Alsof er niets is gebeurd: gerechtelijke dossiers gaan al te makkelijk verloren

Tijdens het proces van seriemoordenaar Stephaan D.L. blijkt dat dossiers verloren zijn gegaan. Dat gebeurt vaker, zelfs het dossier van de Bende van Nijvel was niet veilig. Papieren gerechtelijke dossiers raken al wat te makkelijk vermist, verbrand of beschadigd.

‘29 jaar lang hebben we niets geweten’, vertelde Ingrid Van Den Reeck (65) woensdag tijdens de vijfde zittingsdag van het proces tegen seriemoordenaar Stephaan D.L. Die staat er terecht voor de moorden op Ariane Mazijn (30), Lutgarda Bogaerts (28), Maria Van Den Reeck (46) en Eve Poppe (38) tussen 1992 en 1997. ‘Ik vind het heel moeilijk dat ze geen dossier meer hebben van haar, enkel krantenknipsels.’

Het dossier van het onderzoek naar de moord op haar zus Maria Van Den Reeck in 1994 is nergens meer te vinden. Alleen een paar korte processen verbaal uit 2010 en het verslag van de wetsdokter zijn teruggevonden. Het dossier werd vernietigd tijdens een opruimactie in de archieven van het Antwerpse Justitiepaleis enkele jaren terug. Dat justitie nu toch een schuldige aanwijst in de zaak, is enkel omdat glazenwasser Stephaan D.L. zelf spontaan de moord op Van Den Reeck bekende.

Pijnlijk, omdat de tijd veel getuigen en herinneringen aan de solitaire maar warme Van Den Reeck met zich mee heeft genomen. ‘Dubbel pijnlijk, omdat we nu volledig afhangen van de verklaringen van D.L. om meer te weten te komen’, liet advocaat Kris Luyckx optekenen tijdens de eerste dag van het proces. Die heeft zich de afgelopen dagen niet getoond als een begenadigd verteller. ‘Daar kan ik niet op antwoorden’, is vooralsnog het meest gehoorde antwoord vanop de beklaagdenbank. De nabestaanden lijken op hun honger te blijven zitten.

Cijfers zijn er niet, maar het gebeurt helaas vaker dan gedacht dat dossiers verdwijnen, beschadigd geraken of per ongeluk vernietigd worden. Het gerechtelijk onderzoek naar de moord op communistisch politicus Julien Lahaut in 1950, een van de meest beruchte politieke aanslagen in België, bleek in 1996 uit de archieven verdwenen. De advocaat van de burgerlijke partij had gelukkig het volledige 11.000 pagina’s tellende dossier laten kopiëren. Ook het dossier naar de moord op Agnes Boedry uit 1970 bleek enkele jaren geleden verdwenen te zijn.

Schimmel en brandstichting

Ontelbare dossiers hebben al schade ondervonden door slechte opslagomstandigheden. Dossierstukken uit het onderzoek naar de Bende Van Nijvel geraakten door de jaren zo beschadigd dat er niets anders op zat dan een foto te trekken en de verrotte stukken weg te gooien. In de kelders van het Brusselse Justitiepaleis alleen al hebben een brand, een schimmelplaag en waterschade de stukken die daar worden opgeslagen in gevaar gebracht. Soms hebben de verdwijningen een minder onschuldige oorzaak. In 2016 werd het Nationaal Instituut voor Criminologie en Criminalistiek (NICC) in brand gestoken. De daders waren eropuit om de stalen en dossierstukken die in het gebouw aanwezig waren, te vernietigen.

Justitie heeft evenwel al een oplossing klaar. Van veel dossiers zijn er ondertussen digitale kopieën beschikbaar. De digitalisering van justitie doet daar nu nog een schepje bovenop. Sinds afgelopen zomer worden aan een razend tempo gerechtelijke dossiers gedigitaliseerd. Nu al kunnen alle dossiers over seksueel geweld, intrafamiliaal geweld en moord en doodslag geraadpleegd worden vanop de computer thuis of op kantoor door wie inzagerecht heeft. In de toekomst is het de bedoeling dat alle dossiers volledig online beschikbaar zijn.

