Tussen 1983 en 1985 pleegde p Bende van Nijvel een reeks brutale overvallen, met 28 dodelijke slachtoffers, voor het merendeel in supermarkten. De daders zijn nog altijd niet gevat. De beeldvorming over de Bende is vooral een gevolg van criminele paparazzi-journalistiek.
Het nieuwe boek van Guy Bouten, zijn tweede over dit onderwerp, vormt daar geen uitzondering op, stelt Jan Willems. In 2015 zullen de raids juridische verjaard zijn en wordt het dossier gesloten. Politici en journalisten hebben altijd een bizarre rol gespeeld in de beeldvorming over de Bende. Het nieuwste boek van Guy Bouten, zijn tweede over dit onderwerp, vormt daar geen uitzondering op. Criminele paparazzi-journalistiek.
De pornoficatie van ons dagelijks bestaan is echt niet van recente datum. De pretzender VTM zond op 13 februari 1990 een exclusief interview uit met Maud Sarr, een prostituee van Franse origine die in ons land bedrijvig was. Ze vertelde te hebben deelgenomen aan seksfuiven met vooraanstaanden, de zogenaamde Roze Balletten.
De meest bekende was de christendemocratische Brusselse politicus Paul Vanden Boeynants, in de volksmond VdB genoemd: oud-premier en dito minister van Landsverdediging, met een groot en invloedrijk netwerk van relaties, als zakenman veroordeeld wegens fiscale fraude, ontvoerd door de bende-Patrick Haemers, die eigenlijk gespecialiseerd was in brutale overvallen van geldtransporten.
Sarr citeerde ook de namen van enkele rijkswachtofficieren en magistraten. Eén van hen was de Nijvelse procureur des konings Jean Deprêtre. Door zijn autoritair en eigenzinnig optreden was het gerechtelijk onderzoek naar de Bende op zo’n barslechte manier gevoerd dat het gigantische dossier in 1987 voor nader onderzoek was overgemaakt aan het parket van Charleroi.
Menigeen beschouwde de getuigenis van Sarr als een aanwijzing dat er een verband bestond tussen die Roze Balletten en de Bende: de aanslagen van de Bende zou de liquidatie betekenen van lastige getuigen om die pikante affaire in de doofpot te stoppen. Het optreden van Sarr was hét ideale opwarmertje voor de aangekondigde ondervraging op 23 februari 1990 van VdB door de parlementaire onderzoekscommissie naar het falen van het gerechtelijk onderzoek naar de Bende.
In de dagen die het spectaculaire VTM-interview vooraf gingen, was er door enkele journalisten druk vergaderd in het advocatenkantoor van Hugo Coveliers, toen nog aan de Camille Huysmanslaan in Antwerpen. Coveliers, verkozene van de later ontbonden Volksunie, had als lid van de Bendecommissie het een en ander opgevangen over een afgesloten gerechtelijk dossier over een Brussels netwerk van publieke vrouwen die waren ingezet om industriële contracten voor Belgische ondernemers in de wacht te slepen. Sarr was destijds door de politie ondervraagd. Haar adres kwam terecht in de handen van de VTM-journalist die Sarr voor de camera’s bracht. Hij had er wel met medeweten van de toenmalige VTM-directie 20.000 Belgische frank (495,79 euro) moeten voor betalen.
De parlementaire vergaderzaal waar VdB werd verhoord, was tot in de nok gevuld. Maar een oude krokodil hoef je geen streken meer te leren. VdB maakte de commissieleden gewoonweg belachelijk. Coveliers, zoals VdB een pijproker, werd door de Brusselse politicus zelfs de raad gegeven daarmee te stoppen, want ongezond. Dat is nadien ook gebeurd, weliswaar na consultatie van een tandarts.
Dit verhaal over de wijze waarop de Roze Balletten in de publieke belangstelling werd gedropt, werp het licht op merkwaardige journalistieke en politieke zeden. Het verhaal staat niet in het boek van oud-VRT-journalist Guy Bouten omdat hij als journalist toen met iets anders bezig was. In zijn bibliografie staat evenmin het boek vermeld van Stef Janssens: ‘De namen in de doofpot’.
