Verdediging wraakt rechter in proces-Cools

Het strafproces tegen de beramers van de moord op de Belgische toppoliticus André Cools heeft een turbulent verloop. De voorzitter van de rechtbank ruimde gisteren het veld voor een vervanger, omdat de verdediging hem van partijdigheid betichtte. Cools (63) werd op 18 juli 1991 doodgeschoten. De twee Tunesische daders werden in 1998 in Tunesië al tot twintig jaar cel veroordeeld.

Nu staan in Luik degenen terecht die de moord zouden hebben beraamd: twee medewerkers van het kabinet van Alain van der Biest (een minister en Cools’ politieke rivaal die de moord zou hebben bevolen en vorig jaar zelfmoord pleegde) en zes beroepscriminelen uit Luik en Sicilië zouden hebben geholpen.

Het proces zal maanden duren, maar bereikte gisteren een voorlopig hoogtepunt met het voortijdige vertrek van rechtbankvoorzitter Henry-Paul Godin. Volgens advocaat Julien Pierre koos de rechter bij aanvaringen steeds de kant de openbare aanklager te kiezen, vroeg hij een van de advocaten ‘zich niet als een aap te gedragen’ en ging hij sarcastisch om met de beschuldigden. Het Hof van Cassatie steunde het verzoek tot wraking van Pierre, en verving Godin gisteren direct door rechter Luc Lambrecht.

Pierre had al ‘slands spectaculairste wraking ooit op zijn naam. Toen hij nog de advocaat was van Marc Dutroux, in 1996, wist hij onderzoeksrechter Jean-Marc Connerotte van de zaak te halen, omdat die bij de families van de slachtoffers spaghetti had gegeten en een vulpen had aangenomen. Dit ‘spaghetti-arrest’ zorgde voor een golf van protest.

Het proces-Cools is een van de belangrijkste processen in Belgiës naoorlogse geschiedenis. Als oud-vice-premier en minister van staat en Waals-socialistische partijbons had Cools vele vijanden.

In het onderzoek naar de moord viel in de jaren ’90 het ene na het andere ‘lijk uit de kast’: zoals een smeergeldaffaire tussen de Parti Socialiste en de helikopterfabrikant Agusta, wat leidde tot het ontslag van PS-partijbons Willy Claes als Navo-chef. Tot de 418 getuigen die in de komende weken de revue passeren behoren bijna alle belangrijke PS’ers uit de jaren ’80 en ’90.

Bron » Trouw

 

Journalist Guy Bouten in beroep tegen verdere aanhouding

Gewezen VRT-journalist Guy Bouten heeft donderdag beroep aangetekend tegen de beschikking van de raadkamer die dinsdag zijn aanhouding bevestigde. De kamer van inbeschuldigingstelling in Brussel zal zich nu binnen de 15 dagen over het beroep buigen.

Guy Bouten werd op donderdag 23 oktober opgepakt en door onderzoeksrechter Freyne aangehouden wegens bedreigingen, valse naamdracht en poging tot afpersing. De raadkamer bevestigde deze aanhouding en Bouten blijft dus in de cel.

Op dinsdag 21 oktober bedreigde Bouten de advocaat Guy François in zijn kabinet. Volgens de advocaat werd daarbij een wapen gebruikt, Bouten geeft de bedreiging toe maar ontkent dat daarbij een wapen in het spel was. De ex-journalist vroeg de advocaat zo’n 8.056 euro.

Guy François was de advocaat van de Albanese pooier die Bouten vorig jaar aankloeg.

Bron » Het Belang van Limburg

Marcel Habran vrijgepleit van overval Borgworm, zegt advocaat

De Luikse kamber van inbeschuldigingstelling (KI) heeft donderdag het beroep verworpen dat werd ingesteld door het parket tegen de voorlopige invrijheidstelling van Marcel Habran. De man zit al geruime tijd in voorhechtenis op verdenking van mededaderschap aan een overval met dodelijke afloop op een geldtransport. Habran wordt volgens zijn advocaat door de KI vrijgepleit van deze feiten. Hij blijft echter in voorhechtenis in verband met feiten die zouden zijn gepleegd in het groothertogdom Luxemburg.

