Ultra-agressieve gevechtstrainingen in politiescholen

In de Belgische politiescholen bestaat een ongecontroleerd circuit van door privé-firma’s georganiseerde trainingen in ongeoorloofde vechttechnieken. De cursussen worden bijgewoond door politiemannen, leden van de staatsveiligheid en militairen. Ze volgen er training in een door de Israëlische geheime dienst Mossad ontwikkelde vechttechniek. Die vaststellingen staan in een vertrouwelijk onderzoek van het Comité P, dat deze week in een parlementaire commissie werd besproken en door De Morgen kon worden ingekeken.

Aan de Antwerpse politieschool geeft een Amerikaanse docent, die geen politieman is, cursussen kyoshu-jutsu, een zelfverdedigingstechniek waarbij door het uitoefenen van druk op vitale lichaamspunten een tegenstander uitgeschakeld kan worden. De cursussen worden al acht jaar gegeven en meer dan driehonderd agenten hebben de lessen gevolgd.

Daarnaast maakt het Comité P melding van opleidingen krav maga, een zeer gewelddadige, door de Israëlische geheime dienst Mossad ontwikkelde krijgskunst, “gebaseerd op zeer grove motoriek en instinctieve reacties”. De lessen werden eind vorig jaar gegeven door een Nederlandse politieman, op uitnodiging van een politieambtenaar die verbonden is aan de Antwerpse politieschool.

De Antwerpse politieschool blijkt trouwens een voortrekkersrol te spelen bij het aanbieden van zogenaamde geweldbeheersingscursussen, die volgens het Comité P “veeleer lijken op geweldcursussen”, omdat ze “mogelijk eerder geweld stimuleren dan capaciteiten aanreiken om geweld door andere technieken te vermijden”.

Een groot aantal alternatieve opleidingen wordt georganiseerd door een Amerikaanse firma, die in ons land vertegenwoordigd wordt door een wapenhandel in Brussel. Die firma geeft opleidingen in het gebruik van de uitschuifbare wapenstok, een wapen dat niet behoort tot de standaardbewapening van de politiediensten.

Cursisten die zo’n opleiding volgen buiten de politiescholen, in hun vrije tijd, maken zich volgens het rapport schuldig aan een inbreuk op de wapenwetgeving omdat ze een verweerwapen dragen zonder vergunning. De cursussen zijn gratis, maar de deelnemers moeten zich wel eerst zo’n uitschuifbare matrak aanschaffen. De speurders van het Comité P stelden vast dat een van de monitors van deze cursus een inspecteur van de lokale politie was tegen wie een gerechtelijk onderzoek loopt wegens opzettelijke slagen en verwondingen. Een andere monitor was commandant in het leger, in nog een ander geval ging het om een kolonel van de Franse gendarmerie.

Het Comité P ontdekte dat de Amerikaanse firma de laatste jaren ten minste een tiental trainingen organiseerde, al dan niet in erkende provinciale politiescholen.

“Het gevolg (van deze privé-trainingen) is dat men op het vlak van politietechnieken een veelheid van niet-gecontroleerde technieken meegeeft aan de individuele politieambtenaren”, zo stelt het rapport, “wat op het terrein voor problemen of incidenten kan zorgen. Misschien een nog groter probleem is het gegeven dat de door de buitenlandse docenten meegegeven visie op politietechnieken en het gebruik van geweld dikwijls niet overeenstemt met de Belgische maatschappelijke visie op geweldbeheersing. Daardoor gaan individuele agenten of groepen van politieagenten technieken gebruiken die niet in overeenstemming zijn met de bepalingen en de geest van de wet op het politieambt inzake het gebruik van geweld.”

Bron » De Morgen

‘Parlementaire controle op inlichtingendiensten is momenteel onbestaande’

Kamerlid en gewezen justitieminister Tony Van Parys (CD&V) stelt dat de parlementaire controle op de werking van de staatsveiligheid en de militaire inlichtingendienst Adiv ‘momenteel onbestaande is’. De leden van het Comité I worden volgens Van Parys geïntimideerd en afgedreigd. ‘Als ze zich niet koest houden, lopen ze het risico dat hun mandaat volgende zomer niet wordt verlengd’, zegt Van Parys. ‘Sommigen hebben al gepostuleerd om terug te keren naar de magistratuur.’

Volgens Van Parijs wil de regering-Verhofstadt elke kritiek op de inlichtingendiensten monddood maken. Hij verwijst onder meer naar het feit dat rapporten van het Comité I, een college van magistraten dat in opdracht van het parlement de werking van de inlichtingendiensten moet controleren, enkel bezorgd zouden worden aan senaatsvoorzitter Armand De Decker (MR), die ook voorzitter is van de parlementaire begeleidingscommissie van het Comité I, maar niet zouden doorstromen naar de andere leden van de begeleidingscommissie.