‘Mensen kunnen zo tegelijkertijd, onafhankelijk van de openingsuren van de griffier, hun dossier raadplegen’, aldus Edward Landtsheere die voor justitie het project trekt. ‘Hiermee maken we justitie een stuk efficiënter en menselijker.’ Papier of digitaal, een nulrisico op verlies bestaat er niet. Justitie zegt evenwel sterk te investeren in de nodige beveiliging van de digitale dossiers.

Bron » De Standaard

In Nijvel liggen ze er niet wakker van in één adem vernoemd te worden met een criminele bende

De tv-serie 1985 biedt niet alleen een eigenzinnige en enigszins door de wetten van fictie en televisioneel volksvermaak ingekleurde kijk op de duistere jaren ­tachtig van de vorige eeuw, ze rijt her en der ook oude wonden open.

Voor wie toen volwassen en bij volle verstand was, is het een hernieuwde ­kennismaking met een officieel nooit opgeloste reeks misdaden. Voor wie te jong of nog niet geboren was, is het een verbazingwekkende eyeopener. C’est arrivé près de chez nous.

‘Bende van Nijvel’ is de term die we automatisch associëren met een reeks moorddadige, zorgvuldig georkestreerde raids, zonder dat we er nog bij stilstaan dat we, telkens als we de benaming opdreunen, de aanvallen linken aan de naam van een ­Waalse stad met 28.000 inwoners. In Franstalig België hebben ze het nooit over de ‘Bende van Nijvel’, maar over ‘les tueurs du Brabant’, de moordenaars van Brabant, af en toe afgewisseld met ‘les tueurs fous du Brabant’, alsof die extra aanduiding nog meer zal benadrukken dat de daders losgeslagen gekken waren.

Die Franstalige omschrijving is veel accurater dan het hersenspinsel van een allang vergeten Vlaamse journalist. Brabant was toen nog niet opgedeeld in een Vlaams en een Waals ­gedeelte en bij de vroege overvallen werden handelszaken en personen in Waver, Beersel, Genval, Halle en, ­jawel, Nijvel geviseerd, stuk voor stuk plaatsen in die provincie. ‘Les tueurs du Brabant’ klinkt dus een stuk accurater dan ‘Bende van Nijvel’.

Het leven gaat door

We willen van de burgemeester van Nijvel, de 60-jarige liberaal Pierre Huart, weten of die Vlaamse benaming zijn stad parten heeft gespeeld. Minder Vlaamse toeristen, slechte reputatie, vervelende associatie met criminaliteit, dat soort dingen. “Pas du tout”, klinkt het verrassende antwoord. “Wij praten daar nooit over. Eén keer per jaar, op 17 september, houden we een eerbetoon voor de wachtmeester van de rijkswacht die werd doodgeschoten. En daarna gaan we weer voort met onze levens.”

Op zaterdag 17 september 1983 hield de bende die toen nog geen naam had ’s nachts halt aan de Colruyt op de Brusselsesteenweg in Nijvel. Om de buit was het hen niet te doen. Vijf dozen pralines, vijf flessen arachideolie, vijf flessen maïsolie, tien zakken koffie, veertig pakjes koffiebonen en welgeteld 22.070 frank, omgerekend zo’n 550 euro. Ze schoten bij de benzinepompen een echtpaar dood, Jacques Fourez en Elise Dewit. Achteraf bleken dat geen toevallige slachtoffers te zijn, ze hadden bezwarend materiaal over hooggeplaatste personen in hun bezit.

Ook de toegesnelde wachtmeester Marcel Morue werd rond 1.30 uur koudweg geliquideerd, zijn rijkswachtcollega Jean-Marie Lacroix overleefde door zich… voor dood voor te doen. Morue zou, volgens de website bendevannijvel.com, zelf onderzoek naar de zogeheten Roze Balletten gedaan hebben. Was hij ook een bewust doelwit van de gangsters?

“Ik herinner me die dag omdat het de enige keer was in mijn hele leven dat ik werd tegengehouden met de ­ wagen”, zegt Huart. “Mijn vriend zat achter het stuur, we waren samen ­ergens naartoe geweest, ik weet zelfs niet meer wat of waar, toen de politie ons deed stoppen. Dat deden ze met alle auto’s die in de buurt van de Colruyt rondreden.” Het leven stond even stil in Nijvel, voor drie levens definitief.

