Meerderheid heeft vragen bij aanval Van Quickenborne op Geens

De portkosten bij Justitie zijn tussen 2010 en 2013 met 2,5 miljoen euro gestegen, met name van 20,5 miljoen euro tot 23 miljoen euro. “Het grootste deel van die periode was Annemie Turtelboom (Open Vld) minister van Justitie. Dus ik weet niet goed waarom Vincent Van Quickenborne huidig minister van Justitie Koen Geens (CD&V) aanvalt”, zo zegt een anonieme bron uit de meerderheid aan het persbureau Belga.

Open Vld-Kamerlid Vincent Van Quickenborne noemde het gisteren in Het Nieuwsblad “niet meer van deze tijd” dat justitie jaarlijks 22 miljoen euro betaalt aan postzegels. “Er zijn genoeg digitale alternatieven”, aldus Van Quickenborne. In Het Nieuws van VTM deed het Open Vld-Kamerlid er nog een schepje bovenop. Daar zei hij dat minister van Justitie Koen Geens wel allerlei plannen heeft, maar dat “een echte minister niet wordt afgerekend op zijn woorden maar op zijn daden”.

De ‘charge’ van Van Quickenborne deed gisteren al wat wenkbrauwen fronsen op het kabinet-Geens. De CD&V-minister wees er onder meer op dat de portkosten in 2014 met 1 miljoen euro gedaald zijn en dat er plannen zijn (en worden) uitgewerkt om de portkosten verder terug te dringen. Het kabinet wees onder meer op de initiatieven rond de e-box (de elektronische brievenbus voor justitie en advocaten ) en de e-deposit (het elektronisch neerleggen van conclusies). “Door elektronisch te werken zullen we meer dan 10 miljoen euro portkosten sparen, maar vooral ook sneller en efficiënter kunnen werken”, klinkt het.

Ook een andere bron uit de meerderheid heeft vragen bij de aanval van Van Quickenborne. “Het verbruik van postzegels door Justitie is tussen 2010 en 2013 stelselmatig gestegen van 20,5 miljoen euro tot 23 miljoen euro. Wie was er een groot deel van die periode minister van Justitie? (Annemie Turtelboom, red.)”, luidt de vraag. “Wat is hier de bedoeling van Van Quickenborne?”.

Dezelfde bron wijst er ook op dat de federale overheid in 2012 in totaal 67,4 miljoen euro aan postzegels spendeerde. Daarvan was Justitie goed voor 21,6 miljoen euro. Maar de uitgaven bij Financiën lagen, ondanks Tax-on-Web, nog een stuk hoger, namelijk 34,3 miljoen euro.

Bron » De Morgen

Justitie plakt elk jaar 22 miljoen euro aan postzegels

De federale overheidsdienst Justitie geeft jaarlijks nog altijd 22 miljoen euro uit aan post­zegels. En dat cijfer lijkt amper af te nemen. “Zulke kosten zijn niet meer van deze tijd. Er zijn genoeg digitale alternatieven”, zegt Open Vld-Kamerlid Vincent Van Quickenborne vandaag in Het Nieuwsblad.

De Belgische parketten, rechtbanken, gerechtshoven en ­andere justitiediensten sturen jaarlijks nog een gigantische hoeveelheid gewone, aangetekende en internationale brieven en pakjes. In moeilijke budgettaire tijden moet de FOD Justitie daardoor jaarlijks 22 miljoen euro aan portkosten uitgeven.

“Dat is een enorme kost, zeker als je ziet dat het Justitie op veel andere domeinen aan geld ontbreekt”, zegt Vincent Van Quickenborne die de cijfers opvroeg bij Justitieminister Koen Geens. “Het is niet meer van deze tijd om zo veel geld te verspillen aan post­zegels.”

Begin juni drongen de parlementsleden van Open Vld en N-VA nog aan op een nieuw systeem. Zowel in burgerlijke als in strafrechtelijke rechtszaken zouden de vonnissen en arresten meteen via elektronische weg moeten worden verstuurd. Minister van Justitie Koen Geens zei dat hij nog dit jaar werk wil maken van zo’n elektronische mailbox voor advocaten, ­gerechtsdeurwaarders en notarissen.

Bron » De Morgen

De overheid blijft u volgen

De regering heeft een nieuw wetsvoorstel klaar dat bepaalt welke gegevens telecomoperatoren van klanten moeten bijhouden en wie er toegang toe krijgt. Een bijgewerkte versie van de oude dataretentiewet, die al meteen tegenwind krijgt.

