Confituurparty opgedoken op YouTube

Op de videowebsite YouTube staat sinds kort een filmpje dat te maken kan hebben met een onderzoekssppoor rond de Bende van Nijvel. Het is niet duidelijk wie het filmpje op de site heeft gezet. Sinds 28 januari circuleert op YouTube een fragment van een filmpje dat in de jaren 80 in een Brusselse nachtclub werd gedraaid.

Het filmpje van 42 seconden toont onder meer een groep naakte mensen in een bad met confituur. Voormalig gevangenisdirecteur Jean Bultot is een van hen. Zijn naam dook op in het onderzoeksdossier naar de Bende van Nijvel. Een van de sporen was destijds een chantagetheorie rond een dergelijk filmfragment.

Daarbij zou de bende zijn ingeschakeld om de afpersers te doden. Daarbij zouden ook onschuldigen omgebracht zijn om het zo op gewapende overvallen te doen lijken. Maar dat spoor heeft nooit tot een doorbraak geleid. Speurders willen nu onderzoeken wie het filmpje op YouTube heeft geplaatst.

Bron » VRT Nieuws

Histoire Funérailles à Ciney d’André Moyen, décédé à l’âge de 93 ans

Les funérailles, célébrées lundi à Ciney, d’André Moyen, décédé mardi dernier à l’âge de 93 ans, ont permis à l’assistance de se souvenir d’une figure de proue de la résistance belge et du renseignement militaire.

Né en Resteigne en 1914, il s’engage très tôt dans la Résistance, pour compte de laquelle il mène, au sein du groupe Athos, de périlleuses missions d’infiltration. Sous les noms de guerre de “capitaine Freddy”, “Le Crocodile”, “Cincinnatus” ou “André de Saint-Michel”, il réussit notamment l’attaque d’un centre de télécommunications allemand à Menuchenet. Avec Fernand Canoot, il créa une fausse force de police, la “speziale polizei” qui mena, au nez et à la barbe des occupants, plusieurs opérations de renseignements ou dirigées contre des collaborateurs.

À l’issue de la guerre, Moyen intègre le contre-espionnage belge, dont il devient le numéro deux. Il effectue des missions au Congo, au Maroc, en Egypte, à Taïwan, à Saigon et en Corée. Il fut impliqué dans la création, en Belgique, des réseaux Gladio, ces cellules dormantes d’agents secrets. L’anticommunisme était l’un des chevaux de bataille de Moyen, réputé être proche des milieux conservateurs et royalistes. Il fut accusé, sans preuve, d’avoir été l’instigateur du meurtre de Julien Lahaut, le député communiste qui cria “vive la république” lors de l’intronisation du roi Baudouin.

André Moyen créa en 1962 la branche belge de Group 4 Securitas. Sur le tard de sa vie, il se lança à nouveau dans le renseignement, multipliant les sorties matamoresques dans de nombreux dossiers judiciaires, dont les tueries du Brabant. Il voyait des communistes partout. Et il n’hésitait pas à faire mener des enquêtes sur des gendarmes, à accuser des journalistes d’être payés par la Sûreté.

Il était proche du baron de Bonvoisin, dont le procès pour les “faux KGB”, auxquels Moyen participa, a – ironie des dates – débuté le jour même de ses funérailles.

Bron » Le Soir

Contraspion André Moyen overleden

André Moyen, voormalig lid van de Belgische militaire inlichtingendienst, is dinsdag op 93-jarige leeftijd in Ciney overleden. Dat hebben zijn nabestaanden gisteren bekendgemaakt. André Moyen is op 29 september 1914 geboren in Resteigne, in de provincie Luxemburg. Tijdens de Duitse invasie in 1940 was hij soldaat.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog richtte hij in de Ardennen de verzetsbeweging ‘Athos’ op. Later sloot hij zich aan bij het geallieerde leger. Na de Tweede Wereldoorlog was Moyen jarenlang de op een na belangrijkste Belgische contraspion, eerst in eigen land en later in Congo.

In de jaren ’50 richtte hij een anticommunistische cel op bij de Belgische militaire inlichtingendienst. Hij gaf ook les aan het Athénée Cardinal Mercier in Eigenbrakel. Maandag wordt in de kapel van het rusthuis ‘Home du Sacré Coeur’ in Ciney een herdenkingsmis gehouden. Daarna wordt de as van André Moyen in intieme kring uitgestrooid op de begraafplaats van Ciney.

Bron » De Morgen

“Vermoeden van onschuld in gevaar”

CdH-Kamerlid Clotilde Nyssens heeft onlangs een wetsvoorstel ingediend om het vermoeden van onschuld beter te beschermen. Dat schrijft de Franstalige krant La Libre Belgique. Marie-Christine Marghem (MR), Thierry Giet (PS), Mia De Schamphelaere (CD&V) en Carina Van Cauter (Open Vld) sloten zich aan bij het voorstel.