In de vergetelheid

Van het centrum van Nijvel naar de Colruyt is het een fikse wandeling. Aan de rand van de stad was de grond ook toen al veel goedkoper en waren er destijds nog grote lappen beschikbaar, zeer geschikt om er grootwarenhuizen op neer te poten, ruim voorzien van parkeerplaatsen, dicht bij op- en afritten van autostrades, waardoor er, terloops gezegd, ook vlugge ontsnappingsroutes werden gecreëerd voor lieden met minder goede bedoelingen.

Aan de Colruyt zelf herinnert niets nog aan het drama van bijna veertig jaar geleden. Geen plaquette, geen monument, geen informatie aan de ingang: niets. Alsof men niets liever wilde dan dat dit in de vergetelheid zou raken. Het lijkt wel het Bende-onderzoek.

Bron » De Morgen

Bende van Nijvel-expert kritisch over fictiereeks ‘1985′ en Van Quickenborne: “Het dossier moet net wél verjaren”

De nieuwe zondagavondreeks ‘1985′ vertelt het verhaal van de Bende van Nijvel, een van de zwartste bladzijden uit onze geschiedenis. Maar is de reeks wel historisch correct? En hoe staat het op dit moment met het onderzoek naar de Bende? ‘Dag Allemaal’ vroeg het aan voormalig politicus Hugo Coveliers (75). “Voor tien miljoen frank verkoopt men in die milieus zijn moeder.”

Ruim een kwarteeuw was Hugo Coveliers volksvertegenwoordiger en senator. Zo zetelde hij in de eerste parlementaire onderzoekscommissie rond de Bende van Nijvel, die eind jaren 80 werd geïnstalleerd. Begrijpelijk dat hij met meer dan gewone aandacht kijkt naar de Eén-reeks ‘1985’, de kijkcijferhit op zondag.

“Ik blijf toch op mijn honger zitten”, zegt Coveliers, die in z’n rijkgevulde carrière nooit voor een straffe mening verlegen zat, na de eerste aflevering. “Er zit niks in wat ik al niet wist. Nu ja, mijn verwachtingen lagen niet hoog toen ik vernam wie de maker is: Willem Wallyn, een linkse jongen en de ex van Freya Van den Bossche. Ze hadden niet eens de motoren van de rijkswacht juist: dat waren zeker in die eerste jaren nog Harleys. Nu, dát is op zich nog niet zo erg. Wel vraag ik me af hoe ik bepaalde personages moet zien. Neem nu die Marc (gespeeld door Tijmen Govaerts, red.): is hij de zoon van de rijkswachter die destijds zelfmoord zou hebben gepleegd aan het slachthuis van Aalter? Hij was een van de onderzoekers naar de drugstransporten in bevroren vlees, waarachter rijkswachters zelf zouden hebben gezeten.”

In ‘1985’ wordt inderdaad geschetst hoe de rijkswacht de opkomende drugstrafiek in de jaren 80 mismeesterde. Gaf dat het startschot voor de Bende van Nijvel?

“Het is geweten dat bepaalde rijkswachters destijds verveeld zaten met zoekgeraakte fondsen – tipgeld, bijvoorbeeld – en dan maar zelf drugs gingen verhandelen om de tekorten aan te vullen.”

Dat de rijkswacht achter de Bende-overvallen zat, is intussen de populairste hypothese. Terecht?

“Ik denk het wel. Als het ‘gewone’ gangsters waren geweest, dan had er wel iemand uit de biecht geklapt. Zeker toen Delhaize 10 miljoen frank uitloofde voor de gouden tip. Daarvoor verkoopt men in die milieus zijn moeder. Dat het onderzoek na bijna veertig jaar niks is opgeschoten, bewijst dat er andere krachten spelen. Dan rest de vraag wie erachter zat: individuele rijkswachters, of de rijkswacht als instituut? Dat de doofpotoperatie zo succesvol was, wijst volgens mij op het laatste.”

Sommigen denken dat de rijkswacht onze democratie wilde vervangen door een politiestaat.

