De Bende & Westland New Post, een nieuwe aflevering in het onderzoek naar de Bende van Nijvel

Vandaag getuigde anoniem een gewezen lid van Westland New Post over de betrokkenheid van deze organisatie bij de terreur van de Bende van Nijvel. Wat is deze getuigenis waard en wat is Westland New Post?

Westland New Post is een schimmige neonazistische organisatie uit de jaren 80 waarvan de schaduw zelfs 35 jaar later over het dossier van de Bende van Nijvel blijft hangen. In die wazige sfeer is het makkelijk om complottheorieën te (blijven) voeden.

Het start al met de figuur van Paul Latinus, een ingenieur in de nucleaire wetenschappen, de stichter van Westland New Post. De man beweerde op 17-jarige leeftijd gerekruteerd te zijn geweest door een buitenlandse inlichtingendienst om “met alle middelen het sovjet Russische communisme te bestrijden”. Die rekrutering zou zijn gebeurd tijdens zijn legerdienst door een NATO-officier.

In zijn beleving was de KGB tot op het hoogste niveau geïnfiltreerd in de Belgische staatsveiligheid. En dat mag je haast letterlijk nemen. “Eén van de KGB-agenten bij de Staatsveiligheid is niemand minder dan de administrateur-generaal van deze dienst”, zo vertelde Latinus aan wijlen René Haquin (van het dagblad Le Soir die over WNP in 1984 het boek ‘Operatie Staatsveiligheid’ schreef). En in dat zelfde gesprek zei hij dat hij ook de opdracht had gekregen “een revanchistische nazi-groepering, geïnspireerd door de Waffen SS, op te richten om de Popovs van de Staatsveiligheid uit hun tent te lokken”.

Paul Latinus overleed in de nacht van 24 op 25 april 1987 door verhanging. Sommigen beweren dat het geen zelfmoord was, maar wel een geënsceneerde moord. Volgens deze theorie zou hij gezelfmoord zijn precies omdat hij te veel wist over onder meer de Bende van Nijvel.

Als we de stichter mogen geloven was Westland New Post dus een organisatie “bedoeld om terreur te zaaien, in het geheim georganiseerd om agenten van de KGB te ontmaskeren”.

WNP zou van 1980 tot 1983 actief geweest zijn. Er zouden zo’n dertig afdelingen geweest zijn in het hele land met in totaal bijna 400 leden. Er waren drie directies: inlichtingendienst, (interne) politie en een studiedienst.

Bestaan van organisatie WNP komt “en stoemelings” aan het licht

Een vooraanstaand lid van WNP was Michel Libert, de man die door de getuige die nu in het nieuws komt, wordt aangewezen als “de reus”. Michel Libert is een gewezen beroepsonderofficier van de Zeemacht. Hij werkte tot 1982 op het transmissiecentrum op de generale staf van het leger.

Michel Libert wordt in het verlengde van een ogenschijnlijk banaal straatincident gearresteerd en daardoor kwam ook het bestaan van de organisatie WNP eigenlijk “en stoemelings” aan het licht. Een dronken Marcel Barbier, een gewezen lid van de extreemrechtse jongerenorganisatie Front de la Jeunesse, achtervolgt zijn broer in de straten van Vorst. De ruzie escaleert en Barbier wordt gearresteerd. In het verhoor vertelt Barbier dat hij lid is van een mysterieuze organisatie. Bij een huiszoeking vindt de politie allerhande geheime militaire (NATO) documenten. Speurders komen via Barbier uit bij Michel Libert, officieel woonden ze samen op hetzelfde adres.

Zowel Barbier als Libert bekennen lid te zijn van de paramilitaire organisatie Westland New Post. Beide bekennen ook de diefstal en de heling van de geheime documenten én ook oefenkampen te hebben georganiseerd.

Al bij zijn eerste verhoor zegt Libert te werken als informant voor de Staatsveiligheid. Hij heeft contact met “Le Canard”, een alias voor commissaris Christiaan Smets. Naast Smets duiken nog andere namen op van mensen van de Staatsveiligheid. De centrale vraag is of de Staatsveiligheid WNP geïnfiltreerd had dan wel het omgekeerde. Wie manipuleerde wie?

Terzijde, de wijze waarop WNP “ontdekt” werd, doet bij velen de wenkbrauwen fronsen. Hoe kan een clandestiene organisatie, die de geheimzinnigheid ook cultiveert, zich zo knullig laten pakken? Of was het incident nauwkeurig geënsceneerd en dus bedoeld als provocatie?

