Kunst in onderzoek naar Bende van Nijvel

Twee kunstenaars onderzoeken in Bruthaus Gallery in de Molenstraat in Waregem het mysterie van de Bende van Nijvel.

Centrale kunstenaar is Pieter Jan Martyn. Hij exposeerde bijna zeven jaar uitsluitend in Duitsland, maar is sinds 19 januari met zijn werk te zien in Waregem. Martyn brengt kunst waarvoor hij uitgebreid deskundig en geschiedkundig onderzoek doet. Voor de reeks Symbols of Democracy liet hij zich inspireren door het verhaal achter de aanslagen van de Bende van Nijvel.

Martyn gebruikte hiervoor beeldmateriaal uit het onderzoek en zoekt zo zijn eigen waarheid. Aan de hand van die conclusies maakt hij een reeks figuratieve schilderijen, waarin situaties uit het onderzoek getoond worden. Wie de tentoonstelling bezoekt, wordt aangeraden alles te vergeten wat hij al over De Bende weet.

“De toeschouwer wordt aangezet om aangenomen waarheden los te laten en met een kritische blik naar het verleden terug te kijken, specifiek naar ‘de jaren van lood’”, klinkt het bij Bruthaus Gallery.

Kenmerkend voor het werk van Martyn zijn de complexe nuances van kleur, licht en schaduw. De schilderijen zijn opgebouwd uit half transparant geschilderde en geschuurde verflagen. Naast Martyn is er ook lokaal talent te zien tijdens de tentoonstelling. Gewezen Deerlijkenaar en schrijver Jonas Bruyneel volgde Martyns werk op de voet en maakte er een catalogus van. Daarvan zijn slechts honderd genummerde stuks beschikbaar.

Bron » Het Nieuwsblad

Ex-speurder onderzoek Bende van Nijvel verdacht van “deelname aan een vereniging van misdadigers”

Philippe V. (62), de ex-speurder in het onderzoek naar de Bende van Nijvel die deze week werd gearresteerd omdat hij het onderzoek mogelijk heeft gemanipuleerd, is aangehouden. Hij wordt verdacht van “als lid van een politiedienst, willen en wetens informatie achtergehouden te hebben” en van “deelname aan een vereniging van misdadigers met het oogmerk om misdrijven te plegen”.

Het federaal parket benadrukt wel dat de kwalificatie echter niet noodzakelijk impliceert dat V. verdacht wordt van lidmaatschap van de Bende van Nijvel.

V. werd dinsdag uitgenodigd voor verhoor en gisteren de hele dag ondervraagd. Het huidige onderzoeksteam verdenkt de man ervan dat hij in 1986 het onderzoek naar de Bende manipuleerde. V. “zou minstens bepaalde, mogelijks cruciale, informatie achtergehouden hebben”, zegt het parket.

Cel-Delta

V, vandaag gepensioneerd, was in de jaren 80 een tijdlang lid van de cel-Delta in Dendermonde die toen onder leiding van onderzoeksrechter Freddy Troch het onderzoek voerde naar de Bende van Nijvel. Hij lag in november 1986 aan de basis van een belangrijke wapenvondst in het kanaal Brussel-Charlerloi in Ronquières. Er werden een kogelwerend vest, een pistool dat van een politieagent werd gestolen, en munitie aangetroffen. Een jaar eerder had een zoektocht in dezelfde zwaaikom niets opgeleverd.

V. heeft altijd beweerd dat die zoekactie er was gekomen door klassiek politiewerk, maar in 2013 bleek uit wetenschappelijk onderzoek dat die voorwerpen pas enkele dagen voor de vondst in november 1986 in het kanaal gedumpt konden zijn. Dat versterkte het vermoeden van de onderzoeksrechter en de speurdersploeg dat er manipulatie in het spel was.

