Nieuw bestuur Nationale Commissie Magistratuur

De Nationale Commissie voor de Magistratuur (NCM), die de magistraten van het land vertegenwoordigt, heeft een nieuw bestuur voor de komende vier jaar verkozen, zo heeft de NCM woensdag meegedeeld. Het bureau zal op 1 september 1996 in functie treden. Voorzitter Palms van de rechtbank van eerste aanleg in Hasselt werd tot voorzitter van de NCM verkozen. Hij bekleedde die functie al van 1986 tot 1988.

De NCM liet van zich horen toen minister van Justitie De Clerck twee universiteitsprofessoren opdracht gaf de pijnpunten in het onderzoek naar de Bende van Nijvel bloot te leggen. De NCM schreef toen in een open brief aan de koning dat dergelijke procedure een inbreuk vormde op het principe van de scheiding der machten.

In februari van dit jaar ondertekende de NCM samen met de advocatuur en de minister van Justitie een intentieverklaring over de mondernisering van de werking van het gerecht.

Bron » De Tijd

“Gestolen Porsche is nooit teruggevonden”

In een informeel gesprek met een medewerker van Belga heeft procureur-generaal bij het Hof van Beroep in Bergen, Georges Demanet tekst en uitleg verschaft over een zogenaamde vijandschap tussen hemzelf en Georges Zicot, de hoofdinspecteur van de gerechtelijke politie van Charleroi. Zicot werd tijdens het voorbije weekend in het kader van het dossier-Dutroux aangehouden.

Volgens Georges Demanet is de in 1993 in Spanje gestolen Porsche van zijn zoon Philippe, wagenexpert bij het parket van Charleroi, nooit teruggevonden. Demanet voegde eraan toe dat zijn zoon nooit in staat van beschuldiging is gesteld. De wagen was indertijd gekocht bij de vzw Adam, die geleid wordt door een vriend van zijn zoon Philippe.

In deze zaak werd het onderzoek indertijd geleid door verzekeraar Thierry Dehaan. Deze laatste werd eveneens aangehouden in het kader van de zaak Dutroux.

Procureur generaal Georges Demanet zei eveneens dat, het feit dat deze personen worden vernoemd in deze dossiers, zij het dan in het luik wagendiefstal, niet meteen betekent dat Philippe Demanet zelf betrokken was bij de diefstal van zijn eigen Porsche.

In een loods werd later een rally-Porsche teruggevonden. Volgens Demanet was die Porsche ook eigendom van zijn zoon Philippe, die een wagenfreak is. Maar het was zeker niet de gestolen Porsche.

Dat Philippe Demanet nog steeds in het bezit was van de originele nummerplaat van de in Spanje gestolen Porsche komt volgens de procureur-generaal door het feit dat Philippe, kort voor de diefstal een namaakplaat had bevestigd op zijn wagen: hij had immers een speciale nummerplaat (LRS 911) die hem 25.000 frank had gekost, en hij wou niet dat ze zou worden gestolen.

Georges Demanet ontkende ook dat hij en Georges Zicot vijanden zouden geworden zijn, zoals hij ook ontkende dat die vermeende vijandschap zo erg zou zijn geweest dat hij, Demanet dus, doodsbedreigingen zou hebben geuit aan het adres van Zicot. Wel zei Demanet dat hij in februari 1994 een tip had gekregen van de directeur van een verzekeringsmaatschappij, dat er in Italië een Mercedes 250D was ontdekt die in Zaventem was gestolen.

In die zaak viel de naam van Georges Zicot. Demanet zei dat hij daarom de commissaris-generaal van de gerechtelijke politie, de Vroom, om een onderzoek had gevraagd. Zicht werd in die zaak door de Brusselse onderzoeksrechter Laffineur aan de tand gevoeld maar opnieuw vrijgelaten. Omwille van dit onderzoek had Demanet zich verzet tegen een promotie van Georges Zicot, maar Zicot is sindsdien wel bevorderd tot hoofdinspecteur.

Bron » Gazet van Antwerpen

Staatsveiligheid verdacht van steun moordcommando’s Apartheid

De staatsveiligheid gaat de beschuldigingen onderzoeken als zouden leden van de Belgische veiligheidsdiensten in de jaren tachtig hebben samengewerkt met moordcommando’s van het apartheidsregime in Zuid-Afrika.

De beschuldigingen werden geformuleerd door Godfrey Motsepe, voormalig activist van het Afrikaans Nationaal Congres, het ANC, dat destijds het apartheidsbewind bestreed maar nu, met president Nelson Mandela, aan de macht is in Zuid-Afrika. Motsepe is momenteel directeur-generaal op het Zuid-Afrikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken. Hij legde donderdag zijn verklaringen af tijdens een hoorzitting van de Waarheidscommissie.

In de jaren tachtig was Motsepe namens het ANC in Brussel. “Ik stelde er vast dat rechts gezinde lui in de veiligheidsdiensten moordcommando’s actief hielpen en bijstonden”, aldus Motsepe. Die moordcommando’s “konden vrijelijk opereren dankzij een heimelijke verstandhouding met rechtse leden in de Belgische veiligheidstroepen.”

