Op voorstel van de ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken beslist de regering-Leterme vandaag op het kernkabinet over de goedkeuring van een Koninklijk Besluit dat de federale en lokale politie in staat moet stellen zeer uitgebreide en gevoelige informatie op te slaan over miljoenen Belgen. De Morgen kreeg inzage in het KB. ‘Dat zo’n ingrijpende maatregel bijna ongemerkt door de regering wordt beslist, is onaanvaardbaar’, stelt de Liga voor de Rechten van de Mens.
Van bepaalde categorieën van burgers vanaf veertien jaar zal de politie voortaan een waslijst van gegevens kunnen opslaan. Die informatie hoeft niet uit strafrechtelijke onderzoeken te komen. Ze kan ook afkomstig zijn uit regulier politiewerk, verkeerscontroles, informanten, bewakingscamera’s, observaties van manifestaties of bijzondere opsporingsmethodes. Naargelang de aard van de informatie kan ze tien tot dertig jaar worden bijgehouden, zo staat in het KB.
De definitie van de personen over wie gegevens kunnen worden verzameld is erg vaag. Volgens het KB volstaat het dat iemand “aansluit bij een groepering van bijzonder belang voor de openbare orde”, of het voorwerp heeft uitgemaakt van minstens één proces-verbaal wegens het verstoren van de openbare orde, of geseind werd in het Schengen Informatie Systeem, of “een bedreiging kan vormen voor de veiligheid van personen of goederen”.
Volgens de Liga van de Mensenrechten is het gevaar reëel dat ook informatie wordt opgeslagen over onschuldige burgers die als getuige of slachtoffer in een dossier opduiken. Een verbetering is wel dat voortaan niet elke agent om de hoek het systeem kan raadplegen, al dan niet voor privédoeleinden. Het KB voorziet een getrapte toegang, zodat de gegevens afhankelijk van hun gevoeligheidsgraad enkel door bevoegde politiemensen kunnen worden geraadpleegd.
Volgens gegevens van het Comité P registreerde de Algemene Nationale Gegevensbank (ANG) van de politie in 2006 informatie over niet minder dan 1,6 miljoen personen, 1,8 miljoen auto’s, ruim 11 miljoen concrete feiten en meer dan 11.000 organisaties. Naast de sinds 1992 bestaande ANG beschikt de politie bovendien over allerlei ‘bijzondere databestanden’, bijvoorbeeld over hooligans, prostitués of terrorismeverdachten.
De bedoeling van het KB is om alle bestanden te centraliseren en meteen een wettelijke basis te verschaffen voor het verzamelen van gegevens en raadplegen van het systeem. “De ANG is niet één enkele computer”, preciseert de toelichting bij het KB. “Het is veeleer een geheel van al dan niet onderling verbonden, nu eens geheel dan weer gedeeltelijk geautomatiseerde of manuele informatiesystemen. Het is een concept of een geheel van systemen.”
De Privacycommissie heeft zware kritiek geformuleerd op het KB, maar die werd grotendeels weggewuifd door de opstellers ervan. Zo had de commissie bezwaren tegen de erg vage criteria voor het opslaan van gegevens. Het volstaat dat de politie oordeelt dat de gegevens “een concreet belang” hebben, een notie die verder niet wordt gedefinieerd.
De commissie heeft ook bezwaren tegen de lange bewaartermijnen en tegen het feit dat de burger geen inzage krijgt in de gegevens over hem en die eventueel foute informatie dus evenmin kan laten rechtzetten. “De realisatie en het beheer van een dergelijk systeem vormen een inmenging in het privéleven van particulieren”, geven de bevoegde ministers toe in hun verslag aan de koning. Niettemin oordelen ze dat de megadatabank “noodzakelijk is voor de operationele doeleinden, in de ruime betekenis van het woord” van de politie.
“Dat zo’n ingrijpende maatregel bijna ongemerkt door de regering wordt beslist, is onaanvaardbaar”, stelt Jos Vander Velpen van de Liga voor de Rechten van de Mens. De organisatie eist dat er tenminste een parlementair onderzoek en debat over de zaak komen. “Het gevaar is dat zachte informatie, afkomstig van informanten en andere bronnen, vaak onbetrouwbaar is en in de megadatabank wordt gecombineerd met harde informatie uit gerechtelijke dossiers”, zegt Vander Velpen.
“Als dit KB wordt goedgekeurd, bestaat er geen beschot meer tussen die informatiestromen. Omdat de politie bovendien steeds meer proactieve onderzoeken doet, dus nog voor een strafbaar feit werd vastgesteld, en omdat de technologische mogelijkheden verhogen, neemt ook die informatiestroom almaar toe. De databank zal gegevens opslaan over (potentiële) criminelen, maar ook over getuigen, slachtoffers en onschuldige burgers.”
Bron » De Morgen