“Ik acht dat niet uitgesloten. Weet je, in dit dossier is het moeilijk om géén complotdenker te worden. We weten dat er extreemrechtse, vooral Franstalige kringen waren binnen de rijkswacht en het leger die de rechtsstaat niet bepaald genegen waren. Hoewel de rijkswacht destijds al veel macht hád. Het kan zijn dat verschillende groupuscules binnen de rijkswacht elkaar vonden – extreemrechts en drugstrafikanten – en dat er meerdere motieven waren.”

Is de betrokkenheid van de rijkswacht destijds voldoende onderzocht?

“Het onderzoek is duidelijk afgeremd. Uit onkunde, of doelbewust? Ik denk allebei.”

De eerste Bendecommissie, waar jij lid van was, besloot dat er te weinig controle was op de politiediensten. Is dat nu verbeterd?

“Op basis van onze bevindingen werd het Comité P in het leven geroepen. Nog eens jaren later, vooral na de zaak-Dutroux, werd de rijkswacht ontbonden en werd de federale politie opgericht. De controles staan nu op punt. Maar als je het mij vraagt, zijn we opnieuw toe aan een grondige evaluatie en hervorming van de politiediensten.”

Vorige maand werd oud-rijkswachter Robert Beijer aangehouden in Thailand. Brengt dat ons dichter bij de waarheid?

“Procureur Cappelle doet haar werk correct. Ik denk dat Beijer veel weet en dat hij via Bouhouche bij de Bende betrokken was, maar ik betwijfel of hij het achterste van zijn tong zal laten zien.”

Recent werd gezocht naar wapens. Kan dat een sleutel zijn tot de oplossing?

“Jammer dat die beruchte uzi nog niet onderzocht is. Dan had men kunnen nagaan of het een wapen van de rijkswacht was. Destijds waren er nogal wat uzi’s in omloop. Ooit kwam een wapenhandelaar naar mij met zo’n wapen, met de suggestie om het aan het parlement te tonen. Dat heb ik toch maar niet gedaan. (lacht)”

Zal de Bende van Nijvel ooit voor de rechter komen?

“Ik vrees ervoor. Veel verdachten zijn overleden, soms in duistere omstandigheden. Zo is Madani Bouhouche tijdens het houthakken onder een boom terechtgekomen. Eigenlijk moet men dit dossier strafrechtelijk laten verjaren (minister Van Quickenborne wil die verjaring schrappen, red.). In dat geval zal er misschien nog een dader naar voren komen en krijgen de nabestaanden uitsluitsel. Stel dat er nu nog een dader wordt gevonden, dan zal diens advocaat een levenswerk hebben om het dossier van miljoenen pv’s te lezen. Het zou nooit tot een proces komen.”

Tot slot: ben je zelf nog politiek actief?

“Nee. Ik volg de politiek wel, maar door de social media is het een show geworden. Of ik nog vrienden heb bij Open Vld? Met mate. Zeker niet Guy Verhofstadt, in mijn ogen de slechtste mens ter wereld. Volgens Nigel Farage was hij een belangrijke oorzaak van de Brexit. Wel, ik kan me iets voorstellen bij de arrogante manier waarop Verhofstadt die onderhandelingen aanpakte.”

Bron » Het Laatste Nieuws

Over “de eend”, “de maarschalk” en “het rode gevaar”: wie is wie en wat is wat in aflevering 3 van “1985”?

In aflevering 3 van “1985” vanavond op Eén staan opnieuw enkele markante gebeurtenissen uit de loden jaren 80 centraal. In dit artikel ontdek je meer over “de eend”, een wapendiefstal bij de elite-eenheid van de rijkswacht, “de maarschalk”, de moord op een koppel en het verband met de Bende van Nijvel.

Wapendiefstal

Het is de overgang van aflevering 2 (1981) naar aflevering 3 (1982): tijdens de jaarovergang vindt een mysterieuze diefstal plaats in het spreekwoordelijke hart van de rijkswacht.

Uitgerekend bij de groep Diane, de toenmalige naam van het SIE, het Speciaal Interventie Eskadron, slagen dieven erin een aanzienlijk aantal gesofisticeerde wapens buit te maken: 5 machinegeweren van het merk Heckler und Koch (H&K), 10 machinepistolen H&K, 5 FAL-geweren en 5 automatische riot guns FN. Zoiets kan eigenlijk alleen maar gebeuren met de hulp van rijkswachters. De vijand zit dus klaarblijkelijk in het korps.

