De Bonvoisin en Van de Weghe naar correctionele

De raadkamer van Brussel heeft vrijdag beslist om het dossier over vervalste KGB-documenten waarin de broers Benoît en Pierre de Bonvoisin, Eric Van de Weghe en Christian Amory voorkomen door te verwijzen naar de correctionele rechtbank.

De zaak gaat terug naar 1995, toen baron Benoît de Bonvoisin moest verschijnen voor de correctionele rechtbank van Brussel in het dossier Cidep-PDG. Tijdens die zaak doken vervalste KGB-documenten op die moesten bewijzen dat mensen van het parket, de politie, de vroegere baas van de Staatsveiligheid en journalisten zich hadden verenigd om de Bonvoisin schade te berokkenen.

Het parket startte een onderzoek naar de oorsprong van de documenten. De broers Benoît en Pierre de Bonvoisin, de vroegere rijkswachter Christian Amory en Eric Van de Weghe werden in de zaak beschuldigd. Van de Weghe zou de documenten hebben aangemaakt.

Tijdens een interview in het RTBF-programma Au nom de la loi bevestigde de Bonvoisin dat hij verscheidene miljoenen frank had betaald aan Eric Van de Weghe voor documenten die negatieve elementen zouden bevatten voor de tegenstanders van de baron. Nog tijdens het programma zei de Bonvoisin dat Van de Weghe tegen hem een valstrik had gespannen.

Bron » Gazet van Antwerpen

Alain Van der Biest pleegt zelfmoord

Opschudding op 8 maart 1993. Alain Van der Biest, tot dan toe de enige, publiek in beschuldiging gestelde politicus voor de moord op André Cools, lijdt na een ‘ongeval aan geheugenverlies’. Dat is opmerkelijk, omdat Van der Biest de weken en maanden voordien, onder meer in een interview met Humo, bijzonder krijgshaftige taal heeft gesproken.

Hij heeft ‘bewijzen’ en die zijn ‘op een geheime plaats verborgen’ en als iemand hem probeert te treffen, of hem niet op zijn woord gelooft, dan zou die wel zien. Dan … Dan zou weinig. In maart 1993 waggelt Van der Biest buiten het café waar hij zo graag komt en dat gelegen is op een paar meter van zijn woning te Grâce-Hollogne.

Dat is het laatste wat we van de ‘heldere’ Van der Biest vernemen. Hij wordt teruggevonden met een jaap van een hoofdwonde, bewusteloos natuurlijk. Uitleg van de onfortuinlijke politicus: “Met mijn hoofd tegen de klink gevallen.” Hij herinnert zich niets, maar dan ook niets meer. En vervolgens dreigt hij niemand, maar dan ook niemand meer af.

Op 18 maart 2002 schrikt België op. Alain Van der Biest, kort daarvoor tot zijn immense onbegrip doorverwezen naar het assisenhof, heeft zelfmoord gepleegd. Een klassieke techniek, de strop, het einde van een wurgend leven. Hij kon ‘het’ niet meer aan. Maar wat? Zijn nagelaten dagboeken lieten intussen het beeld zien van een angstige en door alcohol benevelde politicus die vol wrok zat jegens André Cools, omdat die had laten verstaan dat hij nooit meer minister zou worden.

Misschien was het slechts zo eenvoudig, misschien ligt het motief voor de moord ergens in het midden, tussen de verbittering van Van der Biest en de criminele agenda van de figuren waarmee hij zich op zijn kabinet omringde. Aan de man zelf kan helaas niks meer worden gevraagd.

Bron » De Morgen

Advocaat slachtoffer Bende van Nijvel laat De Staerke niet zomaar gaan

Procureur-generaal Claude Michaux ziet voorlopig geen reden meer om Philippe De Staerke nog langer als een verdachte te beschouwen in de overval van de Bende van Nijvel van 9 november 1985 op het Delhaize-warenhuis in Aalst. “Wij zijn het gewoon om tegen windmolens te vechten”, reageerde meester Peter Callebaut, advocaat van Marie-Jeanne Callebaut van wie de man in Aalst werd doodgeschoten. “Indien men De Staerke laat gaan, dan stappen wij naar Cassatie en desnoods naar het Europees Hof in Straatsburg”.

