Spionageproces tegen baron de Bonvoisin

Voor de correctionele rechtbank van Brussel is een proces begonnen dat is aangespannen door Albert Raes, de voormalige chef van de Staatsveiligheid, tegen baron Benoît de Bonvoisin en twee van zijn vroegere medestanders. Ze worden beschuldigd van laster en eerroof en het gebruik van vervalste documenten, die moesten aantonen dat de Staatsveiligheid tot op het hoogste niveau geïnfiltreerd was door de KGB, de geheime dienst van de Sovjet-Unie.

De Bonvoisin kreeg enkele minuten om in de rechtszaal zijn onschuld uit te schreeuwen. Hij noemde het onbegrijpelijk dat de Brusselse procureur Bruno Bulthé een onderzoek tegen hem had geopend, terwijl het Comité I, dat in opdracht van het parlement de inlichtingendiensten controleert, al meer dan twee jaar een onderzoek voert naar mogelijke malversaties die de Staatsveiligheid zou hebben gepleegd ten nadele van de baron. De resultaten van dit onderzoek zijn nog niet bekendgemaakt, maar zouden volgens De Bonvoisin erg belastend kunnen zijn voor de inlichtingendienst.

Met het nieuwe proces laait de oude vete weer op tussen De Bonvoisin en Raes. De baron beschouwt zichzelf als het slachtoffer van een allesomvattend, twintig jaar durend complot van diverse geledingen van de overheid, met als meesterbrein de vroegere topman van de Staatsveiligheid. Die zou begin jaren tachtig een nota van de Staatsveiligheid hebben laten uitlekken, waarin de baron werd afgeschilderd als de occulte financier van gewelddadige extreem rechtse groepen.

Wat volgde was een homerisch juridisch gevecht, een twintig jaar durende cascade van procedures en processen, waaruit De Bonvoisin uiteindelijk als winnaar te voorschijn kwam. Hij werd door alle rechtbanken vrijgesproken, terwijl Raes onder meer omwille van de problemen met De Bonvoisin moest opstappen als administrateur-generaal van de Staatsveiligheid.

De nieuwe rechtszaak is ook gericht tegen Eric Van de Weghe, een gewezen undercoverman en superinformant van Belgische en Amerikaanse politie- en inlichtingendiensten, en Christian Amory, een voormalige rijkswachter en medestander van Van de Weghe. Zij zouden vervalste documenten hebben verkocht aan De Bonvoisin, die hij kon gebruiken in zijn kruistocht tegen Raes en die moesten bewijzen dat de Staatsveiligheid werd gemanipuleerd door de Sovjet-Russische KGB. Het proces werd door de rechtbankvoorzitter meteen uitgesteld naar 11 februari van volgend jaar.

Bron » De Morgen

Chef Staatsveiligheid houdt pleidooi voor bijzondere inlichtingenmethoden

Er moet zo snel mogelijk een wet op de bijzondere inlichtingenmethoden ingevoerd worden. Daarvoor pleit Alain Winants, administrateur-generaal van de Staatsveiligheid.

Alain Winants deed op het congres ‘Geheime diensten. A licence to kill’ een bekentenis. Toen hij enkele weken geleden met een ploeg agenten deelnam aan een undercoveroperatie is Winants tijdens een achtervolging door het rode licht gereden.

Een overtreding van de wet kan dat niet genoemd worden, meent Winants, want “men moet dat in een breder perspectief zien”. Winants gaf die bekentenis als voorbeeld van een mogelijk misdrijf dat agenten van de inlichtingendiensten af en toe zouden moeten kunnen plegen in het kader van hun opdracht. Precies omdat agenten van de Staatsveiligheid zich aan de verkeersregels moesten houden, speelden ze destijds de Turkse extreem linkse militante Fehriye Erdal kwijt, een incident dat als een van hun ergste blunders bekend werd.

Winants pleitte op het congres voor een snelle invoering van een wet op de bijzondere inlichtingenmethoden (BIM). “Ik hoop dat we niet moeten wachten op een nieuw geval-Dutroux of een geval Pim Fortuyn voor we een juridisch kader krijgen waarin BIM mogelijk zijn”, zei hij.

Een wetsontwerp in die zin werd begin dit jaar ingediend door de regering, maar geraakte niet door het parlement. Een van de opvallende punten van kritiek op het wetsontwerp was dat agenten van de inlichtingendiensten voortaan ongestraft “strikt noodzakelijke strafbare feiten” zouden mogen plegen, op voorwaarde dat ze de fysieke integriteit van personen niet in het gedrang brengen.