Het wetsvoorstel voorziet de mogelijkheid dat, wanneer het principe van het vermoeden van onschuld zou geschonden worden, een verzoek kan worden ingediend waardoor de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg een medium kan bevelen de verdeling van lasterlijke beweringen of beelden stop te zetten.

Volgens Nyssens worden te veel mensen die vervolgd worden nog te veel blootgesteld aan het publiek door de media. Ze meent dat de huidige wetgeving en rechtspraak niet volstaan om een snelle en efficiënte interventie te verzekeren wanneer het uit de hand loopt.

Het Kamerlid meent overigens dat het invoeren van een procedure in kort geding gewaagd is, dat het recht van antwoord onvoldoende is en dat het recht op afbeelding niet genoeg beschermd is. Bovendien betreurt ze dat de journalistieke deontologie niet in dwingende sancties voorziet tegen zij die te ver gaan.

Bron » De Morgen

Johan Delmulle, superterreurbestrijder

Het arrest van het Antwerpse hof van beroep dat Erdal en haar kompanen van het DHKP-C vrijspreekt van terrorisme is al de tweede persoonlijke nederlaag voor federaal procureur Johan Delmulle in dit dossier.

Vorig jaar moest de topmagistraat al zo’n blamage van formaat incasseren toen het Hof van Cassatie de twee eerste veroordelingen van de Turkse extreem linkse militanten, door de correctionele rechtbank van Brugge en het Gentse hof van beroep, naar de prullenmand verwees.

Zowel in Brugge, Gent als Antwerpen trad Delmulle zelf op als openbaar aanklager tegen de DHKP-C’ers. Eind 2006, toen het proces tegen de Turkse verzetsgroep liep in Gent, haalde Delmulle de voorpagina’s van alle kranten met het alarmerende bericht dat de magistraat doodsbedreigingen had ontvangen.

Die “bedreigingen vanwege DHKP-C aan de Belgische magistratuur” gebruikte Delmulle in zijn bewijsvoering voor het Antwerpse hof van beroep, om aan te tonen dat we met gevaarlijke terroristen te maken hebben.

Maar net als vrijwel alle andere bewijsmiddelen van het Openbaar Ministerie (OM) werd ook deze stelling door de Antwerpse rechters ontzenuwd: “Wat betreft de door het OM aangehaalde ‘bedreigingen’, stelt het hof vast dat de stukken waarnaar het OM verwijst geenszins bedreigingen aan het adres van de magistratuur inhouden. Het gaat om perscommuniqués die ook naar de rijkswacht werden gefaxt, waarin in scherpe bewoordingen de houding van de Belgische justitie en vooral van het OM wordt veroordeeld. Als ‘bedreigingen’ kunnen deze stukken evenwel niet geïnterpreteerd worden.”

Net als andere door het hof als gratuite beweringen van de hand gewezen ‘onthullingen’, zoals het bestaan van ’terroristische trainingskampen’ in ons land of de onbewezen link tussen DHKP-C en heroïnetransporten vanuit Turkije, past het bedreigingsverhaal perfect in een strategie van stemmingmakerij en dramatische sfeerschepping rond terrorismedossiers, waarop Delmulle het patent lijkt te hebben. “Hij is geobsedeerd door terrorisme”, concludeerde Paul Bekaert, de raadsman van Erdal.

Delmulle is een ex-kabinetsmedewerker van ex-justitieminister Tony Van Parys en heeft een CD&V-etiket. Hij was vroeger substituut bij het hof van beroep in Gent en werd in 2002 federaal magistraat, bevoegd voor terrorismedossiers. Twee jaar terug circuleerde zijn naam als toekomstige topman van het Orgaan voor de Coördinatie en Analyse van de Dreiging (OCAD), het nieuwe centrale zenuwcentrum van de terreurbestrijding.

Ook leek hij in de running als chef van de Staatsveiligheid, in opvolging van de bij de regering in ongenade gevallen Koen Dassen. Uiteindelijk werd Delmulle benoemd tot federaal procureur, de chef van het oppermachtige federaal parket dat de georganiseerde misdaad en het terrorisme moet bekampen.

De laatste jaren ontpopte Delmulle zich tot een harde en onverzettelijke Mister Antiterrorism, die voortdurend hamert op de noodzaak om meer manschappen, meer technische middelen en meer geld te besteden aan terrorismebestrijding. Hij geldt als een van de drijvende krachten achter de wet die Bijzondere Opsporingsmethodes (BOM) invoerde voor de politie en de gestrande poging om gelijkaardige bevoegdheden te geven aan de inlichtingendiensten.

Ook lanceerde hij het voorstel om gespecialiseerde onderzoeksrechters in te zetten voor terrorismedossiers. Achter de schermen speelde hij een cruciale rol bij de omstreden detachering van de Dendermondse rechter Freddy Troch, die uitsluitend voor het Erdalproces naar Brugge werd gestuurd. Precies omdat daarmee de schijn van een ‘uitzonderingsrechtbank’ werd gewekt verbrak Cassatie de veroordeling van Erdal en kompanen.

Bron » De Morgen