“Een langdurig onderzoek heeft onvoldoende belastende gegevens aangebracht om Philippe De Staerke nog te verdenken van medeplichtigheid aan de Bende-overval in Aalst”, zei procureur-generaal Claude Michaux gisteren na afloop van de kamer van inbeschuldigingstelling. Die overval heeft aan acht mensen het leven gekost. De KI behandelt het verzet van nabestaanden van de Bende-slachtoffers tegen de beslissing van de raadkamer van de rechtbank in Charleroi. Die wou Philippe De Staerke vorig jaar al buiten vervolging stellen. Op 5 april spreekt de KI zich uit.

“Bij de overheveling van het dossier van Dendermonde naar Charleroi is het allemaal beginnen fout lopen”, zeggen de diep verontwaardigde advocaten Peter Callebaut en Dirk De Meerleer. “Wat moet je nog meer hebben dan getuigenissen van de aanwezigheid van De Staerke op de plaats van de feiten? Wat is er nog meer nodig dan de eigen bekentenissen van De Staerke dat hij aan Bende-feiten heeft deelgenomen? Wat moet je nog toevoegen aan de vaststelling dat met het opsluiten van de Bende van Baasrode rond De Staerke ook de raids van de Bende van Nijvel als bij wonder gestopt zijn om van bezwarende elementen te spreken? Neen, wij zetten de strijd voort.”

“De brief waarin mijn cliënt bekentenissen had afgelegd, moet in de juiste context worden geplaatst”, reageert meester Thierry Delobel, de advocaat van Philippe De Staerke. “Hij had er toen achttien maanden streng regime in de gevangenis van Lantin opzitten. Hij was uitgeput en zag nog slechts dat middel om uit zijn afzondering gehaald te worden. Alle elementen in zijn brief waren voordien al in de pers verschenen.”

“Had hij zijn schuld willen aantonen, dan had hij met iets nieuws op de proppen moeten komen. Dat kon hij niet, want hij is nooit lid van de Bende van Nijvel geweest. Dat meneer De Staerke in Aalst geweest is, kan best zijn. Maar de speurders hebben aangetoond dat het voor hem onmogelijk was om tijdig van bij zijn schoonmoeder naar Aalst te rijden om er aan de overval deel te nemen”. 

Bron » De Standaard

 

Uitspraak vervolging De Staerke op 5 april

De kamer van inbeschuldigingstelling van Bergen zal op 5 april een beslissing nemen over de vervolging van Philippe De Staerke voor de aanslagen van de zogenaamde Bende van Nijvel in 1985. e advocaten van de slachtoffers pleitten vanmorgen voor de KI over de aanwijzingen van schuld tegenover De Staerke. Zo ging hij zelf naar Aalst, volgens getuigen, de dag voor de overval op de Delhaize in Aalst op 9 november 1985. Bij een vriend van hem werd een koffer met wapens gevonden.

De Staerke schreef bovendien zelf een brief aan de procureur-generaal waarin hij toegaf deel te hebben uitgemaakt van de Bende van Nijvel. De advocaat van De Staerke, Thierry Delobel, pleitte de buitenvervolgingstelling wegens gebrek aan materiële bewijzen. Hij noemde Philippe De Staerke een “gewone misdadiger” die men in verband heeft gebracht met de moorden. In het geval van een buitenvervolgingstelling, kondigen de advocaten van de burgerlijke partijen al procedures voor Cassatie en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens aan.

Bron » De Standaard

62.500 euro voor doodgeschoten kind

“De meeste nabestaanden of slachtoffers van de Bende van Nijvel zijn tevreden over de slachtoffervergoeding die ze van de staat krijgen”, zegt advocaat Peter Callebaut. “Maar we zijn niet tevreden over het gevoerde onderzoek. Dat zit vol procedurefouten. We gaan het dossier uitzuiveren, desnoods gaan we tot in Cassatie.” De laatste nabestaanden en Bende-slachtoffers aan Vlaamse kant hebben eindelijk een vergoeding gekregen. In totaal werden 61 dossiers ingediend en betaalde Justitie anderhalf miljoen euro (60 miljoen frank) uit. De vergoedingen variëren van 1.859 euro tot 62.500 euro.