De baas van de Staatsveiligheid maakte er zich bijzonder boos over dat sommige media uit het BIM-wetsontwerp enkel onthouden dat medewerkers van de geheime diensten misdrijven mogen plegen. “Als we zo beginnen, zijn we niet goed bezig”, stelde hij. Winants deed een oproep aan alle politieke partijen, over de grenzen heen, om het BIM-wetsontwerp zo snel mogelijk goed te keuren en uit te voeren.

Het enkele weken geleden goedgekeurde oranje-blauwe akkoord over het hoofdstuk Justitie en Veiligheid voorziet dat de volgende regering een wettelijk kader zal aanleggen voor de BIM en dat “nauwgezet zal worden gewaakt over de eerbiediging van de grondwettelijke individuele rechten en vrijheden en het recht op privacy, door controlemechanismen van onafhankelijke instanties, waaronder het parlement”.

Bron » De Morgen

‘Een geheime dienst is zoals de spoeddienst van een ziekenhuis’

Hoewel inlichtingendiensten nog grotendeels een blinde vlek zijn, merkt professor Herman Matthijs van de VUB de laatste jaren meer interesse. ‘Misschien is dat onder invloed van tv-series als Spooks, 24 en Navy NCIS. Zelfs Witse werkt samen met de FBI.’

In de Koninklijke Militaire School verzamelen vandaag geheim agenten, politiemensen, douaniers, politici, ambtenaren, diplomaten, academici, criminologen, magistraten en advocaten voor de derde editie van het congres ‘Geheime diensten. A licence to kill’.

Gastsprekers zijn onder meer Glenn Audenaert (gerechtelijk directeur federale politie Brussel), Alain Winants (chef van de Staatsveiligheid), Jean-Claude Delepierre (directeur Orgaan voor de coördinatie en de analyse van de dreiging, OCAD) en Sam Fox, Amerikaans ambassadeur in Brussel. Initiatiefnemer en drijvende kracht achter het congres is professor Herman Matthijs, hoogleraar bestuurswetenschappen aan de VUB en specialist inzake inlichtingendiensten.

Wat is uw bedoeling met het organiseren van congressen over geheime diensten?

Herman Matthijs: “Inlichtingendiensten zijn grotendeels een blinde vlek. Ik heb altijd al interesse gehad voor dit domein, maar we zijn een klein land. In de VS en Groot-Brittannië bestaan er voltijdse hoogleraren in het vak intelligence. Dat is hier ondenkbaar, al was het maar om budgettaire redenen.”

“Mijn bedoeling is om academisch verder te bouwen op de congressen. Met de hulp van Nederlandse en Franse collega’s overweeg ik de lancering van een Europees tijdschrift over intelligence-kwesties. Na 9/11 is het thema hot geworden in de media en is er meer politieke aandacht voor het werk van geheime diensten.”

“Toch blijft wetenschappelijk werk over dit thema is niet vanzelfsprekend. Het is een gesloten wereldje en er zijn weinig archieven toegankelijk, de enige mogelijkheid is face to face-interviews maken. Gelukkig kreeg ik de kans om de nodige connecties te leggen en relaties op te bouwen.”

Waarom is er hier zo weinig interesse voor de inlichtingendiensten?

“Het is inderdaad merkwaardig. Brussel is nochtans de hoofdstad van Europa en de zetel van de NAVO. Ook historici tonen weinig belangstelling voor het onderwerp. Pas de laatste twee jaar constateer ik interesse bij studenten om papers te schrijven over geheime diensten. Misschien is dat onder invloed van tv-series als Spooks, 24 en Navy NCIS. Zelfs Witse werkt samen met de FBI.”

Hoe goed is het imago van de Belgische inlichtingendiensten?

“In het algemeen ligt het imago van onze diensten boven het gemiddelde. Zowel de Staatsveiligheid als de militaire inlichtingendienst ADIV hebben de laatste jaren meer financiële middelen en meer mankracht gekregen. Ons land is tot nog toe gespaard van terreuraanslagen, er werden zelfs enkele aanslagen verijdeld. Zo bekeken zijn onze diensten extreem efficiënt.”