Wat is het verband tussen Westland New Post en de Bende van Nijvel?

De relatie tussen Westland New Post en de Bende is geen nieuw gegeven, ze is al tientallen keren geopperd, niet in het minst door WNP’ers zelf. Zo verklaarde kopstuk Michel Libert bv. in 1992 in een BBC documentaire dat hij effectief meegedaan had aan verkenningen van grootwarenhuizen (controleren openingsuren, in- en uitgangen, betalingssystemen, …) Hij had die opdracht gekregen, zo zei hij, al vertelde hij er niet bij van wie precies. En hij ontkende ook elke betrokkenheid bij de feiten zelf ook al werd hij door sommige getuigen later herkend op basis van robotfoto’s.

Michel Libert is verschillende keren door de enquêteurs ondervraagd, o.a. in mei 2014 nog eens. Procureur-generaal Christian De Valckeneer verklaarde in een interview (in Humo in november 2017) dat Libert daarbij gezegd had dat hij binnen WNP technieken aangeleerd kreeg om grootwarenhuizen te overvallen.

Diverse rechercheurs menen dat de piste extreemrechts te weinig uitgediept werd. Zij zijn hierdoor professioneel gefrustreerd en spreken in dit verband van een doofpotoperatie. Wellicht verklaart dat ook een aantal recente lekken richting pers. Maar de feiten schijnen hen ongelijk te geven.

De relatie tussen WNP en de Bende is verschillende keren onderzocht. Zo kwam in de marge van het WNP-onderzoek naar boven dat Claude Dery, de ballistisch expert in het Bende onderzoek die beschuldigd werd van manipulaties, lid was van een obscuur splintergroepje “Les Hospitaliers de l’Abbaye d’Aulne”.

In het onderzoek naar schietclubs, de zogenoemde practical shootingclubs, stelde men vast dat daar ook diverse WNP’ers opduiken (naast (ex-) rijkswachters). En toen een aantal extreemrechtse rijkswachters in het vizier van de Bendespeurders kwamen, de zogenaamde Groep G, duikt daarbij de naam van Johan Demol op. In interne rijkswachtnota’s wordt hij omschreven als sympathisant van WNP.

Ook de persoon van Madani Bouhouche, een ex-rijkswachter wiens naam vaak genoemd wordt in het bende dossier, kan gelinkt worden aan WNP ook al was hij zelf geen lid. Toen Bouhouche een WNP’er wou binnenhalen in het privédetectivebedrijf ARI dat hij samen met Beijer, een andere ex-rijkswachter, had opgestart, leidde dat overigens tot een breuk tussen hen beide.

Bij een van de bende-overvallen, in Temse in september 1983, wordt o.a. een kogelvrije vest gestolen die later wordt teruggevonden bij WNP-lid Eric Lammers.

Er zijn dus zeker elementen die een verband leggen tussen WNP en de Bende. En die elementen zijn ook herhaaldelijk onderzocht, zowel in het team van Charleroi als in het team van Dendermonde. Dat bevestigen ook onafhankelijke bronnen van het onderzoek.

Zo stelde De Bendecommissie-bis wel enkele manipulaties van extreemrechts vast, maar formuleerde in haar conclusies dat: “(…) kan worden gesteld dat er tot op heden geen materiële aanwijzingen zijn om de hypothese te ondersteunen dat extreem rechts – in de vorm van een of andere organisatie zoals Front de la Jeunesse of WNP – daadwerkelijk betrokken zou zijn geweest bij de aanslagen van de bende van Nijvel”.

Medio jaren 80 werd gezocht op 4 pistes

De professoren Fijnaut en Verstraeten komen in hun doorlichting van het Bende onderzoek tot de conclusie dat het spoor van extreem rechts, in tegenstelling tot wat her en der beweerd werd, wel degelijk voorwerp uitmaakte van het werk van de enquêteurs.

Onderzoeksrechter Schlicker (Nijvel) heeft in de periode 1984-1985 een aantal leden van de staatsveiligheid ondervraagd over de werking van WNP en hun rol daarin. Bij de overheveling van het dossier naar Charleroi werkte onderzoeksrechter Lacroix in het verlengde van dit spoor. In de archieven Charleroi is terug te vinden dat medio jaren 80 er gezocht werd op vier pistes.