Op basis van officiële documenten beschreef de auteur de bizarre manier, waarop het gerecht die zaak van de Rode Balletten had aangepakt, lang voor de allereerste overval van de Bende. Heeft Bouten dat boek niet gelezen? Het bevat nochtans veel info die zijn stelling zouden kunnen stutten: de Roze Balletten zijn “een cocktail van wilde verhalen”, bedoeld om de speurders naar de Bende op het verkeerde been te zetten.
Want volgens Bouten is de Bende slechts één van de poppetjes in een groot complot met de CIA als marionettenspeler. Kortom, een verhaal over spionnen, het tweede oudste beroep ter wereld, en hun snode handlangers. Personen die sinds 1980 minstens tot pakweg driemaal toe zijn genoemd in de gerechtelijke kronieken van ons land maken deel uit van dit spel, zo lijkt het wel.
Idem voor extreemrechtse knokploegen, het neonazistische Westland New Post, het terroristengroepje Cellules Communistes Combattantes (CCC), notoire drugtrafikanten en gangsters van andere pluimage, corrupte politiemensen, … Complottheorieën verzinnen is simpel, ze bewijzen niet, ook al zijn ze intellectueel zeer aantrekkelijk. Bovendien kun je in een democratische rechtsstaat mensen niet beschuldigen en veroordelen zonder bewijzen aan te dragen.
Bouten zou toch beter moeten weten. Hij schrijft: “Er is niets zo bizar als inlichtingendiensten. In deze verborgen wereld waar niets is wat het lijkt en iedereen iedereen beliegt en bedriegt, is het ook nooit duidelijk wie aan de touwtjes trekt en wie wie manipuleert. Het onderscheid tussen vriend en vijand verdwijnt in een flou artistique. Vrienden van vrienden blijken plots vijanden. Geheime diensten zijn ook vaak betrokken bij covert operations, het creëren van valse sporen en desinformatie, dubbele agenda en het toepassen van de contratheorie waarbij criminelen worden ingehuurd om strafbare feiten te plegen en hun daar bovenop vaak straffeloosheid wordt gegarandeerd.” Met deze opmerking schiet Bouten in zijn eigen voet!
Bouten is dermate overtuigd van zijn gelijk dat hij de speurders naar de Bende, inmiddels een geriatrische club, de les moet spellen. Ik heb met kritiek op de Cel Waals-Brabant die misdaden onderzoekt geen enkel probleem, integendeel. Wat heeft de CBW de afgelopen tien jaren eigenlijk gedaan buiten ruzie maken over wie de operationele leiding van het onderzoek heeft, reisjes maken naar het buitenland, een nieuw lid van het team dermate lastig maken dat zij is opgestapt, …
De hoofdvogel werd vorig jaar afgeschoten. In opdracht van de CWB doken toen kikvorsmannen met veel mediagedruis in het kanaal Brussel-Charleroi nabij Ronquières, op zoek naar bewijzen. Ze vonden niets. Alles was al opgevist! Want enkele maanden na de aanslag in Aalst (9 november 1985, acht doden, de allerlaatste raid) waren duikers op diezelfde plek al aan de slag geweest. Ze haalden enkele zakken boven, zorgvuldig samengesteld met wapens en voorwerpen die door de Bende waren gebruikt en gestolen in 1983 en 1985.
Dit gebeurde in opdracht van Freddy Troch, de magistraat die in Dendermonde het onderzoek naar de Bende-overvallen in Vlaanderen leidde. Na intelligent en vooral discreet onderzoek en dossierkennis. Die vondst is tot op heden de enig bewezen waarheid in dit dossier: het ging om uitermate goed georganiseerde misdadigers.
Bouten bedrijft gonzo-journalistiek. Hij is zelf een personage in het boek. Zo beschrijft hij zijn ontmoeting in 2010 met Willy V. “Willy is blij dat hij me van dienst kan zijn, want uitgerekend vorige maand heeft mijn boek Les Tueuries du Brabant gekocht. En inderdaad, het boek met de felgele kaft, een stuk van de Bendeaffiche voorstellend, ligt naast enkele prullaria op een tafeltje.” Daar ligt zijn tweede ook op zijn plaats: bij de prullaria.
Bron » De Wereld Morgen