“Je mag natuurlijk geen appels met citroenen vergelijken. Het verschil tussen de Belgische diensten en de Franse of Britse is gigantisch. We zijn wel vergelijkbaar met Nederland of de Scandinavische landen en zo bekeken doen onze diensten het niet slecht. Ik vergelijk het soms met de spoeddienst van een ziekenhuis: die moet permanent bemand zijn, er zijn wel momenten dat ze naar de tv zitten te kijken omdat er niets te doen is, maar er zijn ook momenten dat ze in actie moeten schieten.”

“Het is onmogelijk om de doeltreffendheid van een inlichtingendienst op een marktgerichte manier te meten. Alles kan natuurlijk beter. Inlichtingenwerk berust grotendeels op human intelligence. Dat betekent: niet te veel mensen achter computerschermen, maar vooral genoeg volk op straat en op het terrein. We moeten niet de fout maken die de CIA heeft gemaakt.”

In tegenstelling tot de Belgische geheime dienst beschikt de Nederlandse over een woordvoerder, een jaarverslag en een website. Kan het ook beter op het vlak van communicatie en transparantie?

“Zeker. Om historische redenen hebben we in ons land de neiging het systeem gesloten te houden, zoals in Frankrijk. Meer openheid en transparantie bevorderen lijkt me een taak voor het Comité I, het orgaan dat in opdracht van het parlement de werking van de inlichtingendiensten controleert.”

“Als we de diensten meer middelen en bevoegdheden geven, zoals Bijzondere Inlichtingenmethodes (BIM), dan moet er ook meer parlementaire controle komen. Er moet op korte termijn gepraat worden over een fusie tussen het Comité I en het Comité P, dat de politiediensten controleert. Dat zou de slagkracht van de controle aanzienlijk verbeteren.”

Hoe evolueren de Belgische inlichtingendiensten in de toekomst?

“Men kan zich afvragen of het op langere termijn niet wenselijk is om de Staatsveiligheid met de militaire ADIV te fusioneren. Dat zou overlappingen en dubbel werk vermijden, ongezonde concurrentie uitschakelen en besparingen opleveren. Tobback en Vande Lanotte hebben ooit voorgesteld de Staatsveiligheid te fusioneren met de federale politie. De NAVO wil blijkbaar dat in elke lidstaat een aparte militaire inlichtingendienst blijft bestaan.”

Bron » De Morgen

Vertrouwen in Belgische justitie stijgt spectaculair

Twee op de drie Belgen, 66 pct, heeft vandaag vertrouwen in de gerechtelijke instellingen in België. Vijf jaar geleden was dat amper één op twee, 41 pct. Dat blijkt uit een grootschalige bevraging die dit jaar werd uitgevoerd in opdracht van de Hoge Raad van Justitie. De bevraging voor de tweede zogeheten Justitiebarometer werd uitgevoerd door Significant Gfk, dat in 2002 al een eerste bevraging organiseerde.

Net zoals in 2002 vond de bevraging dit jaar plaats bij een representatieve steekproef van 3.210 inwoners van België, in de periode tussen 7 februari en 17 april 2007. Uit de cijfers blijkt dat de algemene tevredenheid, zowel in de gerechtelijke instellingen als actoren, is gestegen. Slechts 37 pct is niet tevreden over de werking van justitie.

In 2002 was dat nog 64 pct. In 2002 had maar 55 procent vertrouwen in de advocaten. In 2007 is dat aantal gestegen tot 71 pct. Ook het vertrouwen in de rechters stijgt van 37 naar 66 pct. Een overgrote meerderheid, 92 pct, vindt wel dat rechtszaken te lang duren en dat zware criminele en seksuele misdrijven zwaarder moeten bestraft worden.

Bron » De Morgen

Dutroux schrapt “onjuiste” passages uit boek Sabine Dardenne

Volgens een cipier heeft Marc Dutroux onlangs het boek ‘Ik was twaalf en ik fietste naar school’ van Sabine Dardenne in zijn cel besteld en er de passages in geschrapt die volgens hem onjuist zijn. Dat schrijft Het Laatste Nieuws vandaag.

“De gevangenis van Ittre is nog erger dan het concentratiekamp van Buchenwald”, zo schrijft Dutroux voorts in een brief die deze week gepubliceerd staat in het weekblad Dag Allemaal. Uit getuigenissen uit de gevangenis blijkt dat de veroordeelde nog altijd geen spijt en gewetenswroeging heeft.

Bron » De Morgen