Juryleden klagen over lawaai op proces Habran

De kwaliteit van het geluid op het proces van Marcel Habran en zijn handlangers is verslechterd na de beslissing van voorzitter Dewart om het uitzenden van beelden en geluid uit de hoofdzaal naar de andere zalen tijdelijk stil te leggen.

De journalisten en het publiek, die het proces tot nu toe buiten de hoofdzaal konden volgen, zijn voortaan verplicht in de hoofdzaal plaats te nemen als ze de debatten willen volgen.

Hoewel de tijdelijke maatregel, die geldt tot het einde van het onderzoek dat moet aantonen of de federale politie een niet-toegelaten toestel om geluid op te nemen al dan niet plaatse, het publiek niet stoort, maakt die het werk van de media wel moeilijker.

Het veelvuldige heen-en-weergeloop van journalisten en van het publiek in de zittingszaal vergroot het lawaai in de buurt van de plaats waar de juryleden zitten. Vanochtend deden verschillenden van hen hun beklag over de situatie.

Bron » De Morgen

Advocaat Habran trekt zich terug

Meester Frédéric Bovy, al meer dan tien jaar de advocaat van Marcel Habran, heeft deze namiddag bij het begin van de zitting bekendgemaakt dat hij beslist heeft de belangen van zijn cliënt niet meer te verdedigen. Dat gebeurde na de beschuldigingen tegen de advocaat door de beschermde getuige Rolando Cerri voor het Luikse assisenhof.

De raadsman verliet de rechtszaal onmiddellijk. Tijdens zijn getuigenis voor het Luikse assisenhof deed de beschermde getuige Cerri verklaringen die hij niet aflegde tijdens het onderzoek. Hij stelde namelijk dat Habran zijn advocaat naar hem stuurde om druk op hem uit te oefenen.

“Toen ik opgesloten zat voor de hold-up op Bacop, stuurde Marcel Habran zijn advocaat. Die liet me verstaan dat ik er belang bij had bepaalde zaken over Habran te vergeten. In ruil daarvoor kon hij me verdedigen”, aldus Cerri op de zitting. Bij het begin van de namiddagzitting stond meester Bovy recht om zijn beslissing aan te kondigen. “Rolando Cerri uitte ernstige en valse beschuldigingen tegen mij”, verklaarde hij. “Ik heb hem slechts één keer ontmoet in Lantin in het kader van zijn dossier, maar ik heb nooit de minste poging gedaan om druk uit te oefenen.”

“Ik ben fier op mijn toga. Geen enkele advocaat kan getuige zijn onder zijn toga. Ik ben triest en vind het spijtig dat ik afstand doe van de verdediging van Marcel Habran, want ik heb hem meer dan tien jaar verdedigd.” De raadsman meent dat hij in zijn pleidooi niet meer zal kunnen stellen dat de beschermde getuige een leugenaar is, omdat hij zelf onterecht door Cerri beschuldigd wordt. Habran kan nog steeds een beroep doen op zijn andere advocaten, meester Marc Uyttendaele en meester Laurent Kennes.

Bron » De Morgen

“Beelden proces Habran worden onwettig buiten rechtzaal verspreid”

Op het proces Habran voor het Luikse hof van assisen heeft zich deze namiddag een incident voorgedaan. Meester Marc Uyttendaele, de advocaat van Marcel Habran, wees erop dat beelden en geluidsfragmenten uit de rechtszitting via een antenne tot buiten de rechtszaal worden verspreid. Het incident wordt onderzocht.

De voorzitter van het hof heeft intussen wel beslist dat de debatten in het proces niet worden stilgelegd tijdens het onderzoek. De verspreiding van beelden en klank naar het publiek is wel stopgezet. Voor dit uitzonderlijke proces is de officiële perimeter van de rechtszitting uitgebreid tot buiten de eigenlijke rechtszaal. Ook de zaal waar de journalisten aan het werk zijn en de “salle des pas perdus”, de centrale ruimte net buiten de zaal, behoren tot die perimeter.

Journalisten merkten op dat er bij één van de projectieschermen een toestel met antenne en relaissysteem opgesteld stond. Dit toestel moet het de federale agenten die instaan voor de veiligheid op het proces mogelijk maken om de beschuldigen in het oog te houden vanuit een ontvangstwagen die op de binnenplaats van het justitiepaleis is opgesteld – dus duidelijk buiten de perimeter van de rechtszitting.

Deze manier van werken, waarvan de voorzitter van het hof niet op de hoogte was, is niet toegelaten omdat op die manier de debatten via geluids- en videofragmenten buiten de zaal gevolgd en zelfs opgenomen kunnen worden.

Deze situatie kan voor problemen zorgen omdat een politieagent die vanochtend kwam getuigen aangaf dat hij wist dat een andere getuige niet eenduidig was geweest in zijn verklaringen. De agent wist dus wat er gezegd was in de zaal. Hoe hij dat wist, wilde hij evenwel niet zeggen. Volgens Uyttendaele kan wegens het lekken van de beelden tot buiten de zaal van de rechtszitting de geldigheid van de debatten in twijfel getrokken worden.

Bron » De Morgen

Onderzoeksleider onder vuur op proces-Habran

Op het proces-Habran voor het hof van assisen van Luik hebben de advocaten van de verdediging en de beschuldigden talrijke vragen geplaatst bij de rol van onderzoeksleider Jean-Claude Tahir. De verdediging trok daarbij ook de verklaringen van Lilo Scerra en Rolando Cerri, twee belangrijke aanbrengers, in twijfel.