Ophef bij politie en justitie, zowat anderhalve maand geleden. Het Grondwettelijk Hof vernietigde de wet die bepaalde dat telecomoperatoren in ons land één jaar lang gegevens moeten bijhouden over elektronische communicatie (e-mail en gsm). “Een te forse inbreuk op de privacy”, oordeelde het Hof, dat daarmee inging op de bezwaren van onder meer de Liga voor de Mensenrechten.

Het gaat daarbij om het bijhouden van metagegevens, zoals hoeveel keer iemand een bepaald nummer belt, hoelang de gesprekken duren… Een zware klap voor politie, gerechtelijke diensten en veiligheidsdiensten, die vaak van die gegevens gebruikmaken in het kader van de strijd tegen terrorisme en de aanpak van criminaliteit.

Omdat justitie, politie en telecomoperatoren nu in een juridisch vacuüm werken, wilden minister van Justitie Koen Geens (CD&V), minister van Digitale Agenda Alexander De Croo (Open Vld) en minister van Defensie Steven Vandeput (N-VA) zo snel mogelijk met een alternatief komen. Daarin zitten een aantal belangrijke wijzigingen.

Zo krijgt het gerecht maar toegang tot de data als het beoogde resultaat niet kan bereikt worden door een meer privacyvriendelijke manier van werken. Een tweede aanpassing bepaalt wie toegang heeft tot de gegevens. In de oude wet hadden gerechtelijke diensten, politie en veiligheidsdiensten onbeperkt toegang tot de data, op voorwaarde dat parket of onderzoeksrechter daarmee instemden. Een derde wijziging houdt in dat het nieuwe voorstel een onderscheid maakt tussen vier soorten van gegevens en daar een bewaartermijn aan koppelt.

Het voorstel linkt de opslagtermijn ook aan de ernst van het misdrijf. Voor misdrijven die leiden tot een celstraf van minder dan één jaar is de toegang tot gegevens niet toegestaan. Voor misdrijven gekoppeld aan celstraffen tussen één en vijf jaar of correctionele straffen onder één jaar is de toegang beperkt tot gegevens van de laatste zes maanden.

Voor zwaardere misdrijven blijft de bewaartermijn twaalf maanden. Daarbovenop komt een bescherming voor dokters, advocaten en journalisten, die beschermd zijn door het beroepsgeheim. Mocht blijken dat de dokter, advocaat of journalist in kwestie een bedreiging vormt, moet de beroepsfederatie in kwestie op de hoogte gebracht worden.

Daarnaast krijgen drie organisaties ook toegang tot de gegevens: de cel Vermiste Personen van de politie, de Ombudsdienst voor telecommunicatie en de spoeddiensten.

“Met dit voorstel komen we tegemoet aan de voornaamste bezwaren van het Grondwettelijk Hof”, zegt Tom Meulenbergs, woordvoerder van minister De Croo. Toch beantwoordt de tekst aan één eis niet van het Hof. Die benadrukte dat politie en justitie door klassieke politiemethodes vooraf een selectie moesten kunnen maken van wie de data zouden ingekeken worden.

Dat zou kunnen op basis van bepaalde criteria, zoals leeftijd, plaats, crimineel verleden. Net dat vormt een struikelsteen voor Jean-François Henrotte van de Frans- en Duitstalige Orde van Advocaten, die de oude wet aanvocht. “Als deze tekst goedgekeurd wordt, vechten we de wet opnieuw aan. Het is een stap voorwaarts, maar er zitten nog te veel lacunes in.”

De telecomoperatoren krijgen nu vier weken de tijd om te reageren op het voorstel. Daarna geeft de Privacycommissie haar advies.

Bewaartermijnen voor data in vier categorieën

  1. Identificatiegegevens: maximaal 12 maanden
    Wie zit achter een nummer of mail?
  2. Communicatiegegevens: maximaal 2 maanden
    Hoeveel data werden verstuurd?
  3. Gegevens over verbinding en plaats: 9 tot 12 maanden
    Hoeveel keer werd er gecommuniceerd en hoelang?
  4. Persoonlijke gegevens: 9 tot 12 maanden
    Wie heeft naar wie gebeld of gemaild?

Bron » De Morgen