Motsepe zei dat Zuid-Afrikaanse geheime agenten hem in 1988 tweemaal hebben trachten te vermoorden, eerst door op hem te schieten, later door buiten zijn kantoor een bom te leggen. “De veiligheidsdiensten waren niet echt geïnteresseerd om een onderzoek in te stellen”, meende de gewezen ANC-activist. “Op het moment dat wij vermoeden dat de leden van het moordcommando nog steeds in België vertoefden, verzochten de veiligheidsdiensten ons met klem, geen persconferentie te geven en dit omdat de politie hen op het spoor zou zijn en zij niet gealarmeerd mochten worden”. In de praktijk bleek echter dat de Belgische diensten hen de gelegenheid hadden gegeven uit België te ontsnappen, aldus nog Motsepe.

De aantijgingen hebben deining veroorzaakt in kringen van de Belgische staatsveiligheid waar het donderdag heette dat de beschuldigingen onderzocht zouden worden.

Bron » Gazet van Antwerpen

België draaischijf illegale wapentrafiek

“Het is weer eens duidelijk dat België een spil is in de internationale wapentrafiek”, getuigden experten gisteren nadat de Brusselse BOB een zeer omvangrijke wapentrafiek oprolde. Er werden minstens 5.000 wapens, waaronder 2.000 afgeschreven rijkswachtpistolen, op de illegale markt gebracht. Een wapenhandelaar uit Luik die de hele trafiek in elkaar zetten, is aangehouden. Zijn handlanger die de wapens ‘klaarmaakte’ voor het milieu, wordt gezocht.

In hetzelfde onderzoek stuitte de rijkswacht op 8.500 oorlogswapens. Klaar voor uitvoer. Waren de eerste wapens bestemd voor de Europese markt, dan is het vermoeden groot dat die wapens voor oorlogsgebied bestemd waren.

De ontdekking van de wapentrafiek volgt op een onderzoek door de rijkswachtcel die zich ook bezighoudt met overvallen en hold-ups. “Eén van de belangrijkste aanknopingspunten bij overvallen zijn achtergelaten wapens”, verduidelijkt Pierre Fievez van de Brusselse BOB.

“In de zoektocht naar de afkomst van sommige wapens die gebruikt werden bij overvallen, kwamen we terecht bij twee Luikse bedrijven, de nv Tadby-diffussion en de nv Trigone. Beide bedrijven worden geleid door dezelfde persoon, een vijftiger uit Luik.”

Die man hield er een lucratieve bezigheid op na. Hij bestelde in Tsjechië wapens bij de firma Ceska Zbrojovka (C.Z.), gespecialiseerd in sport- en jachtwapens. De wapens werden legaal naar België gebracht. In België vervalste de wapenhandelaar de papieren, zodat het leek alsof de wapens naar Gibraltar werden uitgevoerd.

In Gibraltar had de afnemer van de wapens een slapend bedrijf. De wapens werden echter nooit uitgevoerd, maar werden op de markt gegooid waar ze in de criminele milieus verkocht werden.

De man die de wapens kocht, is een oude bekende van het gerecht. Enkele jaren geleden kwam zijn naam al boven water toen de rijkswacht ook al een grote wapentrafiek kon onderscheppen. De man staat geseind, maar slaagde er steeds in uit de handen van de rijkswacht te blijven.

Na de ontdekking van het systeem kon de rijkswacht 500 wapens, klaar voor de zogenaamde export naar Gibraltar, terugvinden in een douane-depot in Luik en in beslag nemen. Gelijktijdig vond de rijkswacht het bewijs van 5.000 andere wapens die op dezelfde manier in de criminele milieus van België, Nederland en vermoedelijk ook Duitsland, oplosten.

Rijkswachtwapens

Markant detail is wel dat de rijkswachters tijdens hun zoektocht in Luik en Brussel stuitten op hun eigen wapens. De rijkswachttop besliste eerder om alle 7.65-pistolen weg te doen en te vervangen door 9mm-wapens. De oude pistolen werden legaal geruimd door een Duitse firma voor munitie.

Contractueel stond wel vast dat de wapens op generlei wijze terug naar België mochten komen. Dat gebeurde echter wel, want de nv Trigone kocht de 2.000 pistolen prompt op. De opgekochte wapens gingen meteen door naar de tussenverkoper, die ze net zo snel op de misdaadmarkt gooide.

De handel in de wapens zal de wapenhandelaar, noch zijn tussenpersoon, windeieren gelegd hebben. De waarde van een op de zwarte art gekocht ‘behandeld’ wapen is drie keer zoveel als een nieuw aangekocht wapen. De prijs schommelt tussen de 35.000 en 50.000 frank. De behandeling van de wapens bestaat eruit dat de tussenhandelaar het serienummer eruit veilt en het professioneel met lak terug bedekt om er eventueel een ander serienummer in te zetten.

Het onderzoek naar de afkomst van de 8.500 oorlogswapens gaat nu nog verder. De wapens zouden administratief niet in orde zijn, verduidelijkte de BOB. Alleen is dat een te zachte term. De wapens zouden immers niet officieel getest zijn, waardoor ze officieel zelfs niet bestaan …

Bron: Gazet van Antwerpen