“Natuurlijk is 62.500 euro maar een magere troost als je kind of je man wordt doodgeschoten. Maar ik vind het billijke vergoedingen”, zegt Peter Callebaut, advocaat van vijftien slachtoffers en nabestaanden. “Een aantal mensen heeft de maximumvergoeding gekregen. Eén van hen is voor 80 procent invalide verklaard en heeft maanden in een coma gelegen. Zij krijgt twee keer 62.500 euro. Eén keer als slachtoffer, één keer omdat haar man is doodgeschoten.”

Er zijn ook mensen die het met 1.859 euro moeten stellen. “Maar dat zijn kleinkinderen die 3 of 5 jaar waren toen hun grootvader werd vermoord. Het gerecht kent zeker geen hogere schadevergoedingen toe. Na een verkeersongeval met dodelijke afloop krijg je als kleinkind evenveel. Twaalf van de vijftien mensen die ik als advocaat vertegenwoordig, zijn tevreden.” Slachtoffers van opzettelijke gewelddaden hebben sinds 1985 recht op financiële hulp van de overheid. Als de dader niet gevonden wordt, of als de dader veroordeeld is tot het betalen van een schadevergoeding, maar onvermogend blijkt te zijn. De wet telde voor alle slachtoffers van ná augustus 1985.

Maar de meeste aanslagen van de Bende van Nijvel dateren van daarvoor. Alleen de slachtoffers van de overval in Aalst konden een beroep doen op het Fonds voor hulp aan slachtoffers. “Dat hebben we tijdens de Tweede Bendecommissie aangeklaagd”, zei Callebaut. “Daarom is de wet in juni 1998 uitgebreid. Er werd aan toegevoegd dat de slachtoffers van gewelddaden die zich voordeden vóór augustus 1985, maar gelinkt zijn aan feiten van ná augustus 1985, toch een beroep kunnen doen op het Fonds.” Jaarlijks doen zo’n 700 mensen een beroep op het Fonds. “Het is een goede regeling, maar veel advocaten weten niet dat hun cliënt er recht op heeft”, zegt Callebaut.

De advocaat vindt dat de commissie die de aanvragen onderzoekt, vrij behoorlijk werkt. “Dat het tot 2002 heeft geduurd is normaal.” Slachtoffers kunnen pas een aanvraag indienen als er een definitieve uitspraak is, of als de dader een jaar na de burgerlijke partijstelling nog altijd niet bekend is. De slachtoffers hebben hun vordering dus pas in 1999 kunnen indienen. Dan volgt er een onderzoek door de commissie: of je wel slachtoffer bent, welke feiten precies zijn gebeurd en wat je financiële draagkracht is? “Men gaat na of je het geld nodig hebt. Aan iemand als Bill Gates gaat men geen 62.500 euro uitbetalen”, zegt Callebaut.

Callebaut is dus tevreden over de vergoedingen, maar ontevreden over het verloop van het onderzoek naar de Bende van Nijvel. Dat dreigde tot voor kort binnen twee jaar te verjaren. Minister van Justitie Marc Verwilghen bereidt een wetswijziging voor om de verjaringstermijnen voor alle misdrijven die voor assisen komen te verlengen. Nu is de termijn tien jaar, verlengbaar met nog eens tien jaar. Na de wetswijziging wordt het twee keer vijftien jaar. Toch is dat voor Callebaut geen troost.

“Het onderzoek leidt toch tot niets. De zaak is verknoeid toen men het overhevelde van Dendermonde naar Charleroi. En als in het kader van de spijtoptanten toch iemand zou praten, zitten er zoveel procedurefouten in het onderzoek dat men de zaak nooit voor een assisenhof zal brengen.” Daarom wil Callebaut dat het dossier eerst wordt uitgezuiverd. “Daar zijn we nu mee bezig, tegen de zin van het gerecht want die geeft niet graag zijn fouten toe. We hebben beroep aangetekend tegen de buiten vervolging stellen van Philippe De Staerke, de enige verdachte in het Bende-dossier. En desnoods gaan we tot in Cassatie.’

Bron » De Standaard