Eén daarvan is de piste extreemrechts, meer bepaald gewezen WNP’ers en/of ex rijkswachters. En ook onderzoeksrechter Troch (Dendermonde) wilde werken op dit spoor. In ene brief aan de Gentse procureur-generaal schrijft hij “dat de onderzoekers van de groep Delta de mening zijn toegedaan dat het –in het kader van de piste van extreem rechts- onontbeerlijk is kennis te kunnen nemen van een aantal dossiers in verband met Westland New Post”.

In welke mate stelt deze getuigenis iets wezenlijk nieuw voor?

De professoren stelden bij hun doorlichting vast dat de piste van extreemrechts en de rol daarin van WNP vooral in het onderzoek van Charleroi doorgedreven onder de loep werd genomen, “het ontstaan van deze groep, haar interne organisatie, uitrusting en taakverdeling, haar leden en sympathisanten, haar daadwerkelijke activiteiten en haar concrete contacten met (leden van) overheidsdiensten zoals de rijkswacht en de veiligheid van de staat”.

Men zoekt naar verbindingen tussen WNP en de modi operandi van de bende. De speurders doen dat door mensen te verhoren, tactische, technische en administratieve onderzoeken te voeren zoals controle van adressenboekjes, dactyloscopisch onderzoek, onderzoek van lokalen, garages, postbussen, …

Men heeft dus wel degelijk gezocht op deze piste ondanks het gegeven, dat stelden ze ook vast, dat de magistratuur en dan vooral (toenmalig) onderzoeksrechter Hennart zich hierbij niet altijd even coöperatief opstelden.

Het spoor WNP is dus wel degelijk onderzocht en de vraag is dus in welke mate deze getuigenis iets wezenlijk nieuw voorstelt.

Wat is de relevantie van de recente verklaringen?

Dat een organisatie als Westland New Post gelinkt wordt aan de Bende is een plausibele werkhypothese. WNP wou inderdaad de staat destabiliseren en via terreur een klimaat creëren die een sterk, autoritair regime moest toelaten. Die strategie van de spanning is niet zo vergezocht en kan worden onderbouwd met voorbeelden uit het buitenland.

Maar, als we een aantal gezaghebbende bronnen mogen geloven, is die werkhypothese ook daadwerkelijk onderzocht. En dus is de vraag waarom dat WNP verhaal nu opnieuw ter sprake wordt gebracht? De getuige van vandaag levert geen keiharde bewijzen. Hij was naar eigen zeggen 2 à 3 jaar lid van Westland New Post, begin jaren 80. Hij geeft drie elementen die hem doen geloven dat WNP te maken had met de Bende:

  1. De figuur van Michel Libert. De getuige van vandaag zegt dat hij Libert tegenkwam in een grootwarenhuis toen hij daar een verkenning deed. (Op zich is dat geen nieuws, Libert verklaarde zelf al zo’n verkenningen te hebben uitgevoerd.) Libert trekt volgens de getuige van vandaag ook als twee druppels water op robotfoto nr. 19. Michel Libert zou hem later ook toevertrouwd hebben dat hij bij een van de acties beschoten is geweest door de rijkswacht. Volgens hem was dat de Bende-overval in Maubeuge.
  2. Bij een van de WNP-oefeningen in het Zoniënwoud was daar een gebochelde man aanwezig. Zo’n gebochelde man is ook gesignaleerd bij een van de Bende overvallen.
  3. Een van de aangeleerde WNP-technieken had te maken met “strategische terugtrekking”, daarbij schietend vanuit de kofferbak van een auto, een techniek die ook door de bende gebruikt werd.

Zo blijft het vreemd dat iemand blijkbaar op eigen initiatief, om principiële redenen, van de ene op de andere dag uit een clandestiene organisatie als WNP kan stappen

De man getuigt nu omdat hij wil dat de waarheid eindelijk naar boven komt. Maar de vraag is of zijn getuigenis ultieme antwoorden geeft dan wel nieuwe vragen oproept. Zo blijft het vreemd dat iemand blijkbaar op eigen initiatief, om principiële redenen, van de ene op de andere dag uit een clandestiene organisatie als WNP kan stappen. Al bij al is hij ook maar een tweetal jaren lid geweest van WNP en heeft hij naar eigen zeggen nooit zelf iets, van ver of van nabij, te maken gehad met de Bende.

Hij verklaarde wel ooit in Gent klaar te hebben gestaan om alle geüniformeerde rijkswachters en politiemensen die niet een bepaald insigne droegen, neer te maaien. Maar die “oefening” werd te elfder ure afgeblazen.

Kan het onderzoek een nieuwe wending nemen?