De Luikse zware jongen Marcel Habran (69) zat bijna een jaar in voorhechtenis op verdenking van deelname aan een gewapende overval op een geldtransport in januari 1998 in Borgworm. Daarbij werden twee geldkoeriers gedood. Van zijn vijf medeverdachten in dit dossier zitten er momenteel nog twee in voorhechtenis. Alle verdachten ontkennen echter hun betrokkenheid.

Hun advocaten betwisten de volgens hen tegenstrijdige verklaring van een door het gerecht beschermde getuige. Bovendien blijken DNA-analyses negatief te zijn. Habran, die al herhaaldelijk werd veroordeeld wegens zware criminaliteit, zegt al geruime tijd te hebben gebroken met het milieu. Het Luikse parket beschouwt hem echter nog altijd als een centrale figuur in de Luikse onderwereld.

Habran blijft voorlopig in de cel wegens zijn vermeende betrokkenheid bij een reeks recente gewapende overvallen in het hertogdom Luxemburg. De man wordt ervan verdacht observaties te hebben uitgevoerd in voorbereiding van een overval op een grootwarenhuis. Zijn advocaat maakt zich sterk dat ook deze beschuldigingen niet gefundeerd zijn. Eerder deze maand werden in het kader van dit onderzoek drie nieuwe arrestaties verricht van mannen die verdacht worden van bendevorming.

Bron » Gazet van Antwerpen

Proces-Cools schiet eindelijk uit de startblokken

Was het een gevolg van de vervanging van de rechtbankvoorzitter of hebben krachten op een hoger niveau van de magistratuur ingegrepen omdat ze het geklungel niet langer konden aanzien? Feit is dat het Luikse assisenproces tegen de vermoedelijke opdrachtgevers van de moord op PS-leider André Cools gisteren, na wekenlang aanmodderen, een vliegende start nam met het verhoor van twee cruciale getuigen.

Zowel privé-detective André Rogge als gewezen chef van de BOB in Bastogne Jean-Pierre Verduyckt gaven een verhelderdend inzicht in de motieven en methodes van de Italiaans-Luikse criminele entourage van wijlen PS-minister Alain Van der Biest. Advocaat Julien Pierre, de raadsman van hoofdverdachte Richard Taxquet, kreeg niet lang de kans om te genieten van zijn triomf over de geslaagde wraking van de voorzitter. Vooral tijdens de getuigenis van Verduyckt kon de advocaat zijn woede en frustratie nauwelijks verbergen.

De zitting begon met uren vertraging omdat eerst moest worden gewacht op de gerechtsdeurwaarder die vanuit Brussel onderweg was met het arrest van het Hof van Cassatie, dat de vervanging van voorzitter Henri-Paul Godin beveelt door zijn plaatsvervanger, raadsheer Luc Lambrecht. De nieuwe voorzitter gooide meteen de toch al hopeloos door elkaar gehusselde programmering van getuigen overboord en besloot op zijn eerste zitdag slechts twee getuigen te horen: privé-detective Rogge en politiecommissaris Verduyckt.

Rogge beschreef hoe Carlo Todarello, een van de beschuldigden die kort voor het begin van het proces in de natuur is verdwenen, hem in juni 1992 kwam opzoeken. Richard Taxquet, de secretaris van minister Van der Biest, was enkele dagen voordien aangehouden door onderzoeksrechter Connerotte in het kader van de zwendel met gestolen waardepapieren. Maar Todarello dacht dat Taxquet was gearresteerd wegens de moord op Cools en hij was totaal in paniek.