De Mazda waarmee de wapens uit de kazerne van Etterbeek werden vervoerd, wordt teruggevonden in het vlakbij gelegen Elsene. Pikant detail: in de achtergelaten wagen is peper gestrooid om te voorkomen dat speurhonden zouden kunnen ingezet worden bij het sporenonderzoek.

Later zal een kolonel van de rijkswacht voor de parlementaire onderzoekscommissie hierover spreken in termen van een “provocatie”. “Een diefstal in de groep Dyane is volgens mij de grootste blamage geweest voor de rijkswacht.”

Robert Beijer, de kompaan van Madani Bouhouche, zegt met nauwelijks verholen triomfalisme eigenlijk hetzelfde. Vanuit zijn mond klinkt het als “de kers op de taart”, wanneer hij toegeeft dat hij achter de diefstal zat: “Ik zou het imago van de rijkswacht bij de publieke opinie ernstig ondermijnen, en de instelling grondig belachelijk maken en bovendien een ongrijpbare dreiging creëren.”

Je zou zijn woorden ook kunnen interpreteren als een mission statement van de Bende.

Dekaise

Op 30 september 1982, ruim een half jaar na de wapendiefstal, wordt een bloedige aanslag gepleegd op wapenhandelaar Dekaise in Waver. De winkel van Daniel Dekaise is in wapenkringen een bekend adres. Ook al omdat hij gespecialiseerd was in het ombouwen van wapens en het leveren van geluidsdempers. Onder het cliënteel bevinden zich militairen, detectives, politiemensen en rijkswachters zoals bv. Madani Bouhouche.

De man heeft ook tal van internationale klanten die zich situeren in het schemergebied waar bedenkelijke zakenmannen, geheime diensten (o.a. Kintex, een bedrijf van de Bulgaarse geheime dienst) en terreurorganisaties (o.a. de Baskische terreurbeweging ETA) mekaar treffen. Precies die kringen doen vermoeden dat de wapenhandelaar geen toevallig doelwit was.

Dit pv uit maart 1985 verwijst daarnaar. Het is opgesteld door de Bewakings- en Opsporings Brigade (BOB) van Waver en maakt o.a. melding van Kintex als dekmantelbedrijf van Darzjavna Sigoernost (DS), de Bulgaarse geheime dienst.

Later zal in de parlementaire onderzoekscommissie verteld worden dat Dekaise ook een aktetas had gemaakt waarin een mitraillette was ingebouwd, met geluidsdemper en laservisier, een wapen bestemd voor aanslagen.

Mocht hiernaar sneller een meer diepgaand onderzoek zijn gebeurd, zo zegt een B.O.B.‘er uit Waver, zou men zeker meer informatie gevonden hebben. Helaas, zo voegt hij er cynisch aan toe, “het onderzoek werd echter in Brussel gevoerd en daar hechtte men weinig geloof aan het verslag van “provinciale flikken”.” Het zegt iets over de sfeer binnen het korps en de efficiëntie van het gevoerde onderzoek…

De overval gebeurt erg brutaal. De buit is even aanzienlijk als angstaanjagend: 18 revolvers, pistolen en machinepistolen. Later zal blijken dat deze wapens nog gebruikt worden door De Bende.

Op het moment dat de gangsters buitenstappen, komt een politiecombi aangereden. De bestuurder van de politiewagen, inspecteur Claude Haulotte (33 jaar), wordt onder vuur genomen en afgemaakt met een kogel in het hoofd. Het illustreert de driestheid en de agressieve tactiek waarmee de Bendeleden te werk gingen.

De overvallers stappen in een VW Santana en rijden in de richting van Brussel. Ze worden achtervolgd door een Renaultje R4 van de Bewakings- en Opsporings Brigade. Ze botsen op elkaar in Hoeilaart en opnieuw worden de politiemensen onder vuur genomen.

Ook al werd er nationaal alarm geslagen, de daders kunnen ontkomen. Er wordt nog wel een robotfoto verspreid van de daders (zie hierboven) maar zonder resultaat. Het falen van de rijkswacht wordt opnieuw pijnlijk duidelijk.