Dat een ex-militair gewacht heeft tot zijn strafbare feiten verjaard waren om naar buiten te komen met grote “onthullingen”, zoals zijn advocaat beweert, is te begrijpen vanuit zijn individueel standpunt maar of ook de maatschappij daar veel boodschap aan heeft …

Dat de daders van de Bende nog steeds niet gevat zijn, is een schandaal van de grootste orde. Of het ooit nog tot een proces komt, is hoogst twijfelachtig al was het maar omdat naast alle problemen in het onderzoek er inmiddels ook nogal wat procedurele problemen zijn.

De getuige van vandaag is in 2013 al eens ondervraagd in het kader van het Bende-onderzoek. Vandaag stapte hij in overleg met zijn advocaat naar de pers al heeft hij ook t.a.v. de speurders opnieuw verklaringen afgelegd.

Het valt af te wachten of met zijn verklaringen het onderzoek een nieuwe wending kan nemen dan wel dat het opnieuw een toertje is in de zoveelste carrousel.

Bron » VRT Nieuws | Dirk Leestmans

Familie van lid Staatsveiligheid bevestigt: “Gewaarschuwd voor overval van Bende van Nijvel”

Een hooggeplaatst lid van de Staatsveiligheid heeft zijn familieleden gewaarschuwd voor de overval van de Bende van Nijvel op de Delhaize in Aalst. Dat zegt de familie in een gesprek met VTM NIEUWS-journalist Faroek Özgünes. “We zijn op voorhand gewaarschuwd voor de overval op de Delhaize in Aalst”, zegt een van de familieleden.

Zowel de zus als het petekind van de intussen overleden man van de Staatsveiligheid bevestigen het verhaal. “Ik herinner me nog dat hij zei ‘Gaan jullie regelmatig naar de Delhaize? Blijf daar tijdelijk weg’”, vertelt de zus van het lid van Staatsveiligheid. “We wisten wat er in Overijse was gebeurd, dus we hebben naar mijn broer geluisterd.”

Of de man, die een hooggeplaatste functie bij Staatsveiligheid bekleedde, ook effectief wist dat de overval op de Delhaize zou plaatsvinden, kan de vrouw niet met zoveel woorden zeggen. “Hij vertelde nooit over zijn job”, zegt ze in VTM NIEUWS. Het enige dat hij dan gezegd heeft, was om daar weg te blijven”, vertelt de vrouw. “Als het niet ernstig was, zou hij dat nooit verteld hebben.”

“Hij wist meer dan wij”

“Zoals ik het me herinner, is de aanslag in de Delhaize van Aalst twee weken later gebeurd”, zegt het petekind van de man die intussen overleden is. Ook hij bleef een tijdlang weg bij de supermarkt. “Via zijn werk zal hij in ieder geval meer geweten hebben dan wij.”

Volgens VTM Nieuws heeft niemand van de familie al iets gehoord van de speurders. “Ik wil mijn verhaal wel vertellen als dat nuttig kan zijn. Tot nu toe heb ik nog van niemand iets gehoord”, zegt het petekind.

Bron » De Morgen

Zaak-Bende van Nijvel: Comité I ontving nog geen vraag om onderzoek te voeren

Het Comité I heeft tot dusver geen vraag gekregen van de overheden die het comité of zijn Dienst Enquêtes kunnen belasten met een gerechtelijk of een toezichtonderzoek. Dat zegt het comité woensdag, na de oproep van ex-leden voor een onderzoek door het Comité I naar wat de Staatsveiligheid wist over de Bende van Nijvel.

Het comité dat toezicht houdt op de inlichtingendiensten, zegt woensdag kennis te hebben genomen van de oproep van de voormalige voorzitter van het Comité I, Jean-Claude Delepière, en ex-comitélid Walter De Smedt in een gastbijdrage op de website van Apache.

“Tot op dit moment ontving het Comité geen vraag van de overheden die het Comité of zijn Dienst Enquêtes kunnen belasten met een gerechtelijk dan wel een toezichtonderzoek”, klinkt het woensdag.

Komt de vraag daartoe van de gerechtelijke overheden, zal de voorzitter van het comité overleg plegen met die gerechtelijke autoriteiten over de uitvoering van het onderzoek. Komt de vraag van het parlement of een bevoegd minister voor het openen van een toezichtonderzoek, zal het comité “ingaan op dit verzoek zoals bepaald door de wet op het toezicht”.