Bron » De Morgen

Wat u moet weten over de nieuwste doorbraak in het onderzoek naar de Bende van Nijvel

Een Bendespeurder zit nu zelf in de cel. En niet de eerste de beste: Philippe V. (62) zorgde in 1986 voor een belangrijke vondst in het kanaal van Ronquières. Daar werden toen wapens en ander bewijsmateriaal tegen de Bende van Nijvel opgevist. Maar aan die vondst zat een reukje, zo bleek later. En Philippe V. zou als politieman informatie hebben achtergehouden die kon leiden naar de Bende. Wat zou hij precies hebben gedaan en hoe is het onderzoek gemanipuleerd? Wij beantwoorden de belangrijkste vragen.

Waarvan wordt Philippe V. verdacht?

Onderzoeksrechter Martine Michel denkt dat Philippe V. het onderzoek naar de Bende van Nijvel mee gemanipuleerd kan hebben. Volgens haar weet hij meer over wie de zakken met bewijsmateriaal in het kanaal heeft gegooid dan hij kwijt wil. Bovendien zijn de speurders ervan overtuigd dat de beslissing van V. om in november 1986 op dezelfde plaats in het kanaal te gaan duiken waar een jaar eerder niets werd teruggevonden, niet voortvloeit uit een herlezing van het dossier, zoals hij beweert.

Hij kreeg daarvoor inlichtingen van een of meer tipgevers, denken zijn ondervragers. Mocht hij die naam of namen willen prijsgeven, kan het gerecht de draad oppikken die uiteindelijk naar de Bende zelf kan leiden. Maar Philippe V. blijft bij zijn standpunt: hij heeft niets verkeerds gedaan.

Wat is zijn versie van het verhaal?

Niks tipgevers, vergeet het verzwijgen van cruciale informatie. Op een bepaald ogenblik staken speurders van de Delta-cel rond onderzoeksrechter Freddy Troch en de BOB van Halle de koppen bij elkaar. Hoe konden zij het onderzoek naar de Bende vooruithelpen? In Nijvel leken de speurders van het eerste uur wel stilgevallen, terwijl in Dendermonde de Delta-cel stond te trappelen van ongeduld.

Philippe V. meende dat de zoektocht in het kanaal in 1985 amateuristisch was aangepakt. Met nieuw materiaal (zoals een Duitse sonarboot) en betere duikers kwam er misschien meer boven water, was zijn redenering. Het summiere pv van de zoektocht in 1985 was het perfecte aanknopingspunt om de duikactie opnieuw te laten uitvoeren. Het resultaat oversteeg de stoutste verwachtingen.

Waarom gelooft het gerecht Philippe V. niet?

Sinds het Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminaliteit (NICC) heeft aangetoond dat het bewijsmateriaal uit het kanaal pas enkele dagen voor de zogenaamde wonderbare visvangst in 1986 in het water werd gegooid en niet in 1985, ligt Philippe V. zwaar onder vuur. Enkele van zijn verklaringen roepen ook heel wat vragen op. Zo beweerde V. dat hij primitieve proeven had ondernomen door zakken in het kanaal te gooien om te zien hoe die door de stroming konden afdrijven.

Alleen bleken de zakken, zoals hij ze beschreef, in 1986 niet te bestaan. En hoe wist hij waarmee hij ze moest vullen om tot de plaats te komen waar hij de duikers liet zoeken, op enige afstand van de plaats waar ze in het water werden gegooid? Op een bepaald ogenblik voegde Philippe V. er toch aan toe dat er ook inlichtingen waren binnengelopen. Maar daar is hij nooit verder op ingegaan.

Waarom zou het onderzoek gemanipuleerd zijn?

Simpel. Om de speurders op het verkeerde been te zetten, zodat de leden van de Bende van Nijvel nooit ontmaskerd zouden worden. De inhoud van de opgeviste zakken kon daarin een cruciale rol spelen. Voor het eerst werd een materiële link gelegd tussen de twee reeksen van overvallen van de Bende, in 1982-1983 en in 1985. De speurders moesten er definitief van overtuigd raken dat ze slechts naar één dadergroep moesten zoeken. Niet alle onderzoekers waren destijds die mening toegedaan.