Scerra, die als eerste het stilzwijgen doorbrak in het dossier, kon volgens de speurders niet hebben deelgenomen aan de overval op het geldtransport in Borgworm. Ze baseerden zich daarbij op zijn gsm-gebruik. De advocaat van Marcel Habran, meester Bovy, wees erop dat de vriendin van Scerra tien maanden voor de overval (waarbij twee doden vielen) in Borgworm een huis gehuurd en vervolgens gekocht had.

De Volvo waarmee de overval gepleegd werd, werd op 5 kilometer van dit huis teruggevonden. De advocaat van Joël Schraenen uitte bedenkingen bij de verklaringen van Cerri. Beschuldigde Thierry Dalem nam vaak het woord en bleek het dossier goed te kennen. Hij nam notities, stelde precieze en pertinente vragen over de feiten die hem ten laste worden gelegd en bracht belangrijke nuances aan.

Zo bleek de handleiding van een machinepistool die bij hem gevonden werd van zijn zoon te zijn die militair is. De handleiding maakte deel uit van een grotere collectie. De P90-munitie die bij Dalem gevonden werd, was van een andere serie dan de munitie die in Borgworm gebruikt werd.

Bron » De Morgen

Habran geeft toelichting bij alibi voor overval

Voor het Luikse assisenhof heeft Marcel Habran vandaag toelichting gegeven bij zijn alibi voor de overal op het geldtransport in Borgworm, op 12 januari 1998. Op het ogenblik van de feiten zou hij zich in Florenville bevonden hebben. Getuigen hadden het ook over de persoonlijkheid van Lilo Scerra. “Om 07.17 uur tankte ik met mijn bankkaart benzine in Florenville”, legde Marcel Habran uit.

“Vervolgens, om 07.22 uur, nam ik met mijn kaart geld uit de muur in een Dexia-bankkantoor, waarna ik naar de krantenwinkel trok en er een Quick Pick-lotje van acht cijfers kocht.” “Nadat ik dat gedaan had, ging ik naar een wasserij in de buurt van Florenville, maar die was gesloten. Ik ging terug naar Florenville om er een koffie te drinken en voor ik terugkeerde naar de stomerij, voerde ik nog een internationaal gesprek met mijn echtgenote. Even na 8 uur was ik terug thuis en verwittigde mijn vrouw mij dat er in Borgworm een bloedige overval had plaatsgevonden.”

“Ik heb dat alibi geconstrueerd, en heb opzettelijk een parcours afgelegd langs verschillende plaatsen, om het te kunnen gebruiken als men mij er ooit over zou ondervragen”, legde Habran uit. “Ik was wel degelijk in Florenville die dag. Pol Maréchal had me verteld dat hij die dag een geldtransport zou overvallen.” Habran vermoedde dat de onderzoekers bij hem zouden terechtkomen en besloot daarom voor een alibi te zorgen. “Het was pas na de dood van Maréchal dat ik daarvoor kon uitkomen.” De uitbater van de krantenwinkel in Florenville bevestigde dat Habran een regelmatige klant was en die dag inderdaad op de lotto gespeeld heeft.

Hij kocht die dag vroeg ’s ochtends het enige Quick Pick-lotje van acht cijfers. Ook een verantwoordelijke van de Nationale Loterij bevestigde dat er die dag in de krantenwinkel maar één Quick Pick-lotje van acht cijfers is gespeeld. Een verantwoordelijke van de bank zei dat er in de bank videocamera’s waren die beelden maakten van de klanten. Habran zegt dat hij naar de bank ging om er zeker van te zijn dat hij gefilmd werd. “Ik heb zelfs smoelen getrokken zodat ze mij zouden zien”, zei hij. De beelden van die bewuste dag bestonden echter niet meer op het moment dat de onderzoekers ze opvroegen.

Het hof hoorde ook een aantal getuigenissen over Lilo Scerra. Ten tijde van de feiten leefde Scerra samen met twee verschillende vrouwen die van elkaar niks afwisten. Hij had ook verschillende affaires. Scerra was actief in het prostitutiemilieu en de wagentrafiek. “Was hij een pooier?”, vroeg voorzitster Dewart aan een van de vrouwen.

“Er waren vrouwen die vrijgevig met hem waren”, antwoordde die daarop. Scerra zou tegen haar hebben gezegd dat hij samen met Dalem en Kremer de overval in Borgworm voorbereidde. Scerra zou ook geld hebben gegeven voor de aanschaf van wapens. Volgens zijn partner echter was hij een ziekelijke leugenaar. Hij zou zelf hebben toegegeven dat hij had gemoord en betrokken was bij andere overvallen.

De jonge vrouw voegde er aan toe dat hij Dalem vaak gebruikte als alibi. Zo deed hij haar bijvoorbeeld geloven dat hij bij Dalem was, terwijl hij eigenlijk naar zijn andere vrouw trok. Volgens de tweede vrouw praatte Scerra nooit over zaken. Ze vindt het dan ook niet logisch dat hij gepraat zou hebben over zijn betrokkenheid bij de feiten in Borgworm. De vrouw gaf ook toe dat ze tussen 2004 en 2005 een verhouding had met Dalem. Na de dood van Pierrin in 2004 vreesde Dalem voor zijn leven. Morgen hoort het hof andere getuigen. De getuigenis van Rolando Cerri, de eerste beschermde getuige in het dossier, is uitgesteld naar maandag.

Bron » De Morgen