijd geen samenwerkingsakkoord gesloten. Dat is een grote tekortkoming, stelt het Comité I in zijn nieuw jaarverslag, dat De Tijd kon inkijken.

Zowel de Staatsveiligheid als de militaire inlichtingendienst hebben nog altijd geen samenwerkingsakkoord gesloten met de federale en de lokale politie, dat regels moet vastleggen om gegevens uit te wisselen tussen de politie en de inlichtingendiensten.

Het Comité I, dat toeziet op onze inlichtingendiensten, wijst op “het grote belang” van zo’n akkoord tussen de belangrijkste spelers in de strijd tegen het terrorisme en noemt het uitblijven van een akkoord “zonder twijfel een tekortkoming in ons veiligheidssysteem”.

Regels

Het Comité I vraagt daarnaast nadrukkelijk aan de regering om regels op te stellen voor de samenwerking tussen onze diensten en de buitenlandse inlichtingendiensten. Dat die er nog steeds niet zijn “is niet langer aanvaardbaar, gelet op de verregaande samenwerking in de strijd tegen het terrorisme”, klinkt het.

‘Memorandum of Understanding’

Bij Staatsveiligheid klinkt het dat de dienst “intussen een ‘memorandum of understanding’ heeft gesloten met de federale gerechtelijke politie van Brussel om onze samenwerking, onder andere in de strijd tegen het terrorisme, te verbeteren.”

Bron » De Morgen

Geheimen van Staatsveiligheid dreigen te vergaan

Wat kwam Staatsveiligheid te weten over de Bende van Nijvel? In de toekomst zullen onderzoekers en historici zulke vragen allicht niet of nauwelijks kunnen beantwoorden. Als het van de regering afhangt, mogen de inlichtingendiensten voortaan zelf bepalen welke informatie ze bewaren of vernietigen.

Een catastrofale impact op het geheugen van onze samenleving. Dat is de kritiek van Karel Velle, directeur van het Algemeen Rijksarchief, op het voornemen van de federale regering. Die is van plan om met een wetsontwerp de Belgische inlichtingendiensten veel meer zeggenschap te geven over hun eigen archieven.

Anders gesteld: Staatsveiligheid en de militaire inlichtingendienst ADIV zullen in de toekomst niet langer verplicht zijn om hun stukken over te brengen naar het Rijksarchief. Ze zullen ook alle eerder overgedragen geclassificeerde dossiers kunnen terugvragen en informatie naar eigen goeddunken kunnen vernietigen.

“Het stemt mij heel droevig”, zegt Velle. “Ik ben ontgoocheld dat goede voorbeelden uit het buitenland, zoals de VS of het VK, niet worden gevolgd. Het lijkt erop dat hier geclassificeerde documenten zullen terugkeren naar hun respectievelijke diensten om te vermijden dat ze ‘verloren’ zouden gaan, waardoor archieven uit elkaar gerukt kunnen worden. Ook zullen de diensten eigenhandig stukken mogen vernietigen.”

“Dreigend democratisch deficit”

Het advies van het Rijksarchief, waarover Knack eerder berichtte, liegt er niet om. Zo spreekt het archief van een “ernstig precedent” en een “dreigend democratisch deficit”. “Als dit ontwerp wet wordt, zal er geen ernstige controle meer mogelijk zijn op de werking van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, die naam waardig.”

De archieven vormen volgens de nota een noodzakelijke basis voor bijvoorbeeld historici en onderzoeksjournalisten om de werking van de inlichtingendiensten, de besluiten ervan en de impact op de maatschappij te reconstrueren.

“Historici zullen moeten analyseren op basis van zeer onvolledige dossiers. In het verleden werden zij reeds in een aantal symbooldossiers zoals de moord op Julien Lahaut (toenmalig voorzitter van de Kommunistische Partij, RA/AVDB) en de zaak rond de Bende van Nijvel geconfronteerd met problemen inzake volledigheid en toegankelijkheid van de archieven.”

Velle geeft aan dat hij “jarenlang” vergeefs heeft geprobeerd om in dialoog te treden met de regering en richt zijn hoop nu op de Kamercommissie Justitie. Die buigt zich na de herfstvakantie over het wetsontwerp. Commissielid Stefaan Van Hecke (Groen) maakt zich alvast ernstige zorgen.

“Er kunnen anders belangrijke dossiers verdwijnen, bijvoorbeeld over de Bende van Nijvel. We hebben geen enkele garantie dat zulke documenten in de toekomst er nog zullen zijn. Daarom dat wij voorstellen om de archiefkwestie uit het wetsontwerp te halen en er een apart debat over te voeren.”

Vandaag moeten Staatsveiligheid en ADIV de documenten na respectievelijk dertig en vijftig jaar overbrengen naar het Rijksarchief. Een periode die als “te kort” wordt beschouwd. Zij maken zich onder meer zorgen om de privacy van betrokken en de bescherming van hun bronnen.

Het kabinet van minister van Justitie Koen Geens (CD&V) geeft verder mee dat de rijksarchivaris toezicht blijft houden op de archieven. “Ook moet hij toestemming blijven geven over de vernietiging van archieven”, klinkt het. “Dat gebeurt niet zomaar. Het wetsontwerp waar sprake van is, gaat enkel over de plaats van bewaring. Het gaat hier om archieven die geclassificeerde documenten bevatten en die aan bepaalde veiligheidsmaatregelen moeten voldoen.”

Bron » De Morgen

“Staatsveiligheid moet doelwitten prijsgeven”

Ministers van Justitie en Defensie Koen Geens (CD&V) en Steven Vandeput (N-VA) hebben in het parlement een wetsontwerp ingediend om mensen en bedrijven toe te laten bij de Staatsveiligheid en militaire inlichtingendienst op te vragen of ze het doelwit zijn geweest van een bijzondere inlichtingenmethode. Dat schrijft De Tijd vandaag.

Wie wil weten of hij door de inlichtingendiensten werd geviseerd, zal dat zelf moeten vragen en een “persoonlijk en legitiem belang” moeten bewijzen. De belangrijkste voorwaarde is dat die methode al tien jaar voor de aanvraag plaatsvond. Het gaat om telefoons afluisteren, e-mails onderscheppen, enzovoort.

Ook mag het prijsgeven van de info het werk van de inlichtingendienst noch dat van het gerecht in gevaar brengen, mag het geen bronnen in gevaar brengen, en de internationale relaties van de geheime diensten mogen er niet onder leiden. Van elk geval zal een kopie worden doorgestuurd naar het Comité I.

Uitzonderlijk

De maatregel is uitzonderlijk, want veel Europese inlichtingendiensten moeten daarover geen transparantie bieden aan de burgers. Ook de regering-Michel was eerst niet van plan zo’n “notificatieplicht” in te voeren, maar zowel de Privacycommissie als de twee toezichthouders op de inlichtingendiensten adviseerden de regering toch een vorm van melding in te voeren.

Bron » De Morgen