Daarnaast moesten de aard van de teruggevonden wapens en de manier waarop ze gedumpt waren laten uitschijnen dat de leden van de Bende van Nijvel in het traditionele criminele milieu moesten worden gezocht. Terwijl de tactiek, de vastberadenheid en de goede voorbereiding van de overvallen bij heel wat onderzoekers de hypothese opriep dat er weleens sprake kon zijn van mensen uit speciaal opgeleide politiediensten of het leger.

Kan een speurder in zijn eentje zo’n onderzoek saboteren?

Dat is weinig waarschijnlijk, tenzij die speurder een sleutelpositie in het onderzoek bekleedt. Toen hij naar de Delta-cel werd overgeheveld, was Philippe V. rechercheur bij de rijkswacht. Dat korps stond in het Bendeonderzoek meermaals in een slecht daglicht. De eventuele betrokkenheid van leden van de speciale eenheden, de diefstal van wapens uit hun afgesloten kazerne, de rol van de Brusselse BOB’ers Madani Bouhouche en Bob Beijer, het zijn allemaal episodes uit het Bendedossier. Onlangs voerden de Bendespeurders nog een huiszoeking uit bij ex-rijkswachtkolonel Gérard Lhost. Hij was begin de jaren 80 bevelvoerder van de speciale eenheden. Philippe V. heeft ook een tijdje bij de diensten van Lhost gewerkt alvorens hij naar de BOB van Gent overstapte. Toeval?

Waarom wordt Philippe V. dan nu pas in de cel gegooid?

De belangrijkste elementen die geleid hebben tot de aanhouding van Philippe V., zitten al langer in het Bendedossier. Sommige zijn zelfs al terug te vinden in zijn verklaringen voor de Banditismecommissie van de Kamer in de jaren 90. Philippe V. werd er de jongste jaren meermaals over aan de tand gevoeld, zowel door de politie als door het Comité P. “Waarom hij het zo lang heeft overleefd, is ons een raadsel”, zegt een bron dicht bij het onderzoek. “Misschien heeft het te maken met het feit dat het federaal parket het dossier naar zich toegetrokken heeft.”

Wordt Philippe V. nu gezien als een lid van de Bende van Nijvel?

Zover gaat het aanhoudingsmandaat tegen Philippe V. niet. De onderzoeksrechter verdenkt hem ervan mensen te kennen, die weten waar de zakken met bewijsmateriaal tegen de Bende van Nijvel vandaan komen. Bij die mensen geraken, zou een startpunt zijn om op te klimmen tot bij de top van de Bende. Onderzoeksrechter Martine Michel verwijt Philippe V. dat hij die weg met opzet voor de onderzoekers blokkeert. Maar zij verdenkt er hem niet van dat hij de Bendeleden ook kent en hen voor het gerecht afschermt.

Bron » Het Nieuwsblad

Oud-speurder opgepakt in onderzoek naar Bende van Nijvel, heeft mogelijk “cruciale informatie” achtergehouden

Het federaal parket bevestigt de arrestatie van een ex-speurder in het onderzoek naar de Bende van Nijvel. Gisteren werd hij uitgenodigd voor verhoor en op dit moment wordt hij nog steeds ondervraagd. Het huidige onderzoeksteam verdenkt de man, Philippe V. (62), ervan dat hij in 1986 het onderzoek naar de Bende manipuleerde. V. “zou minstens bepaalde, mogelijks cruciale, informatie achtergehouden hebben”, zegt het parket. De onderzoeksrechter zal morgen beslissen of hij wordt aangehouden of niet.

“Ik kan bevestigen dat Philippe V. onderschept is voor verhoor en van zijn vrijheid beroofd is”, zegt woordvoerster Wenke Roggen van het federaal parket. “Het is geen nieuw element in de zaak maar het gaat om het sluiten van deuren. De onderzoeksrechter zal later beslissen of hij in verdenking gesteld wordt of aangehouden wordt.” Philippe V. werd heel de namiddag verhoord, zijn advocaat Walter Damen was daarbij aanwezig. Damen ontkent dat zijn cliënt het onderzoek gemanipuleerd heeft. “Maar het geheugen is na 32 jaar uiteraard niet onfeilbaar.”