“Todarello dacht dat hij vermoord zou worden, en zijn vrouw en kinderen eveneens”, verklaarde Rogge. “Hij gaf me details over de opdrachtgevers van de moord en noemde Mathot, de drie Guy’s en een zekere Schlitz. Hij vertelde hoe hij van Taxquet een bruine enveloppe met 750.000 frank had gekregen, bestemd voor de betaling van de huurmoordenaars. Hij wist dat er twee huurdoders waren gerekruteerd in Sicilië. Hij vertelde hoe Taxquet en Pino Di Mauro hem enkele maanden voor de moord hadden opgezocht om zijn medewerking te vragen bij de organisatie van de moord. Hij verteld hoe ze na de moord Van der Biest met een revolver hadden bedreigd om hem het zwijgen op te leggen.”

Todarello vroeg hoe hij zichzelf en zijn familie moest beschermen. Rogge raadde hem aan alles op te biechten, eerst aan de pers en vervolgens aan het gerecht. “Ik waarschuwde hem: dit wordt assisen. Hij antwoordde: het kan me niet schelen.” Met de uitdrukkelijke toestemming van Todarello nam Rogge contact op met enkele bevriende journalisten. Dat resulteerde in een afspraak op 11 juni 1992 in een motel in Nijvel, waar Todarello zijn verklaringen herhaalde aan De Morgen-journalist Walter De Bock, die enkele dagen later het eerste, ophefmakende artikel publiceerde over de betrokkenheid van het kabinet-Van der Biest bij de moord op Cools.

Tijdens het interview met De Bock sprak Todarello het inmiddels beroemde zinnetje: “C’est la mort de Cools qui a libéré les titres” (Het is de dood van Cools die de waardepapieren heeft vrijgemaakt), waarmee het verband gelegd werd tussen de aandelenzwendel en de moordzaak. De Luikse onderzoeksrechter Véronique Ancia wou echter niet weten van het aandelenspoor. Zij bleef koppig zoeken in de richting van corruptiezaken als Agusta/Dassault.

Rogge verklaarde gisteren dat hij systematisch werd tegengewerkt en verdacht gemaakt door Raymond Brose, een commissaris van de Luikse gerechtelijke politie die de leiding had over de cel-Cools. “Door het Luikse gerecht werd ik van in het begin behandeld als een verdachte”, zei Rogge. Volgens de privé-detective deed Brose daarbij een beroep op onder anderen zijn informant Ernest Gilot, een milieuconsulent die momenteel een gevangenisstraf uitzit, en op privé-detective Robert Louvigny.

ok Todarello werd volgens Rogge bewerkt. Aanvankelijk herhaalde hij zijn eerdere bekentenissen aan twee BOB’ers van Bastogne die hem in Milaan gingen opzoeken. Na een verblijf van enkele maanden in voorhechtenis besloot hij evenwel die verklaringen in te trekken. “Dat gebeurde onder druk van commissaris Brose”, weet Rogge.

Kort voor het begin van het assisenproces herhaalde Todarello in een uitzending van Au nom de la loi van de RTBF zijn oorspronkelijke beschuldigingen aan het adres van Taxquet en Di Mauro. Vervolgens dook hij onder en liet verstek gaan op het proces. Zelfs zijn advocate Claire Rion heeft sinds 11 oktober geen contact meer met hem. Rogge verklaarde gisteren dat Todarello een bepaald bedrag heeft ontvangen en momenteel in Italië zit. “Mijn conclusie is dat Todarello nog nooit zo erg in gevaar is geweest als nu. Zijn leven is in groot gevaar. Ik hoop dat hij snel naar hier komt.”

Commissaris Verduyckt, die een gestructureerd exposé gaf van het aandelenonderzoek, was een van de twee BOB’ers die Todarello na diens onthullingen in de pers in Milaan ging verhoren. “Het was een zeer geloofwaardige, zuivere bekentenis”, zei Verduyckt. “De man was emotioneel, hij zat letterlijk te huilen. Toen Taxquet werd aangehouden redeneerde Todarello dat ze hun bescherming kwijt waren.” Taxquet werd door zijn spitsbroeders beschouwd als “een man met een arm zo lang als de Donau”. Todarello vreesde dat de kleine garnalen zoals hij zouden moeten opdraaien voor de moord op Cools, terwijl de grote heren de dans zouden ontspringen.

Bron » De Morgen