De wijze waarop de vlucht georganiseerd werd, ook daar wordt in aflevering 3 naar verwezen, doet vermoeden dat de daders de zwakke plekken in het communicatiesysteem van de rijkswacht gebruikten. ’s Avonds wordt de VW Santana teruggevonden langs de Tumulidreef, in het Zoniënwoud. Hij is in brand gestoken en bovendien is het identificatienummer weggevijld.

Twee weken later ontdekt een fietser in de onmiddellijke buurt een heleboel voorwerpen, waaronder de inhoud van de portefeuilles gestolen bij Dekaise en papiersnippers van de Spaanse krant El País, de nummerplaat van de Santana versneden in 23 stukken …

Een van de wapens die gestolen werden bij Dekaise zal veel later, op 6 november 1986, worden teruggevonden in het kanaal Brussel-Charleroi te Ronquières. De VW Santana werd helaas erg snel als schroot verkocht waardoor later sporenonderzoek uitgesloten was. Het is een van de zovele blunders in het Bende-onderzoek.

PIO

In de derde aflevering valt geregeld het drieletterwoord PIO. PIO staat voor Public Information Office. Het is een inlichtingendienst (al zou je het ook een PR-dienst kunnen noemen) die in 1974 wordt opgericht binnen het ministerie van Landsverdediging. Het was de bedoeling de publieke opinie te bewerken ten gunste van het leger en vooral tegen “de subversie” (opstandigheid) in sommige media.

De toenmalige minister van landsverdediging Paul Vanden Boeynants stelt majoor Jean Bougerol aan als hoofd van PIO. Er zullen in totaal 445 personen werken bij PIO. Onder hen ook Francis Dossogne van het extreemrechtse Front de la Jeunesse.

De rol van PIO moet in het brede verhaal van de Bende gezien worden als een van de vele extreemrechtse groepen die genoemd werden. Het bracht naast de rijkswacht ook het leger in verband met de Bendefeiten. Harde bewijzen zijn daarvoor nooit aangebracht, al blijft de rol van sommigen minstens omstreden te noemen.

Jean Bougerol bouwde onder de dekmantel van het PIO een (illegale) parallelle inlichtingendienst uit, de Miller-groep. Een van de leden is Paul Latinus, een reserveleider van de luchtmacht, maar ook de leider van een ander extreemrechtse groepering: Westland New Post.

WNP

Westland New Post ontstond begin jaren 80. Aan het hoofd staat Paul Latinus die zich “de maarschalk” laat noemen. In aflevering 3, zo is te zien, zorgt dat voor enige verwarring in de militaire hiërarchie…

Opnieuw komen dezelfde doelen naar voor: WNP wil “de KGB’ers” uit de staatsveiligheid ontmaskeren en wil het land voorbereiden op het verzet in geval van een communistische invasie.

Onder de leden zijn er nogal wat mensen uit het leger, de rijkswacht en de staatsveiligheid. Erg opmerkelijk is de rol van twee commissarissen van de geheime dienst, le lapin (het konijn) en vooral Christian Smets, alias le canard (de eend). In de ene versie van het verhaal infiltreerde de geheime dienst WNP, in een andere versie is het omgekeerde het geval.

WNP’ers trainden onder meer in het Zoniënwoud, waar ze gevechts- en camouflagetechnieken aangeleerd krijgen.

Een opmerkelijke actie was de diefstal van geheime NAVO-documenten in Evere. Daarmee wilde WNP aantonen dat het hoofdkwartier niet bepaald optimaal beveiligd is tegen de infiltratie door “het rode gevaar”.

Maar nog schokkender, en dat is ook te zien in aflevering 3, is de dubbele moord in Anderlecht in de Herdersliedstraat (rue Pastorale). Over het motief voor deze moord lopen de meningen uiteen.

Sommige waarnemers zien duidelijk een verband met de WNP-ideologie. Het vermoorde koppel werd beschouwd als spionnen en moest om die reden uit de weg worden geruimd. Anderen zien de moord als een totaal uit de hand gelopen relationele kwestie. Een van de verdachten was immers de ex-man van het slachtoffer.

Die verdachte, Marcel Barbier, een lid van WNP, werd in mei 1987 levenslang veroordeeld door het hof van assisen van Brabant.