Bron » Het Nieuwsblad

‘Rol van staatsveiligheid in Bendedossier moet worden onderzocht’

Gewezen voorzitter van Comité I Jean-Claude Delepière en ex-comitélid Walter De Smedt willen dat het Comité I onderzoekt wat de Staatsveiligheid wist over de Bende van Nijvel.

Een nieuwe tip in het Bendedossier moet door het Vast Comité van Toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten worden onderzocht. Dat schrijven gewezen voorzitter van het Comité I Jean-Claude Delepière en ex-comitélid Walter De Smedt in een gastbijdrage op Apache.

Jean-Claude Delepière, voormalig voorzitter van het Comité I en tot 2016 voorzitter van de antiwitwascel, en ex-lid van het Comité I Walter De Smedt willen dat het Comité I de rol van de Staatsveiligheid in het onderzoek naar de Bende van Nijvel onderzoekt.

Volgens een nieuwe tip die David Van de Steen, een slachtoffer van de Bende van Nijvel, binnenkreeg, zou een persoon binnen de Staatsveiligheid namelijk op de hoogte geweest zijn van de Bende-aanval op de Delhaize in Aalst.

“Een lid van de staatsveiligheid heeft tegen zijn zus en petekind gezegd dat ze niet naar de Delhaize mogen gaan”, vertelde Van de Steen aan VRT NWS. “In diezelfde week gebeurt de aanslag op Aalst. Dan lijkt het mij duidelijk dat de man op de hoogte was dat dit ging gebeuren.”

Deze nieuwe tip wijst er volgens de twee ex-leden van Comité I, voor het eerst op dat de Staatsveiligheid mogelijk meer wist. Vorige tips zoals over de vermoedelijke Reus en de ‘gouden tip’ over de bewaking van de Delhaize in Aalst die op bevel van Brussel werd opgeheven, wezen volgens Delepière en De Smedt al op een mogelijke betrokkenheid van de Rijkswacht.

Comité I

Delepière en De Smedt menen dat niet enkel het Federaal Parket in Brussel, dat onlangs het Bendedossier in handen kreeg, en de onderzoeksrechter in Charleroi deze nieuwe piste moeten onderzoeken, maar dat ook het Comité I een rol te spelen heeft in dit onderzoek.

“Het zou erg nuttig kunnen zijn indien het Comité I zijn onderzoek zou hernemen en zou nagaan of de nu gereveleerde piste naar waarheid is: wat wist de Staatsveiligheid en wat gebeurde er mee?” schrijven Delepière en De Smedt.

Volgens de ex-leden heeft het Comité I in het verleden al haar nut bewezen door het bestaan van een geheime cel bloot te leggen binnen de dienst die onderzoek deed naar extreemrechts en de mogelijke betrokkenheid van de “zwarte baron” Benoît de Bonvoison, zakenman en ex-politicus bij de PSC (nu cdh).

De nieuwe tip zou volgens hen kunnen bevestigen wat het Comité eerder al openbaarde: het bestaan van een geheime ploeg binnen de Staatsveiligheid die infiltreerde in extreemrechtse groeperingen.

Bron » Apache

Tueurs du Brabant: des anciens du Comité R réclament une enquête sur la Sûreté de l’Etat

L’ancien président du Comité R Jean-Claude Delepière ainsi que Walter De Smedt, un ancien membre de l’instance de contrôle des services de renseignement et de sécurité, réclament que celle-ci se penche sur le rôle de la Sûreté de l’Etat dans le cadre du dossier des Tueurs du Brabant.

Le dossier des Tueurs du Brabant a été repris par le parquet fédéral au début de l’année.

Des centaines de messages sont parvenus aux enquêteurs depuis que des témoignages ont désigné l’ancien gendarme Christiaan Bonkoffsky comme étant le “Géant” de la bande. Mais selon la victime David Van de Steen, ces indications ne sont pas prises au sérieux. Il fait notamment référence à un haut fonctionnaire de la Sûreté de l’Etat de l’époque qui aurait conseillé à sa famille de ne pas se rendre au Delhaize d’Alost le 9 novembre 1985, date d’une sanglante attaque.

Pour MM. Delepière et De Smedt, le Comité R devrait être impliqué dans l’enquête. «Il serait intéressant que le Comité se penche sur ce que savait la Sûreté et sur ce qu’elle a fait des informations dont elle disposait», estiment-ils dans une tribune publiée sur le site Apache.

Les deux hommes affirment que le Comité avait déjà permis la mise au jour de l’existence d’une cellule interne qui infiltrait des groupes d’extrême droite.

Bron » Sud Info