Een ander voorbeeld is het mislukte initiatief om een studiedag te organiseren over de parlementaire controle op de geheime diensten. Jean-Claude Delepière, de voorzitter van het Comité I, wou zo’n colloquium in het najaar van 2003 organiseren, naar aanleiding van het incident over een uitgelekt rapport van de staatsveiligheid en de daaropvolgende staking bij Ford Genk. “Premier Verhofstadt, die als spreker zou optreden, weigerde op het laatste moment zijn medewerking”, zegt Van Parys. “Voorzitter Delepière werd bij senaatsvoorzitter De Decker geroepen en kreeg te horen dat het colloquium niet kon doorgaan.”

Van Parys wijst voorts op de opvallende vaagheid van het jongste jaarverslag van het Comité I, waarin bijvoorbeeld met geen woord gerept wordt over het gevaarlijke fenomeen van geheime agenten die hand- en spandiensten verlenen aan strafonderzoeken, onder meer voor schaduw- en observatieopdrachten. “De inzet van de staatsveiligheid bij de toepassing van bijzondere politietechnieken in opdracht van de rechterlijke macht is een gevaarlijk fenomeen”, waarschuwde onlangs een lid van de parlementaire begeleidingscommissie.

“De staatsveiligheid heeft geen enkele politionele bevoegdheid en mag deze technieken niet toepassen. Het risico bestaat dat er parallelle dossiers worden aangelegd en dat de rechtbanken besluiten tot volledige nietigheid van de strafvordering. We moeten een duidelijk signaal geven dat daartegen moet worden opgetreden.”

Delepière gaf ook een voorbeeld van de toepassing van die omstreden techniek, namelijk het strafonderzoek naar de activiteiten van Nabil Sayadi en zijn Vlaamse echtgenote, die verdacht werden van contacten met het terreurnetwerk Al-Qaeda. “In dit dossier duiken verbazingwekkende zaken op”, verklaarde de voorzitter van het Comité I aan de begeleidingscommissie.

“Het staat bijvoorbeeld vast dat personeelsleden van de inlichtingendiensten vaak worden gebruikt als deskundigen in gerechtelijke onderzoeken en belast worden met schaduw- en observatieopdrachten. Men mag in geen geval de zaken door elkaar haspelen. De politie moet haar eigen opdrachten behouden en mag ze niet delegeren. Tevens moeten de personeelsleden van de staatsveiligheid zich uitsluitend concentreren op het inlichtingenwerk en het opsporen van dreigingen, en niet op gerechtelijke opdrachten. Zo niet dreigt men procedurele problemen in het leven te roepen, bijvoorbeeld in het raam van schaduwopdrachten, die streng gereglementeerd zijn en alleen door de politie mogen worden uitgevoerd.”

Bron » De Morgen

Il y a vingt ans, la jeune fille connaissait une fin atroce dans l’affaire de la Champignonnière

Vingt ans hier. Le 13 février 1984, un lundi, une jeune fille d’Etterbeek, Christine Van Hees, disparaissait en rentrant d’Anderlecht en métro. On peut dire qu’avant Christine, les parents ne se posaient pas trop de questions sur la sécurité en ville. La disparition de Christine, qui allait devenir l’affaire de la Champignonnière allait tout changer.

Vingt ans, hier. Vingt ans et personne n’a jamais été identifié, en tout cas jugé et condamné. Christine, 16 ans 1/2, est fille de libraire. Elle a dû prendre le métro à Vaillance pour traverser la ville. Une copine est descendue à Aumale. En toute logique, Christine a poursuivi à Pétillon. Et après?

Ce 13 février 1984, les pompiers du sont appelés vers 21 h pour un incendie à Auderghem dans une ancienne champignonnière désaffectée rue de la Stratégie (près du boulevard du Triomphe et du Campus de la VUB/ULB). Sur un bûcher, le corps d’une adolescente brûle.

Pendant des années, ses meurtriers ont pu espérer qu’ils auraient définitivement la paix le samedi 14 février 2004. Ce matin, les assassins de Christine auraient pu faire tous les aveux du monde: la justice n’aurait plus rien pu entreprendre contre eux. Marc Verwilghen a fait modifier les règles en matière de prescription et apporté dix ans supplémentaires à la justice pour confondre des suspects de crimes majeurs et les juger.

Au lieu de partir aux archives, le dossier Van Hees n’est pas prêt de quitter le cabinet du juge bruxellois Damien Vandermeersch. Le magistrat, disent ceux qui le connaissent, n’est pas du genre à baisser les bras. Il était tentant, il y a cinq ans, de rapprocher l’affaire de la Champignonnière des atrocités de Dutroux & co. En revanche, les enquêteurs privilégient plus que jamais la piste punk.