De ondervraging kadert in de discussie over de wapenvondst van november 1986 in het kanaal in Ronquières. Philippe V., intussen 62 en gepensioneerd, was in de jaren tachtig een tijdlang lid van de cel-Delta in Dendermonde die toen onder leiding van onderzoeksrechter Freddy Troch het onderzoek voerde naar de Bende van Nijvel.

Wapens

V. lag in november 1986 aan de basis van een belangrijke wapenvondst in het kanaal Brussel-Charlerloi in Ronquières. Er werden een kogelwerend vest, een pistool dat van een politieagent werd gestolen, en munitie aangetroffen. Een jaar eerder had een zoektocht in dezelfde zwaaikom niets opgeleverd. V. heeft altijd beweerd dat die zoekactie er was gekomen door klassiek politiewerk, maar in 2013 bleek uit wetenschappelijk onderzoek dat die voorwerpen pas enkele dagen voor de vondst in november 1986 in het kanaal gedumpt konden zijn. Dat versterkte het vermoeden van de onderzoeksrechter en de speurdersploeg dat er manipulatie in het spel was.

“Iemand had die voorwerpen dus op een bepaald moment in zijn bezit, heeft die in zakken gestoken en in het water gegooid. Waarschijnlijk met de wetenschap dat die een paar dagen erachter zouden worden teruggevonden. Dat incident roept vragen op. Wij willen daar graag antwoorden op”, zei Eric Van der Sypt van het federaal parket aan VRT NWS.

“Eerste keer op amateuristische manier doorzocht”

De Tweede Bendecommissie stelde al vast dat het onduidelijk was hoe de tweede duik in de Zwaaikom van Ronquières tot stand kwam. “Tijdens de hoorzittingen is gebleken dat de speurders een aantal demarches gedaan hebben waarvan de magistraten noch vooraf, noch achteraf werden ingelicht. Tot op vandaag blijft onderzoeksrechter Troch bij de versie dat de Delta-cel succes had omdat de pv’s grondig werden nagelezen en omdat de duikers van de genie van Burcht de bodem systematisch hebben afgezocht”, stelde het rapport, dat toen al wees op mogelijke manipulatie van de speurders.

Philippe V. verklaarde in 1997 in het parlement dat hij een aantal pv’s herbekeken had waaruit bleek dat de zwaaikom de eerste keer op een amateuristische manier doorzocht werd. “Een tipgever zou V. hebben gezegd waar hij de wapens had gedumpt”, schrijft De Standaard. “V. zou vervolgens de zoekwerken in scène hebben gezet en het hebben voorgesteld als ‘klassiek politiewerk’. Als de tipgever van V. echt bestaat, dan wil de cel Bende van Nijvel hem snel identificeren en spreken. Want dan bestaat er een kans dat hij het onderzoek naar de Bende van Nijvel vooruit kan helpen.”

V. werd in 2013 al ondervraagd over de mogelijke manipulaties, maar het spoor blijft ook in het onderzoek van het federaal parket een belangrijke piste.

“We hebben eruit gehaald wat erin zat”

Troch wil niet reageren op de arrestatie van V., maar verklaarde in oktober vorig jaar dat het dossier niet door de cel Delta gemanipuleerd werd. “Waar zit de manipulatie van de Delta-cel? We hebben eruit gehaald (uit het water, red.) wat erin zat”, zei Troch aan Belga. “In 1985 na de feiten van Aalst zagen getuigen dat er zaken in de zwaaikom van Ronquières geworpen werpen. Die pv’s hebben we nooit gekregen, maar in oktober 1986 komen ze wel in mijn bezit. Uit die pv’s kon ik afleiden dat er niet goed gezocht werd. Zo staat er op papier dat men niet in het water ging, maar op een bootje gezeten heeft omdat er te veel stroming was.”

De speurders hopen dat de arrestatie van V. druk kan zetten in het onderzoek, en dat met een aanhouding de mogelijke informant van V. aan het licht kan gebracht worden. Minister van Justitie Koen Geens (CD&V) verklaarde midden 2018 dat er “binnen drie jaar” een proces over de Bende van Nijvel zal komen. De verjaring van het onderzoek, die met tien jaar verlengd werd, is voorzien in 2025.