De man die in al deze affaires aan de touwtjes trok, Paul Latinus, wordt op 24 april 1984 dood teruggevonden. Naar alle waarschijnlijkheid gaat het om een zelfdoding. Kort voor zijn dood laat Latinus aan vrienden verstaan dat sommige leden van zijn organisatie wel eens zouden kunnen betrokken zijn bij de raids van de Bende van Nijvel.

Bron » VRT Nieuws

DNA van familie mag binnenkort worden gebruikt om daders op te sporen, mogelijke doorbraak voor cold cases

De ministerraad heeft een wetsontwerp goedgekeurd waardoor het mogelijk wordt om daders op te sporen via het DNA van naaste verwanten. Dat kan leiden tot doorbraken in vastgelopen zaken (cold cases). Daarnaast zal genetisch materiaal van verwanten van vermiste personen ook met internationale databanken mogen worden vergeleken.

Daders van een misdrijf opsporen met behulp van DNA: het nekte Stephaan Du Lion, die nu terechtstaat voor viervoudige moord. Maar bij strafzaken waar wél DNA-sporen gevonden zijn, maar geen exacte match met DNA uit databanken, loopt het onderzoek wel eens vast. De federale ministerraad keurde nu een wetsontwerp van minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open VLD) goed dat voor doorbraken kan zorgen in cold cases.

Match met dichte naasten

Het wetsontwerp maakt breder DNA-onderzoek mogelijk: als er geen rechtstreekse match is tussen het DNA van een dader en profielen in de bestaande databanken, mag nu ook gezocht worden naar gedeeltelijke matches met broers, zussen, ouders en kinderen: een “familiale zoeking”.

Ouders geven namelijk de helft van hun DNA door aan hun kinderen. Als de dader onbekend is, maar er zit in de databank DNA van naaste familie, kan dat de zaak dus vooruithelpen. Al mag die gedeeltelijke match dus énkel bij familie van de eerste lijn. In ons land hebben we zo 120.000 profielen, internationaal natuurlijk nog veel meer.

Een tweede verandering is gericht op verdwijningszaken. In Europese en internationale databanken zitten profielen van familie van vermiste personen wereldwijd. Die bevatten ook duizenden DNA-profielen van niet-geïdentificeerde lichamen. Nu zal ook de Belgische politie genetisch materiaal van verwanten mogen vergelijken met die databanken. Dat zou nu nog kunnen leiden tot antwoorden in onopgeloste verdwijningszaken.

Bovendien zullen DNA-stalen zelf langer bewaard worden, wat nu enkel het geval is voor de profielen. “Nu zit dat vaak op zes maanden, dat gaat naar dertig jaar. Dat is belangrijk, want verdwijningszaken worden niet op één-twee-drie opgelost”, zegt minister Van Quickenborne.

Y-chromosoom

De derde wijziging gaat over het Y-chromosoom, een klein stukje van het DNA dat enkel mannen hebben. Dat wordt bijna identiek doorgegeven van vader op zoon, waardoor je zelfs bij verre familie (tot de veertigste graad!) een match kan vinden. In zedenzaken zou daar binnenkort consequent een profiel van gemaakt worden.

Met deze beslissingen volgt onze overheid Nederland. Daar is de techniek al sinds 2012 legaal. Met grootschalige oproepen naar vrijwilligers om hun DNA af te staan, konden speurders zoeken in duizenden stalen. Zo werden al enkele zaken opgelost. “Als je alleen nog maar naar onze noorderburen kijkt, zie je een heel grote succeskans van zo’n familiale zoekopdracht”, zegt postdoctoraal onderzoeker Sofie Claerhout (KULeuven), die aan de techniek werkt en al jaren pleit voor een wetswijziging.

Claerhout is blij dat ook bij ons nu stilaan een databank op basis van die Y-chromosomen zal worden uitgebouwd. Een databank aanleggen met ieders (volledig) DNA-profiel is volgens haar niet nodig, net omdat we met het Y-chromosoom veel daders kunnen vatten. “Het Y-chromosoom is ook zo nuttig omdat je er niets mee weet over iemand, zoals erfelijke ziektes of uiterlijke kenmerken, buiten het feit dat het een man is”, legt Claerhout uit.

Bron » VRT Nieuws | Heleen Vander Beken