La BSR, aujourd’hui police fédérale, a fait un travail de titans. 900 témoins interrogés. Elle dispose d’une liste d’environ 80 punks dont il est établi qu’ils fréquentaient les lieux du crime. L’enquête s’est braquée sur environ vingt marginaux et l’un d’eux – Serge, dit l’Iroquois – a même fait des aveux.

De nos jours, c’est sûr qu’on aurait utilisé les aveux pour organiser dans l’heure une reconstitution en présence de l’intéressé pour l’empêcher de se rétracter. Il n’y a pas eu de reconstitution. Le punk a changé de version. Il a fait 40 mois de préventive avant d’être libéré, d’attaquer la Belgique à Strasbourg et d’obtenir une indemnisation. Serge doit avoir aujourd’hui la quarantaine. Il fait de fréquents séjours en psychiatrie.

D’un point de vue strictement policier, l’enquête pense avoir identifié au moins deux punks présents et qui n’ont pas gardé les bras croisés dans la champignonnière quand Christine y a été amenée, tuée et brûlée.

Mais des convictions policières basées sur des déclarations anciennes ne peuvent visiblement suffire aujour’d’hui à juger des suspects aux assises. La justice ne s’avoue pas vaincue. Elle admet qu’il sera dur d’aller beaucoup plus loin.

Christine avait 16 ans et demi. Beaucoup, hier, pensaient à elle. A sa famille, sa maman, son papa auxquels 20 ans n’ont pas retiré une miette de douleur.

Bron » La Dernière Heure

Wapenhandelaars eisen miljoenen euro schadevergoeding – Hof van beroep spreekt zaakvoerders vrij

Wapenhandelaars Leon en Ludwig Ivens uit Sint-Niklaas eisen van de overheid een schadevergoeding van maar liefst 2,5 miljoen Euro. Zes jaar geleden werden ze beticht van illegale wapensmokkel en het leveren van 8.500 FAL-geweren aan het Belgische en Nederlandse misdaadmilieu. Het Brusselse gerecht nam die geweren in beslag en de Oost-Vlaamse provinciegouverneur Balthazar sloot meteen de wapenwinkel. De vergunning van de wapenhandelaars werd onmiddellijk ingetrokken. Maar het hof van beroep in Brussel sprak de zaakvoerders nu vrij.

Er zijn geen bewijzen gevonden van wapensmokkel en banden met de georganiseerde misdaad. Het gerecht moet na zes jaar de in beslag genomen geweren teruggeven en de wapenhandelaars claimen een schadevergoeding van vele miljoenen euro. Ze willen ook de Brusselse speurders die destijds het onderzoek leidden voor de rechter dagen wegens laster en eerroof. In mei 1997 viel de toenmalige BOB uit Brussel binnen in de wapenwinkel The Chapel aan Vijfstraten in Sint-Niklaas. De zaakvoerders Leon en Ludwig Ivens werden uren op de rooster gelegd en in een loods vonden de speurders een enorme hoeveelheid oorlogswapens. In totaal werden 8.674 FAL-geweren in beslag genomen.

Georganiseerde misdaad

De BOB riep de hulp in van het leger en met militaire vrachtwagens werden de wapens weggevoerd naar de legerbasis in Bertrix. De actie was een uitloper van een gigantisch onderzoek naar wapenzwendel. Al in juni 1996 namen de speurders bij wapenhandelaar Francis Vanhee uit Luik een grote hoeveelheid wapens in beslag. Die zouden volgens het onderzoek gebruikt zijn bij overvallen op geldtransporten. Vanhee zou ook duizenden oorlogswapens met valse uitvoervergunningen illegaal verkocht hebben aan spookfirma’s op Gibraltar. Hij werd daarvoor veroordeeld tot drie jaar cel. Een groot aantal van Vanhees wapens leidde de speurders uiteindelijk ook naar Ludwig Ivens uit Sint-Niklaas.

Het Brusselse gerecht vermoedde dat Ivens de FAL-geweren aanvankelijk wou verkopen aan Servische milities. Hij zou ook 1.500 geweren clandestien hebben geleverd aan het Belgische misdaadmilieu. ,,Toen de speurders in 1997 binnenvielen waren ze er zeker van dat ik 1.500 geweren had laten verdwijnen. Maar toch telden ze bij de huiszoeking de lading niet na. Dat gebeurde na lang aandringen wel in Bertrix. Toen bleek al dat het Brusselse gerecht zich vergiste. De lading was compleet, maar de betichtingen werden nooit ingetrokken, zegt Ludwig Ivens.