David Van de Steen: “Hopelijk niet zoveelste losse flodder”

Slachtoffer David Van de Steen reageert afwachtend: “Hopelijk is het niet de zoveelste losse flodder in het onderzoek, maar het is al vooruitgang dat naar een rijkswachter durft gewezen worden.”

De voormalige speurder Philippe V. is geen onbekende voor Van de Steen. Ik heb met hem gepraat en moest dat (de betrokkenheid van V., red.) zo zijn, zou dat heel straf zijn. Het is een piste die al een aantal jaren aan de gang is. De vorige speurdersploeg had al aanwijzingen naar die persoon, maar die ploeg is dan uiteengevallen. Wat er nu juist waar van is, dat weet ik niet. Ik weet dat Troch en de cel Delta altijd achter hem zijn blijven staan. Ik hoop dat het niet de zoveelste losse flodder in het onderzoek is.”

“Afwachten of hij aangehouden wordt”

Jef Vermassen, de advocaat van Van de Steen, hoopt op een doorbraak maar hij stelt dat het nog te vroeg is om conclusies te trekken. De voorbije maanden zijn er veel gesprekken geweest tussen de oude en nieuwe speurders, zegt Van de Steen. “Het is moeilijk uit te maken wat het aandeel van V. kan zijn of niet kan zijn. In dit dossier komt iedereen met een andere uitleg, en ook over Ronquières is dat ook altijd zo geweest. Ik wacht af of hij aangehouden wordt.”

“In het verleden heb ik altijd vragen gesteld bij dat doorbomen over Ronquières”, aldus Van de Steen. “Er zijn genoeg andere sporen die veel duidelijker zijn, maar misschien heeft men nu iets. Dat al naar een rijkswachter kan gewezen worden, is al vooruitgang. Vroeger zou dat totaal geen waar geweest zijn. Nu komt het toch weer bij de rijkswacht terecht. Bonkoffsky was ook rijkswachter in Dendermonde.”

David Van de Steen verloor bij de overval op de Delhaize in Aalst op 9 november 1985, waarbij acht mensen om het leven kwamen, zijn ouders en zijn zus. Samen met zijn advocaat Jef Vermassen reageerde hij al eerder afwijzend op het nieuws dat het onderzoeksteam niet langer geloofde dat ex-rijkswachter Christiaan Bonkoffsky de “Reus” van de Bende was. Bonkoffsky had volgens zijn broer op zijn sterfbed in 2015 gezegd hebben dat hij bij de Bende van Nijvel was.

Bron » VTM Nieuws

Wie is oud-speurder Philippe V. en wat is betekenis van zijn aan­houding in onderzoek naar Bende van Nijvel?

Vandaag werd in het onderzoek naar de Bende van Nijvel oud-speurder Philippe V. aangehouden. De man wordt ervan verdacht de wapenvondst in Ronquières te hebben gemanipuleerd. Die wapenvondst is een kwestie die al herhaaldelijk werd onderzocht. Wat is het belang van dit nieuwe onderzoek?

Philippe V. (°1956) werkte jarenlang bij de rijkswacht van Gent. Hij werkte als speurder bij de BOB (de Bewakings- en Opsporingsbrigade) en was vooral actief in de drugsbestrijding.

Philippe V. werd een eerste keer betrokken bij het Bende-onderzoek in november 1986 na de bloedige aanslag in Aalst. Korte tijd later keerde hij terug naar zijn vertrouwde post bij de rijkswacht in Gent maar in maart 1986 ging hij naar de cel Delta die toen werd opgericht. De cel Delta is het gemengde onderzoeksteam (gerechtelijke politie en rijkswacht) dat werkte onder leiding van onderzoeksrechter Freddy Troch.