Ivens zou ook verscheidene jaren oorlogswapens hebben geleverd aan de georganiseerde misdaad in Nederland. Dat bewijs zouden de speurders gevonden hebben tijdens een rogatoire opdracht in Amsterdam. Met als dekmantel bestemming Gibraltar en valse vergunningen van een Amsterdamse wapenhandelaar zouden de geweren verkocht zijn aan het Nederlandse misdaadmilieu. In het Amsterdamse atelier zouden de FAL-geweren vooraf voorzien zijn van geluidsdempers en valse fabricatienummers. Voor de wapens zou ook in Nederland een vals certificaat zijn ingediend van de republiek Jemen.

Bedoeld voor uitvoer

“Onzin”, zegt Leon Ivens. “De wapens kwamen uit Engeland en we kregen van de nationale proefbank in Luik een certificaat. Ze waren bedoeld voor uitvoer. De uitvoervergunning kwam rechtstreeks van de republiek Jemen. Maar de speurders trokken ook dat niet na. Zes jaar hebben we moeten wachten om gelijk te halen. Het hof van beroep in Brussel heeft ons uiteindelijk vrijgesproken. Maar het kwaad is geschied. Toen we beticht werden van illegale wapenhandel trok de provinciegouverneur onze vergunning in en moest de zaak dicht. We hebben zes jaar geen wapens kunnen verkopen en eisen nu van de Staat een schadevergoeding van 2,5 miljoen euro.

Volgens Ivens advocaat Luc Brees uit Antwerpen moeten alle in beslag genomen wapens zo snel mogelijk worden teruggeven aan de wapenhandelaars. Brees diende daarvoor al een verzoekschrift in bij de Brusselse procureur-generaal. “Wellicht zullen ze in december van het legerdepot in Bertrix terug naar Sint-Niklaas worden gevoerd”, zegt Brees.

De wapenhandelaars hopen dat de FAL-geweren nog in goede staat zijn. “De totale lading weegt zo’n veertig ton en is naar schatting een miljoen euro waard. Samen met de zes jaar dat we onze zaak moesten sluiten is een schadevergoeding van 2,5 miljoen euro wellicht niet te veel gevraagd”, aldus nog de twee Sint-Niklase wapenhandelaars.

Bron » Het Nieuwsblad

Schietstand moet weer open

Leon en Ludwig Ivens eisen ook hun vergunning terug voor de schietstand The Chapel in Sint-Niklaas. Burgemeester Freddy Willockx (SP.A) sloot de schietstand toen hij in het boek van Carl De Schutter las dat die daar Albert Barrez schietoefeningen gaf om veearts Karel Van Noppen om het leven te brengen. De Schutter en Barrez zitten een celstraf van 25 jaar uit voor de moord op de veearts-keurder.

“Barrez zou hier inderdaad één keer geoefend hebben buiten de openingsuren van de schietstand”, zegt Leon Ivens. “Maar dat gebeurde zonder ons medeweten. We kenden Carl De Schutter al jaren, toen die nog legaal wapens aankocht en verkocht. Hij kende onze schietstand en is wellicht ongezien binnengeslopen. Toen de verantwoordelijke van de schietstand de twee betrapte, zijn ze gevlucht.”

De Sint-Niklase wapenhandelaar ontkent formeel dat Carl De Schutter bij hem het moordwapen kocht. “Burgemeester Freddy Willockx denkt dat, maar hij vergist zich. Ik zou ook banden hebben met extreem rechtse groeperingen zoals de Viking-jeugd en de Weerwolven. Ze zouden in onze schietstand komen oefenen. Dat is pure onzin.”

Ultimatum gesteld

Bij minister van Justitie Onckelinckx is nu een aanvraag ingediend tot heropening van de schietstand. “We wachten nog altijd op een antwoord. Normaal is zo’n vergunningsdossier binnen de vier maanden behandeld. Maar blijkbaar heeft de minister meer tijd nodig voor de schietstand in Sint-Niklaas. Als we vrijdag geen antwoord hebben, starten we een procedure in kort geding”, zegt advocaat Luc Brees.

Ivens overweegt ook gerechtelijke stappen tegen burgemeester Freddy Willockx. “Er zijn in ons land dertigduizend mensen die de schietsport beoefenen. Bij ons zijn die sporters en de voorzitter van de club verantwoordelijk voor de schietstand, en niet wij als zaakvoerders van de wapenhandel. Door de sluiting worden in de eerste plaats zij getroffen en niet wij”, zegt Leon Ivens.

Of de man inderdaad nog banden heeft met extreem-rechtse milities is niet helemaal duidelijk. In een aantal extreem-rechtse publicaties die begin van de jaren tachtig verschenen, werd The Chapel wel vermeld als een schietstand en oefenplaats van de Vlaamse Militanten Orde (VMO).

Bron » Het Nieuwsblad