Sommigen beweren dat Philippe V. in de Deltacel ‘gepiloteerd’ werd door luitenant kolonel Gérard Lhost. In die hypothese zou Philippe V. dan ‘het mannetje’ van Lhost geweest waardoor die niet alleen toegang bleef hebben tot het dossier maar het onderzoek zo nodig ook kon ‘sturen’. (Lhost kwam eerder binnen het korps om andere redenen in opspraak.) Maar Lhost heeft die stelling altijd ontkend en met hem doen ook andere leden van de cel Delta dat. Anderzijds is het wel opmerkelijk dat er in november vorig jaar (LINK) bij hem nog een huiszoeking is uitgevoerd. Wat die huiszoeking heeft opgeleverd, is niet bekend maar duidelijk is wel dat het federaal parket ook in zijn richting kijkt.

Terzijde, in het verslag van de eerste parlementaire onderzoekscommissie naar de Bende van Nijvel wordt ook over speurder Philippe V. gesproken. Hij zou een belangrijke rol gespeeld hebben in het onthullen van extreem rechtse oefenkampen en de rol daarin van een lid van de gerechtelijke politie.

Manipulatie of normaal politiewerk?

In de versie van Philippe V. (en eigenlijk van heel de cel Delta) is de wapenvondst gebaseerd op normaal politiewerk. Zij kregen in de zomer van 1986 van BOB’er François A. een proces verbaal. Dat proces verbaal dateerde al van het jaar daarvoor en ging over de zoektocht in het kanaal Brussel Charleroi in november 1985. Op basis van lectuur van dat pv concluderen ze dat er toen slechts oppervlakkig gezocht werd en om die reden zoeken zij opnieuw. Zoals bekend leidde die nieuwe zoektocht tot een belangrijke wapenvondst.

De wijze waarop dat pv overhandigd werd door François A. aan Philippe V. is wel, op zijn zachtst gezegd, bijzonder te noemen. François A. kopieerde het pv stiekem en gaf het aan Philippe V. in een café in Brussel. Deze toch wat onorthodoxe manier van werken wordt verklaard door de bijzonder gespannen verhoudingen tussen de politiediensten onderling en ook tussen de speurders uit Vlaanderen en die uit Wallonië.

De wijze waarop dat pv overhandigd werd door François A. aan Philippe V. is wel, op zijn zachtst gezegd, bijzonder te noemen. François A. kopieerde het pv stiekem en gaf het aan Philippe V. in een café in Brussel. Deze toch wat onorthodoxe manier van werken wordt verklaard door de bijzonder gespannen verhoudingen tussen de politiediensten onderling en ook tussen de speurders uit Vlaanderen en die uit Wallonië.

Informant?

Maar anderen trekken die versie van de feiten in twijfel. Zij vermoeden dat de wapenvondst gemanipuleerd is. Die manipulatie zou er dan op neerkomen dat Philippe V. exact wist waar er precies moest gezocht worden omdat hij die informatie zou gekregen hebben van een informant. Het verhaal van de overhandiging door BOB’er François A. zou een geconstrueerd verhaal zijn. Men verdenkt Philippe V. ervan de identiteit van de informant af te schermen. En dat is evident belangrijke informatie want die informant zou informatie kunnen geven over de Bende. En als het zo is dat de wapens slechts kort voor de vondst in het water gegooid werden, impliceert dat dat iemand al die tijd die wapens ook in zijn bezit moet gehouden hebben.

Dat belang neemt nog toe omdat volgens het federaal parket de gevonden wapens er korte tijd voor de vondst werden ingegooid en niet, zoals de cel Delta blijft volhouden, er al een jaar moeten in gelegen hebben. In de hypothese van het federaal parket zou er dus iemand de wapens wetens en willens ingegooid hebben met bovendien de wetenschap dat er op die plaats zou gezocht worden.

Vier onderzoeken

Die onderzoekspiste is al herhaaldelijk naar voor geschoven en onderzocht. Een eerste keer gebeurde dat in de parlementaire onderzoekscommissie naar de Bende van Nijvel. Toen al werd er bijkomend onderzoek gevraagd naar de omstandigheden waarin de cel Delta de beslissing genomen had om te gaan zoeken in het kanaal Brussel-Charleroi. Er was immers geen enkel formeel document over terug te vinden.

Op basis van die vaststelling werd er gevraagd aan onderzoeksrechter Lacroix (Charleroi) dit verder te onderzoeken. Hij zou in dat onderzoek o.a. ook een confrontatie georganiseerd hebben tussen Philippe V. en François A., de BOB’er uit Halle. Voor zo ver bekend zou dat onderzoek de versie van Philippe V. bevestigd hebben. Minstens kan er gezegd worden dat er geen gevolgen gegeven zijn aan dat onderzoek.

Een tweede keer komt die manipulatietheorie aan de orde in 2012-2013. Op dat moment bijten de speurders van de cel Charleroi er zich in vast. Ze ondervragen alle speurders van de cel Delta hierover. Sommigen beweren dat het niet veel scheelde of Philippe V. toen ook al zou aangehouden worden. Maar zo ver komt het niet. Ook François A. wordt opnieuw ondervraagd.

Op 2 mei 2012 zegt hij aan de speurders van de cel Delta zich niets meer te herinneren over de omstandigheden waarin hij 26 jaar geleden de informatie al dan niet gaf. Maar diezelfde avond verlaat hij de politiegebouwen nadat hij een verklaring ondertekende waarin hij zei nooit dat proces verbaal te hebben gegeven. Dat leidde tot veel consternatie bij de cel Delta. Zij dringen aan op een confrontatie tussen Philippe V. en François A. Die confrontatie komt er veel later ook en daarin komt François A. terug op zijn verklaring en bevestigt opnieuw de versie van de cel Delta.

Een derde keer wordt deze kwestie onder de loep genomen door het Comité P. Dat gebeurt op vraag van procureur generaal De Valckeneer die publiekelijk de wapenvondst opnieuw in vraag stelde. Niet alleen Philippe V. wordt daarbij ondervraagd maar ook een andere speurder van de cel Delta, Danny C. Die laatste wordt ervan verdacht valsheid in geschrifte te hebben gepleegd. Het pv van de zoektocht in 1986 werd namelijk opgesteld op 4 november 1986 en dat is, merkwaardig genoeg, een tijdstip dat valt op het moment dat de zoektocht al bezig was. Hoe kan dat?

Onderzoeksrechter Freddy Troch neemt de verantwoordelijkheid daarvoor op zich. Omdat de zoekopdrachten in de eerste pv’s beperkt bleven tot het kanaal Brussel-Charleroi en men ’s anderendaags verderop, in de zwaaikom t.h.v. Ronquières, zouden gebeuren, was het nodig die opdracht met zo veel woorden in een nieuw pv te omschrijven. Al was het maar om procedurefouten te vermijden, zo luidt zijn antwoord.

Het onderzoek van het Comité P levert voor zo ver ons bekend verder niets op en wordt zondermeer afgesloten.

Toch is het daarmee nog niet afgelopen. Een vierde keer komt de manipulatietheorie aan bod als het onderzoek wordt toegewezen aan het federaal parket. In oktober vorig jaar komt de kwestie uitvoerig aan bod in het opsporingsprogramma ‘Faroek’. De aanhouding vandaag van ex-speurder Philippe V. is daarvan een uitloper.

In de hypothese dat het nieuwe onderzoek iets oplevert, zegt dat natuurlijk ook iets over alle voorgaande onderzoeken op deze kwestie. Het grieft de speurders van de cel Delta dat ze blijven geviseerd worden in deze kwestie die nu al zo’n 22 jaar meegaat. Onderzoeksrechter Troch was bijzonder misnoegd over de toon van het federaal parket over deze kwestie eind vorig jaar. Om die reden is ook hij recent opnieuw gehoord.

Dat gebeurde een eerste keer gedurende drie uur met een procureur van het federaal parket en een tweede keer gedurende zes uur met twee speurders. De beide sessies, in totaal negen uur, werden audiovisueel geregistreerd. Hij blijft geloven in de versie van de cel Delta. Blijkbaar blijven anderen daar anders over denken. Constante in het hele verhaal is de term ‘manipulatie’. Nu nog weten wie wie manipuleert.

Bron » VRT Nieuws | Dirk Leestmans